Herhalen: kalverdiarree, de eerste twee maanden, spijsverteringsstelsel van een kalf
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
jongveeopfokMBOStudiejaar 1
Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 120 min
Éléments de cette leçon
Jongveeopfok
Management van jongvee
Spenen
Herhalen: kalverdiarree, de eerste twee maanden, spijsverteringsstelsel van een kalf
Slide 1 - Diapositive
Agenda 27-09-2022
Planning bekijken
Herhalen: kalverdiarree, de eerste twee maanden, spijsverteringsstelsel van een kalf
Nieuw hoofdstuk:
Management van jongvee
Spenen
Aan de slag in het werkboek en met de IO opdracht
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Doelen
Aan het eind van deze les:
Kun je 3 voedermiddelen opnoemen die belangrijk zijn voor de ontwikkeling van de pens
Kun je 2 stressmomenten benoemen
Kun je 3 succesfactoren voor probleemloos spenen opnoemen
Weet je wat je moet doen voor de IO opdracht
Slide 4 - Diapositive
Herhaling
kalverdiarree,
de eerste twee maanden
spijsverteringsstelsel van een kalf
Slide 5 - Diapositive
Wat is een normale temperatuur voor een kalf?
A
37 °C tot 38 °C
B
37,5 °C tot 38,5 °C
C
38°C tot 39 °C
D
38,5 °C tot 39,5 °C
Slide 6 - Quiz
Wat is geen infectieuze diarree?
A
E.coli
B
Pensdrinker
C
Cryptosporidium
D
Rota virus
Slide 7 - Quiz
Wat is passieve immuniteit? Er zijn 2 antwoorden goed.
A
Immuniteit door biest te drinken
B
immuniteit door serum met antistoffen ingespoten
C
Immuniteit door de ziekte te doorlopen
D
immuniteit door vaccinatie
Slide 8 - Quiz
Op welke leeftijd heeft het kalf een weerstandsdip?
A
1 week
B
2 á 3 weken
C
2 á 3 maanden
D
6 maanden
Slide 9 - Quiz
Hoe kun je ervoor zorgen dat de weerstandsdip zo kort mogelijk is.
A
Door het kalf later te spenen
B
Door het kalf na de geboorte 24 uur bij de koe te laten
C
Door veel en goede biest aan het kalf te geven.
D
Door het kalf te vaccineren
Slide 10 - Quiz
Wat wordt er bedoelt met spenen van een kalf?
A
Het kalf uit een speenemmer leren drinken
B
Het kalf bij de koe weghalen
C
Het kalf melk uit een emmer laten drinken zonder speen
D
Afbouwen van de melk
Slide 11 - Quiz
Welke van onderstaande beweringen over het gebruik van kunstmelk is ONJUIST
A
Alle vitaminen en mineralen die het kalf nodig heeft zitten er in.
B
Het kalf is sneller verzadigd door het hoge vetpercentage.
C
De samenstelling van de melk is constanter dan bij koemelk.
D
Kunstmelk kan geen ziektes overdragen.
Slide 12 - Quiz
Waarom is het van belang dat een kalf al jong structuurrijk voer aangeboden krijgt?
A
Voor de ontwikkeling van de pens.
B
Dan is er minder kans op diarree.
C
Voor extra vulling in de pens.
D
Voor de ontwikkeling van de lebmaag
Slide 13 - Quiz
Welke van de onderstaande aspecten heeft geen invloed op de werking van de slokdarmsleuf
A
De temperatuur van de melk
B
De hoeveelheid melk
C
Drinken uit een speen of emmer
D
De drinkhouding
Slide 14 - Quiz
Als de slokdarmsleuf gesloten is gaat de melk naar?
A
De pens
B
De netmaag
C
De boekmaag
D
De lebmaag
Slide 15 - Quiz
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Biest meten
Brix waarde meten met refractor meter
biest boven 23% is van goede kwaliteit
(meer dan 50 mg/ml IgG)
Slide 18 - Diapositive
Nieuw hoofdstuk
Management van jongvee
Spenen
Slide 19 - Diapositive
Aan de slag in het werkboek
Maak uit het werkboek
DEEL 2: hfd 3 vraag 1 t/m 4,
Slide 20 - Diapositive
Aan de slag met de IO opdracht
Vergelijk de resultaten van jouw BPV-bedrijf met de referentie- en/of streefwaarden. Op welke punten scoort het bedrijf onder de referentie- en/of streefwaarden?
Werk in groepjes van 2 en vergelijk de resultaten van de verschillende bedrijven met elkaar.
Op welke punten verschillen de bedrijven van elkaar en zou men van elkaar kunnen leren?
Klaar? -> werkboek deel 2 hfd 4 vraag 1
Slide 21 - Diapositive
Aan de slag met de IO opdracht
Bepaal welke verbeterpunten er voor jouw BPV-bedrijf zijn op het gebied van jongveeopfok. Geef ze prioriteit op basis van verbetering rendement en (financiële) haalbaarheid. Licht de prioritering toe.
Klaar?-> Maak uit het werkboek
DEEL 2: hfd 4 vraag 1 (zelfstandig protocol maken, daarna vergelijken met medestudent)
Slide 22 - Diapositive
Evaluatie
Noem 3 voedermiddelen die belangrijk zijn voor de ontwikkeling van de pens
Noem 2 stressmomenten op voor een kalf
Noem 3 succesfactoren voor probleemloos spenen
Heb je een begin gemaakt met de IO opdracht en kun je verder?