v1 - grammatica woordsoorten



Welkom!


Pak je spullen:
  • je eigen leesboek
  • lesboek + schrift
  • pen of potlood

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon



Welkom!


Pak je spullen:
  • je eigen leesboek
  • lesboek + schrift
  • pen of potlood

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Grammatica - woordsoorten
We zijn bezig grammatica en leren over diverse woordsoorten

De woordsoorten die je leert zijn:
  • zelfstandige naamwoorden en lidwoorden
  • bijvoeglijk naamwoord
  • persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord
  • voorzetsels en bijwoordelijke bepaling


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Deze les
  • Herhaling van de lidwoorden, zelfstandig naamwoorden en bijvoeglijknaam woorden
  • Theorie over persoonlijk en bezittelijk voornaamwoord, voorzetsels en bijwoorden bespreken.  

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen
Aan het einde van deze periode:
  • kun je elk woord in een zin benoemen

Aan het einde van deze les:
  • herken je persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden, voorzetsels én bijwoorden.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zinsdelen
Woordsoorten
persoonsvorm
onderwerp
werkwoordelijk gezegde
lijdend voorwerp
meewerkend voorwerp
bijwoordelijke bepaling
zelfstandig naamwoord
lidwoord
bijvoeglijk naamwoord
persoonlijk voornaamwoord
bezittelijk voornaamwoord
aanwijzend voornaamwoord
vragend voornaamwoord
onbepaald voornaamwoord
voorzetsel
bijwoord

Slide 7 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

timer
1:00

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 12 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 14 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 16 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 17 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 18 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 19 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

bepaald lidwoord
onbepaald lidwoord
zelfstandig naamwoord
zelfstandig naamwoord - eigennaam
bijvoeglijk naamwoord
stoffelijk bijvoeglijk naamwoord

Slide 20 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Voornaamwoorden
Woorden die verwijzen naar personen, dieren of dingen. 
Een persoonlijk voornaamwoord duidt een persoon, een dier of een ding aan:
Zij houdt niet van spaghetti. 

Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is. 
Het staat altijd vóór het zelfstandig naamwoord waar het bij hoort: 
haar etui, hun angst, onze moestuin.

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bijwoorden
Een bijwoord kan van alles aangeven:
tijd, plaats, reden/oorzaak, vraag, (on)zekerheid, ontkenning.

Het kan iets zeggen over een hele zin,
een werkwoord, een bijvoeglijk naamwoord of een ander bijwoord. 

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan de slag!
Wat? Je maakt van de Brug de opdrachten van grammatica woordsoorten. 
Hoe? Op een Chromebook.
Hulp? Kan je zelf!
Tijd? 20 minuten.
Uitkomst? Je oefent vast met de woordsoorten.
Klaar? Kom een puzzel halen. 

Slide 24 - Diapositive

par 2 opdracht 1 + 3
par 4 opdracht 1 + 2
par 6 opdracht 1 + 2
par 10 opdracht 1 + 3
par 12 opdracht 1 + 2


Even terugblikken
Aan het einde van deze les:
  • herken je persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden, voorzetsels én bijwoorden.

Denk met me mee!
  1. 'tussen' is nooit een voorzetsel.
  2. Krijgen jullie een mooi huis? mooi = bijwoord?

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions