LOB-gesprekken voeren met behulp van gespreksregels

LOB-gesprekken voeren met behulp van gespreksregels

Leerdoel

Aan het einde van deze les ben je in staat om een LOB-gesprek te voeren met behulp van de gespreksregels.

Vertel de studenten wat ze aan het einde van de les zullen leren.

Wat weet je al over LOB-gesprekken voeren en gespreksregels?

Wat zijn LOB-gesprekken?

LOB-gesprekken zijn gesprekken waarin je praat over je loopbaanoriëntatie en -begeleiding.

Leg uit wat LOB-gesprekken zijn en waarom ze belangrijk zijn.

Waarom zijn gespreksregels belangrijk?

Gespreksregels zorgen ervoor dat een gesprek goed verloopt en dat iedereen zich gehoord voelt.

Leg uit waarom het belangrijk is om gespreksregels te hebben voor LOB-gesprekken.

De eerste gespreksregel: luisteren

Luister naar wat de ander te zeggen heeft zonder onderbrekingen.

Leg de eerste gespreksregel uit.

De tweede gespreksregel: vragen stellen

Stel open vragen om meer informatie te krijgen en de ander te laten praten.

Leg de tweede gespreksregel uit.

De derde gespreksregel: samenvatten

Vat de belangrijkste punten samen om te laten zien dat je luistert en begrijpt wat de ander zegt.

Leg de derde gespreksregel uit.

De vierde gespreksregel: doorvragen

Vraag door op wat de ander vertelt om meer diepgang in het gesprek te krijgen.

Leg de vierde gespreksregel uit.

De vijfde gespreksregel: feedback geven

Geef op een respectvolle manier feedback op wat de ander vertelt.

Leg de vijfde gespreksregel uit.

Oefening: gesprek met een medeleerling

Oefen het voeren van een LOB-gesprek met een medeleerling met behulp van de gespreksregels.

Vertel de studenten hoe ze de oefening moeten uitvoeren.

Voorbeeldgesprek

Bekijk een voorbeeld van een LOB-gesprek waarin de gespreksregels worden toegepast.

Laat de studenten het voorbeeldgesprek bekijken en bespreek het daarna met elkaar.

Gesprekken met ouders/mentoren

Oefen het voeren van een LOB-gesprek met een ouder of mentor met behulp van de gespreksregels.

Vertel de studenten hoe ze de oefening moeten uitvoeren.

Reflectie

Reflecteer op de oefeningen en het voorbeeldgesprek. Wat ging goed en wat kan er beter?

Stimuleer de studenten om na te denken over wat ze hebben geleerd en hoe ze dit kunnen toepassen.

Evaluatie

Evalueer de les door middel van een quiz of korte schriftelijke evaluatie.

Evalueer wat de studenten hebben geleerd en of ze de gespreksregels kunnen toepassen.

Bronnen

Geef aan welke bronnen zijn gebruikt voor deze les en waar de studenten meer informatie kunnen vinden.

Vermeld de bronnen die zijn gebruikt voor deze les en geef aan waar de studenten meer informatie kunnen vinden.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.