h/v 3.1 klimaten wereldwijd

h/v 3.1 klimaten wereldwijd
h/v 3.1 Klimaten op aarde
Planning:
Uitleg met opdrachten 40 min.
Zelfstandig aan de slag  40 min. 
Topo uitleg/nakijken
Telefoon in de tas
Chromebook en boeken op tafel

Leerdoelen:
- Wat is het verschil tussen het weer en klimaat?
- Wat zijn de 9 hoofdklimaten van de wereld en waar komen ze voor?
- Waarom komen verschillende klimaten op verschillende plekken voor?
- Wat zijn de kenmerken van het landschap en het weer van de 9 hoofdklimaten?
- Wat is het verschil tussen hoge en lage breedte?
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

h/v 3.1 klimaten wereldwijd
h/v 3.1 Klimaten op aarde
Planning:
Uitleg met opdrachten 40 min.
Zelfstandig aan de slag  40 min. 
Topo uitleg/nakijken
Telefoon in de tas
Chromebook en boeken op tafel

Leerdoelen:
- Wat is het verschil tussen het weer en klimaat?
- Wat zijn de 9 hoofdklimaten van de wereld en waar komen ze voor?
- Waarom komen verschillende klimaten op verschillende plekken voor?
- Wat zijn de kenmerken van het landschap en het weer van de 9 hoofdklimaten?
- Wat is het verschil tussen hoge en lage breedte?

Slide 1 - Diapositive

Weer en klimaat
Weer: Toestand van de atmosfeer op een bepaalde plaats en tijd.

Klimaat: Het gemiddelde weer over een periode van 30 jaar.

Slide 2 - Diapositive

Nederland weer
Nederland klimaat
(gematigd zeeklimaat)

Slide 3 - Diapositive

‘Peter gaat elk jaar naar Griekenland op vakantie, maar hij zei dat het klimaat deze zomer was tegengevallen.’ Geef aan waarom deze uitspraak niet klopt.

Slide 4 - Question ouverte

9 klimaten op aarde

Slide 5 - Diapositive

Geografische breedte
Lage breedte (dicht bij evenaar) 0 t/m 30
Gematigde breedte (tussenin) 30 t/m 60
Hoge breedte (dicht bij polen) 60 t/m 90

Noorderbreedte 0 t/m 90 
Zuiderbreedte 0 t/m 90 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Zet de goede kenmerken bij de soort breedtegraad.
Hoge breedte
Lage breedte
Noord en Zuid pool
Evenaar
90 graden
0 graden
Kleinere invalshoek zonenstralen
grotere invalshoekzonnestralen

Slide 8 - Question de remorquage

hoge breedte
hoge breedte
lage breedte
Door de invalshoek van de zon is het op sommige plekken warmer of kouder dus een ander klimaat 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Leg uit hoe een koud klimaat ontstaat op een hoge breedtegraad. Let op: oorzaak en gevolg.

Slide 12 - Question ouverte

Opdracht
Noteer de 9 klimaten in je schrift:
Bij elk klimaat noteer je de kenmerken die iets zeggen over de temperatuur, neerslag en landschap. 
Bij elk klimaat noteer je ook een klimaatgrafiek. 

Ben je klaar? Dan kun je de opdrachten van 3.1 starten of topo gaan trainen.
timer
30:00

Slide 13 - Diapositive

Bespreking opdracht 1
Welke klimaten liggen er rond de lage breedte graad?
Welke klimaten liggen er rond de hoge breedte graad?

Slide 14 - Diapositive

Huiswerk
Opdracht 1 t/m 5 van het online boek bij 3.1
Volgende les: atlas vaardigheden + kleine uitleg 3.2

Slide 15 - Diapositive

- Klimaat: tropisch regenwoud *
- Landschap: jungle/oerwoud
- Soort landbouw: koffie, cacao

*  In een tropisch regenwoud klimaat valt gemiddeld 60 millimeter regen per maand. Ze liggen dicht bij de evenaar. In dit gebied heb je geen seizoenen die afwisselen.

Slide 16 - Diapositive

- Klimaat: Savanne klimaat (*?) 
- Landschap: gras, groepjes bomen
- Landbouw: Yams, granen, cassaves (kunnen tegen droogte) en veeteelt

* Droge savanne
* vochtige savanne

Slide 17 - Diapositive

Steppeklimaat
  • Geen bomen,  alleen gras en soms wat struiken
  • Grenst aan het savanneklimaat
  • Twee seizoenen. Een regenseizoen en en droog seizoen.
  • Het regenseizoen duurt korter dan in het savanne klimaat

Slide 18 - Diapositive

woestijn klimaat
  • Het is er heel droog.
  • Het is er heel erg warm.
  • Er groeien allen struiken en planten die goed tegen de hitte kunnen.

Slide 19 - Diapositive

Zee klimaat
  • Koele zomers
  • Zachte winters
  • Hele jaar door neerslag
  • Seizoenen

Slide 20 - Diapositive

Land klimaat
-Tussen 30 en 60 NB/ZB
-Zomers kan erg warm zijn
-Winters erg koud
-Loofbos en naaldbomen

Slide 21 - Diapositive

Land klimaat
Zee klimaat

Slide 22 - Diapositive

Toendraklimaat
  • Zomer onder de 10C
  • Winters lang en koud 
  • Boomgrens: geen bomen

Slide 23 - Diapositive

Poolklimaat

Slide 24 - Diapositive

poolklimaat




* Eeuwige sneeuw en ijs

Slide 25 - Diapositive

Hooggebergte-klimaat

  • Alleen in hooggebergtes
  • Koele zomers en erg koude winters
  • Veel neerslag, eeuwige sneeuw

Slide 26 - Diapositive

Poolklimaat en hooggebergte klimaat
  • Temperatuur altijd onder 0°C​
  • Sneeuw en ijs​
Hooggebergte klimaat​
Boven de 1500m

Slide 27 - Diapositive

Hooggebergte klimaat
  • Het lijkt heel erg op het poolklimaat
  • Kan op elke breedte voorkomen

Slide 28 - Diapositive

     Klimaatkenmerken
Klimaat Kenmerken: temperatuur/neerslag
  • zeeklimaat koele zomers, zachte winters (gemiddelde wintertemperatuur nooit lager dan −3 °C)    neerslag in alle jaargetijden
  • Middellandse Zeeklimaat warme zomers, zachte winters  neerslag vooral in de herfst en winter; droge zomer
  • landklimaat hete zomers, koude winters (gemiddelde temperatuur van de koudste maand is minder dan −3 °C)
  • toendraklimaat gemiddelde zomertemperatuur niet hoger dan 10°C, gemiddelde wintertemperatuur lager dan −10°C
  • sneeuwklimaat de gemiddelde temperatuur het hele jaar lager dan 0 °C  
  • hooggebergteklimaat gemiddelde zomertemperatuur lager dan 10°C

Slide 29 - Diapositive