05. Thema 4.3 - Een man (1) 21-2

Thema 4: 
Relaties en seksualiteit
Basisstof 3: Een man
1 / 40
suivant
Slide 1: Diapositive
VerzorgingMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

Cette leçon contient 40 diapositives, avec diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

Thema 4: 
Relaties en seksualiteit
Basisstof 3: Een man

Slide 1 - Diapositive

Maken Thema 1:

Vandaag
Instructie § 4.3
Aan de slag § 4.3

Doelen checken
Huiswerk opgeven

Instructie § 4.3
 Instructie vervolg § 4.3
Aan de slag § 4.3
Doelen checken
Huiswerk opgeven
BK
KGT



5 min
2 min

Slide 2 - Diapositive

Maken Thema 1:

Huiswerk 20 februari
Maken § 4.2: af
+
Leren 4.2
+
Nakijken

Maken § 4.2: af
+
Leren 4.2 
+
Nakijken

BK
KGT

Slide 3 - Diapositive

Geslachtskenmerken

primaire geslachtskenmerken

secundaraire geslachtskenmerken


Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Doel: Een man
  • Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een man noemen met hun functies en kenmerken.
  • Je kunt de verschillen tussen zaadcellen en eicellen noemen.

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Het voortplantingsstelsel van een man




Voortplantingsstelsel = de voortplantingsorganen
samen. De voortplantingsorganen beginnen in de
puberteit te functioneren.

Slide 8 - Diapositive

Functies en kenmerken
  • Balzak: huidplooi waarin teelballen en bijballen liggen. De temperatuur is iets lager dan die in de buikholte. Dat is gunstig voor de ontwikkeling van zaadcellen (spermacellen).
– Teelballen: vormen zaadcellen.
– Bijballen: hierin worden zaadcellen tijdelijk
    opgeslagen.
  •  Zaadleiders: vervoeren zaadcellen.

Slide 9 - Diapositive

Functies en kenmerken
Zaadblaasjes: voegen vocht en voedingsstoffen toe aan de zaadcellen.
Prostaat: voegt vocht toe aan de zaadcellen.
 Urinebuis: vervoert urine en sperma.
- Sperma bestaat uit zaadcellen en vocht uit de zaadblaasjes en de prostaat.

Slide 10 - Diapositive

Functies en kenmerken
  • Penis: sperma inbrengen in een vagina.
– Zwellichamen: brengen de penis in erectie.
– Eikel: vangt prikkels op die kunnen leiden tot een orgasme.
– Voorhuid: huidplooi om de eikel.
– Besnijden: wegsnijden van de voorhuid

Slide 11 - Diapositive

Zaadlozing
 Bij een zaadlozing komt sperma met schokken uit de penis.

• Een zaadlozing kan een lekker gevoel geven (orgasme of klaarkomen).
• Een zaadlozing kan plaatsvinden:
– bij geslachtsgemeenschap door het bewegen van de penis in de vagina;
– door zelfbevrediging (masturbatie);
– in de slaap (een ‘natte droom’).

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Slide 14 - Lien

Zaadcel / spermacel
Sperma en eicel

Slide 15 - Diapositive

sperma bevat miljoenen zaadcellen en zaadvocht om te zwemmen 
zaadcel bestaat uit staart en een kop met celkern 

Slide 16 - Diapositive

Verschillen zaad- en eicellen
  • Grootte
  • Erg klein       -Erg groot

  • Beweging
  • Kunnen zelf bewegen met de zweepstaart - Kunnen niet zelf bewegen

  • Eén eicel per vier weken
  • Vele miljoenen per zaadlozing - 1 eicel per 4 weken

Slide 17 - Diapositive

Doel: Een man
  • Je kunt de delen van het voortplantingsstelsel van een man noemen met hun functies en kenmerken.
  • Je kunt de verschillen tussen zaadcellen en eicellen noemen.

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Maken Thema 1:

Huiswerk 5 maart
Maken § 4.3: 1-4
+
Leren 4.3
+
Nakijken

Maken § 4.3: 1-5
+
Leren 4.3 
+
Nakijken

BK
KGT

Slide 20 - Diapositive

Nabespreking
Hoe is het gegaan?
Wat ging goed?
Wat vond je moeilijk?
Welke vragen heb je nog?

Slide 21 - Diapositive

Erectie
(een stijve)

Slide 22 - Diapositive

erectie
De zwellichamen vullen zicht met bloed, dan heeft een man een erectie.

Slide 23 - Diapositive

Zaadlozing

Slide 24 - Diapositive

zaadlozing

Bij een zaadlozing komt sperma met schokken uit de penis. Per zaadlozing komt er een theelepel sperma uit de penis.

Een zaadlozing bevat 100 tot 400 miljoen zaadcellen.

Slide 25 - Diapositive

Zaadlozingen

* Een jongen kan een zaadlozing krijgen bij: 
- geslachtsgemeenschap. 
- masturbatie. 
- natte droom.

Slide 26 - Diapositive

De eerste zaadlozing

Slide 27 - Diapositive

Zaadlozing / orgasme

Slide 28 - Diapositive

Zaadblaasjes
Voegen vocht toe aan de 
zaadcellen, waardoor ze gaan gaan bewegen (worden actief) 


Slide 29 - Diapositive

Prostaat
  •  Bij het klaarkomen worden de zaadcellen naar de prostaat gepompt. 
  • Voegt vocht toe aan de zaadcellen. In het vocht zitten voedingsstoffen voor de zaadcellen

Slide 30 - Diapositive

De eerste zaadlozing

Slide 31 - Diapositive

Sperma
  • zaadcellen worden tijdelijk opgeslagen in de bijballen
  • zaadcellen worden vervoerd door de zaadleiders
  • zaadblaasjes en de prostaat voegen vocht toe
  • vocht uit zaadblaasjes en prostaat bevat voedingsstoffen voor de  zaadcellen
  • sperma = mengsel van zaadvocht en zaadcellen

Slide 32 - Diapositive

De bouw van een zaadcel: 
zich voortbewegen door de zweepstaart

Slide 33 - Diapositive

Zaadcel 
Een spermacel heeft een kop en een zweepstaart.
Met de zweepstaart kan hij zich voortbewegen. 
Mannen kunnen tot op hoge leeftijd sperma produceren. 
Zaadleiders vervoeren de zaadcellen. 

Slide 34 - Diapositive

sperma
zaadcel

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Vidéo

penis
De penis bestaat uit de eikel, de voorhuid, zwellichamen en de urinebuis. 
Door de urinebuis komt ook sperma naar buiten. 
De eikel is het voorste deel van de penis. 

Er bevinden zich in de penis de drie zwellichamen, die opzwellen in geval van een erectie. 
eikel
urinebuis
-vooruid
-zwellichaam

Slide 37 - Diapositive

Voorhuid
 Voorhuid = dient als bescherming van de zeer gevoelige eikel.

 De voorhuid kan naar achteren worden geschoven, dan komt de eikel bloot te liggen.

Bij een besneden penis is de voorhuid verwijderd

Slide 38 - Diapositive

Erectie
Kijk naar het plaatje. De rode delen heten 'zwellichamen'.
Zwellichamen vullen zich met bloed. Zo krijgt een man een stijve penis. 
Een ander woord voor stijve penis is 'erectie'. 

Slide 39 - Diapositive

Slide 40 - Vidéo