3A/4M 2024: Adjectives and adverbs

• Engels
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Aan het eind van deze les:

Heb je uitleg gekregen over adjectives and adverbs

Heb je geoefend met het herkennen van adjectives and adverbs en kan je deze toepassen

Wat is een adjective

-Een adjective (bijvoeglijk naamwoord) geeft of beschrijft informatie over een noun (zelfstandig naawoord)

Een adjective zegt vooral wat over de wat?

-example: a long story

Wat is een adverb?

-Een adverb zegt voornamelijk iets over het werkwoord. de hoe?

He walks slowly,  he often walks slowy, he never cries during lunch

Hoe maak je van een adjective een adverb?

Over het algemeen: Voeg ly toe aan de adjective, hard, hardly

Uitzonderingen

- y wordt i:

happy -> Happily

Oefeningen

Adjectives zeggen iets over

1. Nouns
2. Verbs
3. Adjectives
4. Adverbs

adjectives & adverbs
She runs (fast)

1. fasst
2. fastily
3. fastly
4. fast

adjectives & adverbs
She paints (extreme) (good)

1. extremely - well
2. extreme - good
3. extremely - good
4. extreme - well

Adjectives/adverbs:
My grandfather thought my new friend was _____

1. polite
2. politely

Adjectives & adverbs:
She put her glasses down ...

1. careful > adjective
2. carefully > adverb

Adjectives & adverbs: The coffee is ....

1. bad
2. badly

Adjectives/adverbs:
The vacation went really ....

1. good
2. well

Adjectives/adverbs:
We phoned the police.

1. immediately
2. immediate

Adjectives/adverbs:

I write important letters.

1. careful
2. carefully

Extra oefenen met adjectives en adverbs

engelsklaslokaal.nl