H7.4 Waterkwaliteit en waterkwantiteit

H7.4 Waterkwaliteit en waterkwantiteit
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

H7.4 Waterkwaliteit en waterkwantiteit

Slide 1 - Diapositive

Welk soort water is zichtbaar op de foto?
A
Industrieel water
B
Drinkwater
C
Proceswater
D
Koelwater

Slide 2 - Quiz

Hoe kan het dat een mens soms wel 6000 liter water per dag gebruikt?

Slide 3 - Question ouverte

Welk soort water is zichtbaar op de foto?
A
Industrieel water
B
Drinkwater
C
Proceswater
D
Koelwater

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Vidéo

Soorten watervervuiling
  • We onderscheiden vijf soorten vervuiling:
  • 1. Organische vervuiling / Huishoudelijke vervuiling
  • 2. Chemische vervuiling
  • 3. Thermische vervuiling
  • 4. Landbouwvervuiling
  • 5. Verzilting
Maak aantekeningen!

Slide 6 - Diapositive

Soorten watervervuiling
  • 1. Organische/ huishoudelijk vervuiling:  Etensresten, poep en opgeloste afvalstoffen worden in rioolwaterzuiveringsinstallaties uit het afvalwater gehaald.

  • 1. Grijs water: Van douche, wasmachine, keuken. Hergebruik mogelijk.
  • 2. Zwart water: Water van WC. Veel schadelijke bacteriën en moet daarom goed worden gezuiverd.

Maak aantekeningen!

Slide 7 - Diapositive

  • 2. Chemische vervuiling: 
  • Industrieën kunnen water vervuilen met stoffen die moeilijk kunnen worden schoongemaakt.
  • Voorbeelden: Olie, verf, medicatie
  • Daarom nooit door wc spoelen!

Maak aantekeningen!

Slide 8 - Diapositive

  • 3. Thermische vervuiling:

  • Industrieën en elektriciteitscentrales lozen koelwater op meren en rivieren.

Maak aantekeningen!

Slide 9 - Diapositive

  • 4. Landbouwvervuiling:

  • Kunstmest kan in oppervlaktewater terecht komen. 
  • Planten en dieren sterven uit.


Maak aantekeningen!

Slide 10 - Diapositive

  • 5. Verzilting:
  • In droge zomers kan brak water (mengsel zoet en zout water) aan het oppervlak komen.
  • Grondwater wordt zouter: verzilting
  • Schadelijk  voor natuur en landbouwgewassen.


Maak aantekeningen!

Slide 11 - Diapositive

Verzilting: Het zout worden van de bodem

Slide 12 - Diapositive

  • Daarnaast is Nederland onverdeeld in waterschappen.
  • Die zorgen voor het water in een bepaald deel van het land. 
  • De bewoners van het waterschap betalen belasting aan het waterschap. 
Maak aantekeningen!

Slide 13 - Diapositive

  • De vier taken:

  • 1. Waterkwaliteit 
  • 2. Waterkwantiteit 
  • 3. Beheer dijken, duinen en stuwen
  • 4. Waterwegen goed bevaarbaar houden voor schepen
Maak aantekeningen!

Slide 14 - Diapositive

douchewater 
wasmachienewater 
water dat je in de keuken gebruikt 
toiletwater 
grijswater 
zwartwater 

Slide 15 - Question de remorquage

Grijs water is het water van de toiletspoeling.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 16 - Quiz

Wat is organische vervuiling?
A
vervuiling afkomstig van je organen
B
vervuiling afkomstig van planten, dieren
C
vervuiling afkomstig van huis
D
vervuiling afkomstig van telefoons

Slide 17 - Quiz

Zelfreinigend vermogen betekent
A
dat de mens een grote taak heeft de natuur schoon te houden
B
dat de natuur zelf een bepaalde hoeveelheid vervuiling opruimt
C
Dat er veel resten van chemicaliën in de natuur komen.
D
dat de mens de natuur te veel vervuilt

Slide 18 - Quiz

Welke soort vervuiling?
A
Organische vervuiling
B
Chemische vervuiling
C
Thermische vervuiling

Slide 19 - Quiz

Welke soort vervuiling?
A
Organische vervuiling
B
Chemische vervuiling
C
Thermische vervuiling

Slide 20 - Quiz

Welke soort vervuiling?
A
Organische vervuiling
B
Chemische vervuiling
C
Thermische vervuiling

Slide 21 - Quiz

'Brak' water is...
A
Zout water
B
Zoet water
C
Water tussen zout en zoet water in
D
Water met een kater

Slide 22 - Quiz

Wat gebeurt het met het water van een rioolwaterzuiveringsinstallatie?
A
Hier wordt drinkwater van gemaakt
B
Het water wordt geloosd op het oppervlaktewater
C
Het wordt gebruikt als koelwater
D
Het wordt gebruikt als proceswater

Slide 23 - Quiz


A
Beregening
B
Druppelirrigatie
C
Oppervlakte-irrigatie

Slide 24 - Quiz

Bekijk A t/m D en geef telkens in maximaal 3 woorden aan welke taak van het waterschap wordt weergegeven. 

Slide 25 - Diapositive

ANTWOORD
A – Waterkwaliteit
B – Waterkwantiteit
C – Waterkeringen / veiligheid
D – Bevaarbaarheid


Slide 26 - Diapositive

Winterdijk
Zomerdijk
Uiterwaard
Kribben
Komgronden
Oeverwal

Slide 27 - Question de remorquage