Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Inloggen bij LessonUp
Via de app van LessonUp 
 www.lessonup.app

Inlogcode wordt vermeld in de chat
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Inloggen bij LessonUp
Via de app van LessonUp 
 www.lessonup.app

Inlogcode wordt vermeld in de chat

Slide 1 - Diapositive

Spelling 3F persoonvorm tegenwoordige tijd
Taalblokken paragraaf 2.4.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
Dat bos (branden) ... helemaal af.
A
brand
B
branden
C
brandt
D
brandde

Slide 9 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
(Antwoorden) ... je vandaag nog op dat mailtje?
A
Antwoord
B
Antwoordt
C
Antwoordde
D
Antwoorde

Slide 10 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
(Worden) ... toch eens volwassen!
A
Word
B
Wordt
C
Werd
D
Worden

Slide 11 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
Het vliegtuig (landen) ... op tijd.
A
land
B
landt
C
landde
D
lant

Slide 12 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
De kok (snijden) ... de groente voor het hoofdgerecht.
A
Snijd
B
Snij
C
Snijdt
D
Sneed

Slide 13 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
Je vriend (bedoelen) ... het goed.
A
Bedoel
B
Bedoeld
C
Bedoelde
D
Bedoelt

Slide 14 - Quiz

Persoonsvorm tegenwoordige tijd:
(Raden) ... je vader het goede antwoord?
A
Raad
B
Raadt
C
Raadde

Slide 15 - Quiz

Aan de slag!

Grammatica hoofdstuk 3, 
3.1 opdracht 1 + 2 al af?

Extra opdracht 3.1 + minimaal 1 x Trainer werkwoordspelling
tegenwoordige tijd

Slide 16 - Diapositive

Deze week maken
Spelling 3F paragrafen 2,3 en 2,4.

Slide 17 - Diapositive