Periode 3 - Schrijven

                                                H. 3.2 Lezen
                                               +
                                                  Module Schrijven
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

                                                H. 3.2 Lezen
                                               +
                                                  Module Schrijven

Slide 1 - Diapositive

Donderdag 24 februari 

Wat gaan we doen:
  • Planner bekijken
  • Toetsweek-toets: betoog
  • Module Schrijven - Classroom

  • Theorie Schrijven  (H. 3.2 - lesboek + Module Schrijven - Classroom)

  • Huiswerk vr. 25-2 - maken: Module, opdracht 1

        

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

    Toets p. 3: BETOOG




  • schrijver geeft mening over onderwerp
  • Gebruikt argumenten om lezer te overtuigen

Slide 4 - Diapositive

soorten argumenten


  • objectieve argumenten-> feiten, gegevens uit onderzoek


  • subjectieve argumenten-> mening, vermoeden, voorspelling



Slide 5 - Diapositive

kritisch lezen

De lezer vraagt zich af tijdens het lezen van de tekst:

- is de informatiebron betrouwbaar?

- is de schrijver deskundig?

- is de informatie waar?


De lezer weegt vooral de argumenten kritisch.

Slide 6 - Diapositive

opbouw betoog
  • inleiding: geef jouw standpunt
  • kern: argumenten -> geef feiten
         --> 2 argumenten vóór, --> 1 tegenargument + weerlegging
  • slot: conclusie/samenvatting = herhaling in andere woorden  + uitsmijter = korte krachtige slotzin die jouw standpunt onderstreept.

--> de opbouw van je betoog maak je duidelijk door signaalwoorden te                      gebruiken (ten eerste, ten tweede, tot slot, omdat, want).

Slide 7 - Diapositive

Bouwplan betoog

Slide 8 - Diapositive

Functies van tekstgedeelten
Tekstgedeelten hebben een eigen functie in de tekst. Die functie kan je samenvatten in één woord, bijvoorbeeld constatering, conclusie of gevolg
Let op! Soms verwarren leerlingen functiewoorden met signaalwoorden. Signaalwoorden geven verbanden aan en worden letterlijk in de tekst genoemd; functiewoorden (meestal) niet!

Slide 9 - Diapositive

Functiewoorden
Functiewoorden

Slide 10 - Diapositive

Fragment van Arjen Lubach

Drie mensen, drie meningen...

  • Welke drie meningen hoor je?
  • Wat is het bijbehorende argument?
  • ...objectief of subjectief?

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Leren argumenteren


Filmpje drogredenen
Handig voor je betoog!

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Huiswerk vrijdag 25-02 
Maken:
       - Opdracht 1 uit Module Schrijven (Classroom)  
- Kijk vast naar opdracht 2     

Slide 15 - Diapositive

Morgen
- Betoog schrijven,
- SL komt in de les

Slide 16 - Diapositive