4.2

Rusland wordt communistisch


4.2 Twee revoluties in één jaar
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Rusland wordt communistisch


4.2 Twee revoluties in één jaar

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen vorige les

Je kan uitleggen hoe de Russische samenleving was opgebouwd, functioneerde en werd bestuurd.


Je kan uitleggen waar het anarchisme en marxisme ideologisch voor staan.


Je kan voorbeelden geven van oorzaken voor de Russische Revolutie.

 

Slide 2 - Diapositive

Herhaling: Noem een oorzaak van de Russische Revolutie.
A
Het hofleven van de tsaar
B
Afschaffing van de lijfeigenschap
C
De ongelijke behandeling van de 3e stand
D
Het moeten leven in de mir

Slide 3 - Quiz

Herhaling: Bij wie hoort:
"Wij zien de mir als iets moois, dit is voor ons de ideale bestuurseenheid"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 4 - Quiz

Herhaling: Bij wie hoort:
"De arbeidersklasse zal in opstand moeten komen"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 5 - Quiz

Herhaling: Bij wie hoort:
"Boeren zijn de motor van een socialistische revolutie (met geweld)."
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 6 - Quiz

Herhaling: Bij wie hoort:
"Onze ideologie wordt ook wel boerensocialisme genoemd"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 7 - Quiz

Herhaling: Bij wie hoort:
"De staat, tsaar, kerk en privé-bezit moet allen worden afgeschaft"
A
Anarchisme
B
Narodniki
C
Sociaal-revolutionairen
D
Marxistisch socialisme

Slide 8 - Quiz

Anarchisten / socialisten

Slide 9 - Diapositive

Herhaling: Welke oorzaken van de Russische Revolutie heb je geleerd?
A
Absolutistisch bestuur
B
Onvrede bojaren
C
Doema geen macht
D
Onvrede derde stand

Slide 10 - Quiz

Leerdoelen

Je kan uitleggen hoe de tsaar zijn eigen positie in gevaar bracht met zijn beslissingen rond WO I.


Je kan uitleggen wat er gebeurde tijdens de Februarirevolutie.


Je kan uitleggen wat er gebeurde tijdens de Oktoberrevolutie.

 

Slide 11 - Diapositive

Bloedige Zondag 1905

9 januari 1905
Protesten tegen het beleid van de tsaar worden hard neergeslagen

Toch worden enkele wijzigingen doorgezet 

Er komt een parlement -> de Doema

Slide 12 - Diapositive

De Eerste Wereldoorlog
De Eerste Wereldoorlog verliep slecht voor Rusland:  
- weinig (moderne) wapens, 
- slecht getraind leger (boeren)
Al in 1915: 4.000.000 manschappen dood.

Nicolaas II neemt opperbevel op zich, maar
het gaat niet beter -> wordt de tsaar persoonlijk aangerekend.

Winter 1916-1917: hongersnood

Slide 13 - Diapositive

De Eerste Wereldoorlog
Gevolg: muiterij en opstanden, oprichting van sovjets (= raden die fabrieken, boerderijen en dorpen gaan besturen) in de steden, en ook gedeserteerde soldaten doen mee! 

Dit is de Februarirevolutie (= een opstand)

De tsaar treedt af en er komt een Voorlopige Regering onder leiding van Kerenski (= sociaal-revolutionair / boerensocialist).

Slide 14 - Diapositive

Februarirevolutie / Voorlopige regering
Premier Alexandr Kerenski:
  • wil Eerste Wereldoorlog voortzetten
  • schrijft verkiezingen uit voor een Doema met meer macht.
  • lijdt grote nederlagen in de Eerste Wereldoorlog, waardoor veel soldaten deserteerden (= het leger verlieten).






Slide 15 - Diapositive

Lenin (marxist)
Vladmir Lenin en Leon Trotski (marxisten):
 
  • Hadden de revolutie (nog) niet verwacht (zitten nog in het buitenland)
  • Aanhangers (marxisten) proberen de macht in de sovjets te grijpen.
  • Krijgen hulp van Duitsland. Lenin wordt door de Duitsers naar Rusland gebracht.
  • Aprilstellingen: vrede, land en brood.

Slide 16 - Diapositive

Oktoberrevolutie
  • Onrust in Rusland neemt verder toe, leidt tot de Oktoberrevolutie (= machtgreep marxisten)

  • Communisten (= marxisten) onder leiding van Lenin grijpen met geweld de macht en de Voorlopige Regering wordt afgezet.

  • De tsaar en zijn familie worden vermoord (juli 1918).

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Oorzaken Russische Revolutie
  • De ongelijke behandeling van de 3e stand (privileges 1e en 2e stand),
  • Het absolutistisch bestuur van de tsaar (bijvoorbeeld tijdens WO I),
  • Het verlies in de Russisch-Japanse Oorlog (nooit eerder verloor een
      Europees land van een Aziatisch 'minderwaardig' land),
  • De mislukking van de Doema,
  • De hongersnoden van 1916-1917, 
  • De grote aantallen doden in de Eerste Wereldoorlog.

Slide 19 - Diapositive

WO I is de directe oorzaak van de Russische revolutie?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 20 - Quiz

Waarom leidde WO I tot de Februari- Revolutie?
A
Er werden veel verliezen geleden
B
Er werd veel landbouwgrond verloren
C
Er brak hongersnood uit
D
Omdat de Doema geen macht had

Slide 21 - Quiz

Wat is het verschil tussen de februarirevolutie (F) en de oktoberrevolutie (O) ?
A
F: staatsgreep en O: massa-opstand
B
F. muiterij en O opstand
C
F: massa-opstand, en O staatsgreep
D
F. Opstand en O muiterij.

Slide 22 - Quiz

Praktische opdracht (morgen uitleg)
Het schrijven van een artikel van minimaal 1500 woorden. 
Onderwerpen gaan over H4 en H5
Maak gebruik van een hoofdvraag en deelvragen (verplicht)
Schrijf een conclusie aan het eind 
Je maakt deze opdracht alleen!

Slide 23 - Diapositive

Huiswerk maken:
Vraag 1a,1b, 4a,4b, 7 en 9 op blz. 84,85 en 86 in je werkboek.

Gaan we morgen nakijken met elkaar! 

Slide 24 - Diapositive