Verslag

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Nederlands

Verslag

Wat beschrijf je in een verslag?

1. Achtergrond informatie over een bepaald onderwerp.
2. Je mening om anderen te overtuigen.
3. Een activiteit of gebeurtenis.
4. Een opsomming van een paar belangrijke punten.

Wat wil je weten over het verslag

Uit welke onderdelen bestaat een verslag?

5w+h-vragen

Voor je begint met schrijven, denk je na over de inhoud van je verslag. Je kunt hiervoor gebruikmaken van de 5 W-vragen en 1 H-vraag: wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe? Hierna worden deze vragen verder uitgewerkt.

5w+h-vragen

Wie

Wat

Waar

Wanneer

Waarom

Hoe

(Waardoor)

Zo schrijf je een verslag

Voor je verslag maak je een schrijfschema. In een schrijfschema schrijf je kort op wat je per deelonderwerp wilt gaan schrijven: je schrijft de informatie in kernwoorden op. Gebruik de antwoorden op bovenstaande vragen om het schrijfschema in te vullen.

Een verslag

• Heeft vaste opbouw
• Doel is informeren
• Logische/chronologische volgorde
  
• Interessant of leuk om te lezen (niet alle feiten hoeven erin te staan)
• Geef antwoord op de 5W+H vragen

Opbouw

• Titelpagina
  
• Voorwoord
  
• Inhoudsopgave
  
• Inleiding
  
• Kern
  
• Conclusie
  
• Bronvermelding
  
• Bijlagen
  

Controle

• Doorloop de checklist verslag (zie studiewijzer)
• Check op spelling
• Check op samenhang
• Check doel en publiek

Ben je nu in staat om het verslag te schrijven? Wat heb je nog nodig?

Ik vond deze les nuttig

1. Ja
2. Nee