Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Geef aan, welk verband geeft hierdoor aan. Terwijl de scholengemeenschap krimpt, moet de directie de school wel steunen. Hierdoor blijft de school toch nog bestaan.
A
Tegenstelling
B
Oorzaak-gevolg
C
Opsomming
D
Tijd
Slide 2 - Quiz
Wat is nauwkeurig lezen?
A
Alles woord voor woord lezen
B
De titel, tussenkopjes en plaatjes bekijken
C
In één bepaalde alinea iets zoeken
Slide 3 - Quiz
Wat doen signaalwoorden? Let op: er zijn meerdere antwoorden goed. Je kiest er 1.
A
Ze kunnen een opsomming aangeven
B
Ze kunnen een tegenstelling aangeven
C
Ze geven een verband weer binnen een tekst
D
Ze maken een tekst leuker
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Welke vraag beantwoord je om het onderwerp te vinden?
Slide 7 - Carte mentale
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
Wat is het onderwerp van dit fragment?
A
Het journaal
B
Andersom liner
C
Presentatoren journaal
Slide 14 - Quiz
Slide 15 - Diapositive
Hoofdgedachte
De hoofdgedachte van een tekst is het antwoord op de vraag
WAT IS HET BELANGRIJKSTE DAT DE SCHRIJVER OVER HET ONDERWERP ZEGT?
Je geeft antwoord in 1 zin.
Slide 16 - Diapositive
Wat is de hoofdgedachte van dit fragment?
A
Het is verkeerd andersom liners te gebruiken
B
Het journaal wordt steeds onbegrijpelijker
C
Arjen Lubach wil aangeven dat het journaal niet klopt
D
andersom liners komen veel voor in het journaal
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Vidéo
Wat is het onderwerp van dit filmpje?
Slide 19 - Carte mentale
Slide 20 - Vidéo
Wat is het onderwerp van deze reclame?
Slide 21 - Carte mentale
Wat is de hoofgedachte?
A
Cheddar, seriously strong
B
Eind goed, al goed
C
Een muis doodt je niet met een val
D
Kaas, daar word je sterk van...
Slide 22 - Quiz
Wat is de hoofdgedachte?
De hoofdgedachte = ?
A
Man vindt vogelspin in fruit, dit is vrij uniek.
B
Arnhemmer Bart van den Akker houdt van druiven.
C
Albert Heijn vindt de vondst van een vogelspin uitzonderlijk.