Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Bloed en afweerstelsel
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Vidéo
Hoeveel procent van het bloed bestaat uit bloedcellen?
A
30%
B
45%
C
70%
D
100%
Slide 3 - Quiz
Witte bloedcel
Rode bloedcel
Bloedplaatje
Erytrocyt
Trombocyt
Leukocyt
Slide 4 - Question de remorquage
Wat is de functie van de rode bloedcel?
A
Stolling
B
Afweer
C
Zuurstoftransport
Slide 5 - Quiz
Wat is de functie van witte bloedcellen?
A
Stolling
B
Afweer
C
Zuurstoftransport
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Diapositive
Welke stof in het bloed transporteert zuurstof?
A
Bilirubine
B
Hemoglobine
C
Plasma
Slide 8 - Quiz
Waar worden bloedcellen gemaakt?
A
In rood beenmerg
B
In de lever
C
In de milt
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Welke bloedcellen zie je op de foto?
Slide 11 - Question ouverte
Wat is de juiste volgorde van het stollingsproces?
A
Vaatvernauwing, propvorming, fibrine netwerk
B
fibrine netwerk, propvorming, vaatvernauwing
C
Propvorming, vaatvernauwing, fibrine netwerk
Slide 12 - Quiz
Bloedstolling
Vaatvernauwing (bloedverlies beperken)
Propvorming (bloedplaatjes klonteren samen)
Stolling (fibrine, een netwerk van eiwitdraden dat de wond dicht)
Slide 13 - Diapositive
Bloedgroepen
Het begrip bloedgroep houdt in dat er wel of niet bepaalde eiwitten op de rode bloedcellen zitten. Dat zijn antigenen: stoffen die bij het immuunsysteem prikkelen om antistoffen te maken. De bloedgroep wordt erfelijk bepaald.
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Rhesus
Bij de rhesusbloedgroep is er sprake van de aan- of afwezigheid van het D-antigeen. Je bent dan rhesuspositief als je het D-antigeen hebt en rhesusnegatief als je dit niet hebt.
Als de moeder rhesusnegatief is en de baby rhesuspositief, kan de rhesusbloedgroep een probleem geven tijdens de zwangerschap en bij de geboorte.
Slide 16 - Diapositive
Opdracht
Maak in zorgpad de opdracht pas je kennis toe van 7.2 en 7.3