Bijvoegelijk naamwoord

Vocabulaire & Phrases
  • We beginnen eerst een paar wordjes en zinnen van voca chapitre 2 lijst E en F.
  • Vervogens gaan we aan het bijvoegelijk naamwoord
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Vocabulaire & Phrases
  • We beginnen eerst een paar wordjes en zinnen van voca chapitre 2 lijst E en F.
  • Vervogens gaan we aan het bijvoegelijk naamwoord

Slide 1 - Diapositive

vertaal (NL->FR)
helpen

Slide 2 - Question ouverte

het scherm

Slide 3 - Question ouverte

vertaal (FR->NL)
interdite

Slide 4 - Question ouverte

Le monde entier

Slide 5 - Question ouverte

la cuisine
la salle de bains
à côté de
le grenier
malheureusement
De zolder
Naast
Helaas
De badkamer
De keuken

Slide 6 - Question de remorquage

Vertaal de zinnen (NL-->FR)
Ben jij vaak de wc?

Slide 7 - Question ouverte

Nee ik woon niet in een flat?

Slide 8 - Question ouverte

Ik vindt mijn kamer niet leuk, hij is klein.

Slide 9 - Question ouverte

Vertaal (FR->NL)
La montagne est près de, il se trouve a côté de le château.

Slide 10 - Question ouverte

Je aller en ville avec mes copains pour faire les magasins.

Slide 11 - Question ouverte

Adjectif (bnw)
  • Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord.
  • In het Frans past het bijvoeglijk naamwoord zich aan aan het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort en komt de bnw in het frans mestal achter.
  • Bij mannelijk enkelvoud komt niets erbij ( le chat noir)
  • Bij vrouwelijk enkelvoud komt e erbij (la maison noire)
  • Met meervoud M+s bij V+es
  • Let op: eindigt een bnw op e of s, dan geen extra erbij
M
V
Ev
-
e
Mv
s
es

Slide 12 - Diapositive

Onregelmatig
  • De volgende bnw hebben een onregelmatige vorm. Deze staan in het frans altijd voor het zelfstandig naamwoord. 







De worden grand (groot) en petit (klein) staan ook onder de onregelmatig.
Een paar andere zijn; jeune, mauvais, autre, long ect..
NL
Ev🧍
Mv🤼
Ev🧍🏻‍♀️
Mv👯‍♀️
Oud
vieux
vieux
vieille
vieilles
Mooi
beau
beaux
belle
belles
Goed/
bon
bons
bonne
bonnes
Nieuw
nouveau
nouveaux
nouvelle
nouvelles

Slide 13 - Diapositive

Wat ga je doen?

  1. Je gaat eerst 4 minuten bijvoegelijk naamwoorden met een onregelmatig vorm door nemen/ stappen want die moet je uit je hoofd weten.
Wat moet je weten??

  •  Aan het eind van deze les weet je hoe een bnw in het Frans wordt gebruikt, het verschill tussen regelmatig en omregelmatig bijvoegelijk naamworden en waar ze staan in een zin
timer
4:00

Slide 14 - Diapositive

Wat is het juiste vorm van het bnw?
des chaussures (groen)
A
Vert
B
Vertes
C
Verte
D
Green

Slide 15 - Quiz

Les cheveux (zwart)
A
Blancs
B
Noires
C
Noire
D
Noirs

Slide 16 - Quiz

Une Soeur (mooi)
A
Belle
B
Belles
C
Beau
D
Bons

Slide 17 - Quiz

vertaal "de oude konijnen"

Slide 18 - Question ouverte

vertaal " de huis is grijs"

Slide 19 - Question ouverte

Waarom is de onderstande zin fout?
Il a acheté les nouveaux vêtements

Slide 20 - Carte mentale

na een zelfstandig naam word
voor een zelfstandig naamword
Vieille
Jolie
Gris
Nouveaux
Rouges
Francaise

Slide 21 - Question de remorquage

Maak de zinnen af.

Nous avons de (kleine tweeling zussen).

Slide 22 - Question ouverte

vertaal- Jouw ouders zijn oud.

Slide 23 - Question ouverte

vertaal- Jij woont in een grote rood huis.

Slide 24 - Question ouverte

Wat zijn de belangrijke dingen die je van deze les mee neem.

Slide 25 - Carte mentale