Verhoudingstabellen

20 Verhoudingstabellen
1 / 17
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 17 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

20 Verhoudingstabellen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions


Is dit een verhoudingstabel?
A
waar
B
niet waar

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Is dit een verhoudingstabel?
    2
    6
    8
    5
    15
   20
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Abrikozen kosten €4,50 per 500 gram.
Wat moet je betalen voor 250 gram?

Probeer het met een verhoudingstabel
A
€3,50
B
€2,50
C
€2,25
D
€2,75

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Reken uit met een verhoudingstabel:

1 kilo appels kost € 1,70. Hoeveel kost 2,5 kilo?
A
€ 4,25
B
€ 4,10

Slide 5 - Quiz

Je kan het getal direct vermenigvuldigen met 2,5. Je kan het ook eerst vermenigvuldigen met 2, dan apart vermenigvuldigen met 0,5 (delen door 2), en deze antwoorden bij elkaar optellen.

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 7 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is jouw favoriete cupcake?
A
Chocolade
B
Red velvet
C
Vanille
D
Bosbes

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Jim en zijn cupcakes.
Omdat de studenten en pro-begeleiders van Thomas More de afgelopen tijd zó goed hun best gedaan hebben, heeft Jim besloten cupcakes voor de studenten en de pro-begeleiders te gaan bakken. Hij moet 150 cupcakes maken, want hij lust er zelf ook wel één!

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Om de perfecte cupcakes te kunnen maken, heeft Jim een ingrediëntenlijst gemaakt. Er is alleen wel een probleempje. Het is namelijk een lijst voor 12 cupcakes! dat is niet genoeg.

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ingrediënten voor 12 cupcakes:
  • 200 gram boter
  • 144 gram suiker
  • 1 zakje vanillesuiker
  • 200 gram zelfrijzend bakmeel
  • snufje zout 
Vraag: Hoeveel kilogram suiker heeft Jim nodig om 150 cupcakes te kunnen maken?

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel kilogram suiker heeft Jim nodig om 150 cupcakes te kunnen maken?

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Antwoord en uitwerking:

Jim heeft 1,8 kilogram suiker nodig om 150 cupcakes te kunnen maken.



1800 gram is 1,8 kilogram.
Gram suiker
144
12
1200
600
1800
Aantal cupcakes
12
1
100
50
150

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Had je het antwoord goed? En wat vond je van deze opdracht?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe gaat het bij jou met het rekenen met verhoudingen?
A
B
C

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Uitleg Getallenlijn en tekens voor het ordenen van getallen


Getallenlijn:
Getallen kun je ordenen door ze van klein naar groot op een getallenlijn te plaatsen.
De stappen tussen de streepjes zijn gelijk. 

Voorbeeld
Geef met een pijl het getal 950 op de getallenlijn aan:
 



Getallen kun je ook ordenen door de volgende tekens te gebruiken.
< kleiner dan  -> voorbeeld: 2378 < 3278
> groter dan   -> voorbeeld: 2657 > 2567
= is gelijk aan -> voorbeeld: 283 + 22 = 339 − 34





Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe gaat het bij jou met het rekenen met verhoudingen?
A
B
C

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions