BAG thema 5 Vakconcepten

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 3

Vakconcept = 

''Het geheel van opvattingen over de identiteit en functie van een vak, op grond waarvan je beslissingen neemt en keuzes maakt ten aanzien van je handelen in de praktijk''

Ook wel vakvisie of vakopvatting 

Omschrijf het begrip vakconcept in eigen woorden

Stadia van een vakconcept

Soms weet iemand perfect te verwoorden hoe hij tegen het vak bewegingsonderwijs aankijkt. In een ander geval blijkt uit het handelen van een coördinator sport- en bewegingsagogie duidelijk hoe hij over het vak denkt, zonder dat hij dit helder verwoordt.

1: Het geleefde vakconcept

De kijk op het vak die verder niet uitgesproken wordt. Uit je handelen blijkt hoe jij over bepaalde zaken denkt.

Deze kijk op het vak blijft min of meer verborgen, maar ligt wel ten grondslag aan het beroepsmatige doen en laten van de bewegingsagoog

2: Het gesproken vakconcept

blijkt uit een discussie met verschillende vakgenoten, bijvoorbeeld tijdens overleg van het team. Hierin geven mensen blijk van een bepaalde mening, zonder dat het een mooi samenhangend geheel vormt.

3: Het besproken vakconcept

heeft betrekking op een nadrukkelijke formulering van de identiteit en de functie van het vak bewegingsagogie.

Aan het einde van de opleiding moet je het besproken vakconcept beheersen

Welke 3 stadia van vakconcepten zijn er?

Inhoud van een vakconcept

• de visie op bewegen
  
• de visie op de doelgroep
  
• de visie op de sport- en bewegingscultuur.

Als je een substantiële visie hebt ziet je vakconcept er anders uit dan bij een relationele visie.

Indeling vakconcepten

1. biologisch georiënteerd vakconcept
2. vormingstheoretisch vakconcept
3. personalistisch vakconcept
4. sportgericht vakconcept
5. kritisch-constructief vakconcept.

Opdracht

Zoek op in het (digitale) boek en werk uit wat de inhoud en betekenis van de vakconcepten is

• Groep A: biologisch georiënteerd vakconcept & vormingstheoretisch vakconcept
• Groep B: personalistisch vakconcept & sportgericht vakconcept
• Groep C:kritisch-constructief vakconcept.

Welk vakconcept vat het menselijk lichaam op als een instrument

1. Biologisch georiënteerd vakconcept
2. Sportgericht vakconcept
3. Personalistisch vakconcept
4. Vormingstheoretisch vakconcept

Welk vakconcept gaat uit van de vormende waarde van sport- en bewegingsactiviteiten?

1. Kritisch-constructief vakconcept
2. Sportgericht vakconcept
3. Vormingstheoretisch vakconcept
4. Biologisch georiënteerd vakconcept

Welk vakconcept neemt de huidige sport- en bewegingscultuur als uitgangspunt?

1. Kritisch-constructief vakconcept
2. Sportgericht vakconcept
3. Personalistisch vakconcept
4. Vormingstheoretisch vakconcept

Bij welk vakconcept staat de deelnemer als unieke persoon centraal ?

1. Personalistisch vakconcept
2. Vormingstheoretisch vakconcept
3. Biologisch georienteerd vakconcept
4. Sportgericht vakconcept

Welk vakconcept komt veel voor in de psychiatrie en jeugdhulpverlening

1. Personalistisch vakconcept
2. Biologisch georiënteerd vakconcept
3. Kritisch-constructief vakconcept
4. Vormingstheoretisch vakconcept

Opdracht 

Beschrijf welk vakconcept bij jou past en licht toe waarom.