Specifieke begeleidingsbehoeften

PROW
lesweek 9

SPECIAL NEEDS
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

PROW
lesweek 9

SPECIAL NEEDS

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je over dromerig gedrag?

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat weet je over angstig gedrag?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat wordt er verstaan onder een ontwikkelingsachterstand?

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke kenmerken zou je bij jonge kinderen kunnen zien als hun motoriek zich langzamer of anders ontwikkelt? Noem er drie:

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem de ontwikkelingsgebieden waarin je een achterstand kunt oplopen? Geef ook een tip per ontwikkelingsgebied hoe je het kind het beste kunt begeleiden.

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke ontwikkelingsstoornissen ken je?

Slide 7 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke leerstoornissen ken je?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar denk je aan bij opvallend gedrag?

Slide 9 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

ASS is een verzamelnaam voor verschillende vormen van autisme. Kinderen en jongeren met ASS hebben niet alleen maar problemen. Welke punten hieronder zijn de punten waarin mensen met ASS heel goed in kunnen zijn?
A
vangspelletjes
B
goed om kunnen gaan met computers
C
fantasiespel
D
feiten onthouden

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bedenk 2 positieve eigenschappen van een kind dat druk gedrag vertoont

Slide 11 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Bedenk 2 tips voor het omgaan van druk gedrag bij peuters

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar
Niet waar
De meeste jongens en meisjes in een bepaalde leeftijdscategorie zijn gemiddeld even druk en beweeglijk
Druk gedrag wordt pas 'opvallend' genoemd als het (vrijwel) altijd aanwezig is
Over een jongen van 11 die na twee uur hard werken in de klas onrustig wordt, hoef je je geen zorgen te maken
Over een meisje van 12 dat bijna nooit een kwartiertje rustig aan een rekenopdracht kan werken, hoef je je geen zorgen te maken
Jonge kinderen bewegen van nature veel en ze gaan bij het spelen van het een naar het ander

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Bedenk wat mogelijke onderliggende oorzaken/ problemen kunnen zijn van onverschillig gedrag.
Noem er 3 en licht de relatie met onverschilligheid toe

Slide 14 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe ga je als toekomstig pedagogisch medewerkster om met kinderen die stelselmatig liegen?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke uitspraak is juist?
A
Angst bij jongeren of kinderen is meestal reëel
B
Een angststoornis bij kinderen gaat altijd vanzelf over als ze ouder worden
C
Een kind of jongere met een angststoornis is altijd ergens met gegronde reden bang voor
D
Een extreme angst voor een voorwerp of situatie noem je ook wel een fobie

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke kinderen en jongeren worden begeleid door een orthopedagogisch behandelcentrum en in welke situaties bieden ze hulp bij problemen thuis?

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Iemand met autisme heeft vaak problemen met drie dingen. Welke dingen zijn dat?

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Een onveilige en stressvolle omgeving kan de kans op problemen bij een kind vergroten. Welke antwoord is juist?
A
Gedragsproblemen, ontwikkelingsspurt, gezonde voeding
B
Stress, veel sporten, leerproblemen, mishandeling, dyslexie
C
Verslavingen, psychische problemen, relatieproblemen, financiële problemen
D
Ziekte, overlijden, gezonde leefstijl, wisselen van school

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke hulpmiddelen gebruiken slechtzienden en blinden?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke soorten scholen binnen Nederland ken je?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Doel 1 behaald? Welke gedragsproblemen en handicaps?
Doel 2 behaald? Op welke ontwikkelingsbehoeftes hebben jullie je gericht? (positieve formulering!)
Doel 3 behaald? Hoe draagt je plan dan bij? Geef een paar studenten het woord
Doel 4 behaald? Welke vaardigheden en kennis heb je opgedaan? Blik samen terug op de besproken onderwerpen