Cette leçon contient 45 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wat heb je allemaal herkend op de vorige slide?
Slide 2 - Carte mentale
In welk tijdvak kunnen we Sparta situeren?
A
het oude Nabije oosten?
B
middeleeuwen
C
klassieke oudheid
D
moderne tijd
Slide 3 - Quiz
Situering in tijd
klassieke oudheid: 800 V.C. – 476
Sparta: 8e eeuw V. Chr. – 4e eeuw V. Chr.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Vidéo
01:01
Welk volk valt Sparta aan?
A
Athene
B
Perzen
C
Galliërs
D
Romeinen
Slide 7 - Quiz
01:20
Sparta is een....
A
monarchie
B
democratie
C
aristocratie
D
oligarchie
Slide 8 - Quiz
02:17
'300' is een realistische weergave van wat er gebeurd is.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 9 - Quiz
De Spartaanse opvoeding
mythe VS. historische werkelijkheid
Slide 10 - Diapositive
Lees de volgende bron.
Slide 11 - Diapositive
Slide 12 - Diapositive
Was Sparta een open of een gesloten polis?
A
open
B
gesloten
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Vidéo
Welk beroep deden de Spartaanse mannen?
A
Handelaar
B
Soldaat
C
Pottenbakker
D
Leraar
Slide 15 - Quiz
Lees volgende bron
Vragen na het lezen van de bron (zie p. 82):
- Wie was de schrijver?
- Datering
- Hoe beschrijft de auteur de Spartaanse opvoeding?
- Hoeveel tijd is er verlopen tussen wat de auteur beschrijft en het moment van opschrijven?
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Wanneer werd de bron geschreven?
A
9de eeuw v.C.
B
ca. 390
C
9de eeuw
D
ca. 390 v.C.
Slide 18 - Quiz
Wie was de schrijver?
A
Xenophon
B
Xylofoon
C
Herodotos
D
Homeros
Slide 19 - Quiz
Hoe staat de auteur tegenover Sparta?
A
negatief
B
neutraal
C
positief
Slide 20 - Quiz
Lees volgende bron.
Vragen na het lezen van de bron (zie p. 83):
- Wie was de schrijver?
- Datering
- Hoe beschrijft de auteur de Spartaanse opvoeding?
- Hoeveel tijd is er verlopen tussen wat de auteur beschrijft en het moment van opschrijven?
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
De auteur beschrijft de Spartaanse opvoeding als:
A
te mild
B
mild
C
streng
D
te streng
Slide 23 - Quiz
Wie was de schrijver?
A
Ploutarchos
B
Plato
C
Herodotos
D
Homeros
Slide 24 - Quiz
Hoe staat de auteur tegenover Sparta?
A
negatief
B
neutraal
C
positief
Slide 25 - Quiz
Wanneer werd de bron geschreven?
A
9de eeuw v.C.
B
ca. 100
C
9de eeuw
D
ca. 100 v.C.
Slide 26 - Quiz
Meer bronnen uit de klassieke oudheid zijn over dit onderwerp niet bewaard.
Slide 27 - Diapositive
Geven deze 2 bronnen een betrouwbare weergave van de werkelijkheid? Waarom wel of waarom niet?
Slide 28 - Question ouverte
We bekijken de beginscène van 'The 300'.
Beantwoord straks de vraag:
Wat deden de Spartanen volgens de vorige bron en het filmpje met hun pasgeboren baby's.
Slide 29 - Diapositive
Slide 30 - Vidéo
Lees volgende bron.
Slide 31 - Diapositive
Slide 32 - Diapositive
Wat deden de Spartanen met pasgeboren baby's volgens de film en de vorige bron?
Slide 33 - Question ouverte
Wat doet ons twijfelen of dat echt gebeurde in Sparta?
Slide 34 - Question ouverte
Besliste de Spartaanse overheid over het lot van elke pasgeboren baby?
A
Ja
B
Nee
C
We kunnen het niet met zekerheid weten.
Slide 35 - Quiz
Deze bron is een...
A
historische bron
B
historisch werk
Slide 36 - Quiz
De auteur brengt het verhaal over de Spartaanse baby's als een...
A
hypothese
B
vaststaand feit
Slide 37 - Quiz
Is dat volgens jou verantwoord? Waarom wel/niet?
Slide 38 - Question ouverte
We zien dus dat mensen eeuwen later nog steeds verwezen naar het Spartaanse verleden.
Slide 39 - Diapositive
Nog een voorbeeld.
Even kaderen!!!!
Slide 40 - Diapositive
Slide 41 - Diapositive
Even samenvatten
Een betwijfelbare versie van het verleden kan uitgroeien tot foutieve beeldvorming. Zeker als er geen betrouwbare informatie uit de bewaarde bronnen valt te halen.
Mensen verwijzen altijd met een welbepaald doel naar het verleden. Bij verwijzingen naar de Spartaanse opvoeding blijkt meestal de historische mythe het sterkst.
Slide 42 - Diapositive
Slide 43 - Vidéo
Welke verschillen kan je geven tussen Sparta en Athene?