5.8 c spelling *

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

📢 Welkom! 😎

📱 → Kluisje (je overleeft het, beloofd 😉)

📚 → Spullen op tafel

🚀 → Tijd voor taal!

Lezen

lesopbouw

• lesopbouw
• wat weet je al?
• doel
• uitleg
• zelfstandig werken 
  
• afsluiting
  

Wat weet ik al?

Ik weet wat leestekens zijn.

Ik weet wat verkleinwoorden zijn.

Ik weet dat een woord in het meervoud gezet kan worden.

Doel

Aan het eind van de les weet ik bij welke woorden 

ik een apostrof moet gebruiken.

apostrof

• De apostrof is een komma in een woord.
• meervoud op -a, -o, - u, -i en -y
  

       pizza's / ski's / baby's / foto's /menu's

• bezit (iets is  van iemand)

       Anja's jas / Ivo's tablet 

       Felix' vrienden  --> s-klank

       Bas' handbalteam --> s-klank

apostrof

• verkleinwoorden op -y
  

       baby'tje, pony'tje 

• na cijfers

       A4'tje

• overige woorden (soms meervoud)

        vmbo'er, BN'er, bh's, cd's

voorbeelden

De trui van Marloes is ...... Marloes' trui

Iemand die fan is van NEC is een ...... NEC'er

Jij zit op het VMBO, dus ben je een ...... VMBO'er

Tip:  Druk op de apostrof (link van enter)

         Druk dan op de spatiebalk

         Druk dan de volgende letter in

Iemand die lid is van de PVDA is een ......

De kleren van Chansis zijn ......

Het boek van Peter is ......

Iemand die op het MBO zit, is een ......

De hoed van Beatrix is ......

Een voetballer van PSV is een ......

Iemand die ouder is dan 65 is een (65+)......

Een kleine lolly is een ......

zelfstandig werken

Online Talent

hoofdstuk 5.8

opdracht 10

Afsluiting