1. Wat is een rechtsstaat?




Rechtsstaat



1. Voorwaarden voor een rechtsstaat
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon




Rechtsstaat



1. Voorwaarden voor een rechtsstaat

Slide 1 - Diapositive

DE VOLGENDE TOETS GRAAG:
Mix open en meerkeuze
Alleen meerkeuze

Slide 2 - Sondage

Begrippen:
  • Rechtsnormen 
  • Publiekrecht 
  • Strafrecht
  • Privaatrecht
  • Burgerlijk recht
  • Rechtspersonen 
  • Rechtsstaat 
  • Rechtshandhaving
  • Geweldsmonopolie
  • Rechtsbescherming
  • Autoritaire staat 
  • Dictaturen 
Wat moet je weten:
  • Het ontstaan van de rechtsstaat
  • Rechtsgebieden
  • Kerntaken overheid
  • Landen zonder rechtsstaat

Slide 3 - Diapositive

Noem 3 ongeschreven regels

Slide 4 - Question ouverte

Noem 3 geschreven regels

Slide 5 - Question ouverte

Noem 3 plichten

Slide 6 - Question ouverte

Publiekrecht:
Rechtsregels over de relatie tussen overheid en burger (en organisaties/bedrijven). 
O.a. strafrecht 

Zowel kleine overtredingen (door rood rijden) als zware misdrijven (moord).

Altijd een zaak tussen openbaar Ministerie en burger (of bedrijf / organisatie).




Slide 7 - Diapositive

Privaatrecht:
Rechtsregels over de relatie tussen burgers (en organisaties/bedrijven) onderling, ook wel rechtspersonen genoemd. 
o.a personen- en familierecht.

Wetsregels met betrekking tot familiaire (of relationele) verhoudingen tussen mensen.

Bijvoorbeeld:
  • Huwelijk
  • Scheiding
  • Erfenis




Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Veiligheid of vrijheid?
Rechtshandhaving = de overheid moet zorgen voor de veiligheid van burgers. 

Rechtsbescherming = de grondwet beschermt burgers tegen andere burgers en tegen machtsmisbruik van de overheid. 

Slide 10 - Diapositive

Taken politie:
  1. Handhaven openbare orde: zoals optreden bij demonstratie
  2. Hulpverlening: zoals ouders verdwaald kind opsporen
  3. Opsporing: strafbare feiten onderzoeken
  4. Preventie: maatregelen om criminaliteit voorkomen bijv. surveilleren in de stad met uitgaan
  5. Dienstverlening: advies en service bijv. huis beveiligen
  6. Opstellen proces verbaal: officieel schriftelijk verslag van het politieonderzoek naar een misdrijf 

Slide 11 - Diapositive

Bevoegdheden politie:
Wat mag de politie?
  • staande houden: naar identiteit vragen 
  • bekeuring geven 
  • aanhouden: meenemen naar politiebureau
  • vasthouden op het bureau 
  • fouilleren: kleding en lichaam van verdachte onderzoeken 
  • geweldsmonopolie: politie en leger mogen geweld gebruiken en wapens gebruiken om burgers tot bepaald gedrag te dwingen. Er zijn wel strenge regels voor dit gebruik. 
  • Soms toestemming nodig van officier van justitie of rechter-commissaris bijvoorbeeld voor het afluisteren van een telefoon of huiszoeking.

Slide 12 - Diapositive

rechtsbescherming vs. rechtshandhaving 
 Via identificatieplicht kunnen agenten controleren of een verdachte de juiste gegevens geeft (rechtshandhaving) maar de politie mag je niet zomaar om je ID vragen. Ze moeten wel een geldige reden hebben (rechtsbescherming) 

Slide 13 - Diapositive

Niet tonen van een identificatiebewijs:
A
€75
B
€90
C
€100
D
€120

Slide 14 - Quiz

Valse identiteit opgeven:
A
€100
B
€200
C
€250
D
€400

Slide 15 - Quiz

Wat is duurder wildplassen of wildpoepen:
Wildplassen
Wildpoepen

Slide 16 - Sondage

Dronken op de openbare weg bevinden:
A
€75
B
€100
C
€150
D
€200

Slide 17 - Quiz

Maken:
Opd. 8 t/m 13

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive