6 september

Wat doen we vandaag?
  • Vooral niet eten in de les
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken 9E, A Werkwoord. 
  • Bespreken oefening 2 en 3. 
  • Lezen: Mythologie. 
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Wat doen we vandaag?
  • Vooral niet eten in de les
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken 9E, A Werkwoord. 
  • Bespreken oefening 2 en 3. 
  • Lezen: Mythologie. 

Slide 1 - Diapositive

Vragen grammatica?

Slide 2 - Question ouverte

Geen vragen (meer)?
  • Maak maar twee rijtjes.... 

Slide 3 - Diapositive

Opdracht bij 9E
  • Ieder krijgt (ongeveer) 3 zinnen toegewezen.
  • Benoem ieder woord in de zin.
  • Bij naamwoorden: geef naamval, geslacht, getal
  • Bij werkwoorden: geef modus, tijd, these, aspect, persoon.
  • Geef bij naamwoorden de (vermoedelijke) functie in de zin, of geef aan of dit een vaste aanvulling is (waarbij?)

Slide 4 - Diapositive

9E Ares en Aphrodite betrapt
  • Ap. Wat/Waarom lach je, Hermes?
  • He. Omdat ik erg lachwekkende dingen zag.
  • Ap. Zeg het dan, opdat ik ook zelf als ik het gehoord heb, kan meelachen.
  • He. Aphrodite is betrapt terwijl ze samen was met Ares en Hephaistos
  • Heeft hen gegrepen (ptc. aor.) en vastgebonden.
  • Ap. Hoe? Want je lijkt iets leuks te zullen zeggen.

Slide 5 - Diapositive

9E Ares en Aphrodite betrapt
  • He. Omdat hij dat al lang, meen ik, wist, maakte hij jacht op hen en door rondom het bed onzichtbare boeien te plaatsen bewerkte hij het, nadat hij weggegaan was naar z’n smidse. 
  • Vervolgens kwam Ares binnen onopgemerkt, zoals hij dacht, maar Helios zag hem en zei het tegen Hephaistos.
  • En nadat ze op het bed waren geklommen en ‘aan het werk’ waren en binnen de netten terecht waren gekomen, wikkelden de boeien zich om hen heen en Hephaistos ging erbij staan. 
  • Zij nu – want ook was ze juist naakt – wist niet hoe ze zich moest omhullen, terwijl ze zich schaamde/uit schaamte; maar Ares probeerde eerst te vluchten (er tussen uit te knijpen) en hij hoopte de boeien te zullen verbreken, maar toen hij vervolgens begreep dat hij zelf in een onontkoombare toestand zat, smeekte hij.


Slide 6 - Diapositive

9E Ares en Aphrodite betrapt
  • Ap. Welnu, wat (toen)? Heeft Hephaistos ze bevrijd?
  • He. Nog niet, maar hij riep (ptc. aor.) de goden bijeen/samen en hij toonde hun het overspel. En zij, naakt allebei, (met) gebogen (hoofd) en bij elkaar gebonden bloosden, en het schouwspel scheen mij erg leuk/aangenaam bijna het plaatsvinden van de daad zelf/haast alsof de daad zelf plaatsvond.
  • Ap. En die smid schaamde zich niet terwijl hij zelfs zelf de schande van zijn huwelijk toonde?

Slide 7 - Diapositive

9E Ares en Aphrodite betrapt
  • He. Nee, bij Zeus, hij die er ook nog bij stond te lachen! (lett. hij lachte ook erbij staande).
  • Ik echter, als ik de waarheid moet zeggen, was jaloers op Ares omdat hij niet alleen overspel pleegde met de mooiste godin, maar ook nog met haar vastgebonden was.
  • Ap. Jij zou het uitgehouden hebben vast te zitten op die voorwaarde, is het niet?
  • He. Zou jij dat dan niet, Apollo? Kijk slechts door er naar toe te gaan.
  • Want ik zal je prijzen, als jij niet ook zelf gelijke dingen/hetzelfde zult smeken wanneer je het gezien hebt.

Slide 8 - Diapositive

A Werkwoord 1
  • r. 4 κατείληπται
  • r. 12 ἐγεγένηντο
  • r. 22 νενευκότες
  • r. 22 ξυνδεδεμένοι
  • r. 29 δεδεμένῳ
  • r. 31 δεδέσθαι

Slide 9 - Diapositive

A Werkwoord 2
  • 3 ev praes. act.

Slide 10 - Diapositive

A Werkwoord 3
  • 3 c ptc. aor. act. nom. ev mnl.
  • d 1 zij sturen 
  • 2 hij begrijpt, hij begreep 
  • 3 jullie sturen/stuurden
  • 4 sturen 
  • 5 gaan

Slide 11 - Diapositive

A Werkwoord 3
  • 6 ik begreep (aor.)
  • 7 zij sturen (opt. aor.)
  • 8 begrijp (aor.) 
  • 9 hij stuurt (coni. aor.) 
  • 10 zij stuurden (aor.)

Slide 12 - Diapositive

A Werkwoord 3
  • 11 jij snelt (coni. aor. med.)
  • 12 wij waren
  • 13 hij begreep
  • 14 wij snelden (aor.)
  • 15 ik ben (opt. praes.)

Slide 13 - Diapositive

Oefening 1
  • 1εἷναι is inf. aor., de andere vormen zijn inf. praes.
  • 2 οἶδε is 3 ev perf. (met praes. betekenis), de ander vormen zijn aor.
  • 3 ἵασι is 3 mv, de andere vormen zijn 3 ev
  • 4 ἵω is coni. praes., de andere vormen zijn coni. aor.

Slide 14 - Diapositive

Oefening 2
  • Een leeuw kwam (ptc. aor.) "toevallig" een haas tegen die lag te slapen en zou hem opeten;
  • maar ondertussen zag (ptc. aor.) hij een hert voorbijgaan en hij liet (ptc. aor.) de haas gaan en achtervolgde dat (hert). 
  • En hij (de haas) stond op (ptc. aor.) en vluchtte. 
  • En de leeuw achtervolgde (ptc. aor.) lange tijd het hert, en toen hij het niet kon grijpen ging hij terug naar de haas.

Slide 15 - Diapositive

Oefening 2
  • En toen hij hem ontsnapt vond, zei hij: 
  • ‘Ik heb rechtvaardige dingen ondergaan (ik heb terecht geleden), 
  • omdat ik de buit die ik in handen had, liet gaan (ptc. aor.) en de voorkeur gaf aan een grotere hoop.’
  • Zo laten sommige van de mensen wanneer ze geen genoegen nemen met bescheiden winst (mv) ongemerkt ook wat ze in handen hebben schieten/gaan.

Slide 16 - Diapositive

Oefening 3
  • Een Kymaiër verkocht honing. 
  • En toen er iemand gekomen was en geproefd had en gezegd
  • had dat hij erg goed was, zei hij: 
  • ‘Als er immers niet een muis in gevallen was, zou ik hem
  • niet verkopen.’

Slide 17 - Diapositive

Oefening 3
  • Een geleerde/student zag (ptc. aor.) in een droom dat hij in een spijker getrapt had 
  • en omdat hij meende dat hij pijn had, verbond hij z’n voet. 
  • En toen een ander de reden had vernomen, zei hij: 
  • ‘Waarom ga je dan ook zonder schoenen slapen?’

Slide 18 - Diapositive

Oefening 3
  • Een Kymaiër in Alexandrië heeft na het overlijden van zijn vader/toen zijn vader overleden was het lichaam aan de mensen die lijken balsemen gegeven. 
  • En na een tijd probeerde hij het terug te krijgen. 
  • Maar toen hij (één van de lijkbalsemers) ook andere lijken had en hij hem vroeg, welk teken de kist van z’n vader had, antwoordde hij: 
  • ‘Hij hoestte.’

Slide 19 - Diapositive

Aan het werk.
  • Herhaal de woordjes van Serie 1 en 2
  • Leer de woordjes en grammatica t/m 9E
  • Lees: Mythologie 

    Dit is ook huiswerk. 

Slide 20 - Diapositive

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 21 - Question ouverte

Wat is nog onduidelijk?
Waar wil je meer over weten?

Slide 22 - Question ouverte