3.5 Formules met letters

3.1 GPS coordinaten
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

3.1 GPS coordinaten

Slide 1 - Diapositive

Planning 
  • iedereen aanwezig en materiaal mee?
  • telefoons op stil en in de telefoonzak?
  • terugblik 3.4 Woordformules
  • uitleg 3.5 Formules en letters
  • werken uit je flexboek
  • afsluiting en vooruitblik

Slide 2 - Diapositive

Terugblik 
Wat hebben we vorige les gedaan:
*Je kunt rekenen met woordformules
 

Slide 3 - Diapositive

Je bezoekt een kermis. De entree kost 4 euro. Voor elke attractie moet je nog eens 2 euro extra betalen. 
Kosten = 4 euro + 2 euro x aantal attracties


Slide 4 - Diapositive

Je bezoekt een kermis. De entree kost 4 euro. Voor elke attractie moet je nog eens 2 euro extra betalen. 
Kosten = 4 euro + 2 euro x aantal attracties
K            = 4          + 2a         
K            = 2a         + 4

Slide 5 - Diapositive

Je huurt een auto. Je betaalt 50 euro en voor elke kilometer die je rijdt betaal je een euro extra. 
Kosten = 50 euro + 1 euro x aantal kilometer

Slide 6 - Diapositive

Je huurt een auto. Je betaalt 50 euro en voor elke kilometer die je rijdt betaal je een euro extra. 
Kosten = 50 euro + 1 euro x aantal kilometer
K            = 50          + 1a
K            = 1a           + 50

Slide 7 - Diapositive

Je vult een emmer met water. Er zat al 3 cm water in de emmer. Elke minuut stijgt het water in de emmer en komt er 5 cm bij.
Hoogte waterpeil in emmer = 3 cm + 5 cm x aantal minuten

Slide 8 - Diapositive

Je vult een emmer met water. Er zat al 3 cm water in de emmer. Elke minuut stijgt het water in de emmer en komt er 5 cm bij.
Hoogte waterpeil in emmer = 3 cm + 5 cm x aantal minuten
H                                                   = 3      + 5a
H                                                   = 5a    + 3

Slide 9 - Diapositive

Je brandt een kaars. De lengte van de kaars is 30 centimeter. Elke branduur wordt de kaars korter. Per branduur wordt de kaars een 5 cm korter

 
Lengte van de kaars = 30 cm - 5 cm x aantal branduur

Slide 10 - Diapositive

Je brandt een kaars. De lengte van de kaars is 30 centimeter. Elke branduur wordt de kaars korter. Per branduur wordt de kaars een 5 cm korter

 
Lengte van de kaars = 30 cm - 5 cm x aantal branduur
L                                      = 30       - 5a
L                                      = -5a      + 30

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

werken uit het boek
Wat?
3.5 Formules en letters

extra ondersteuning: 43, 48
standaard (verplicht):42, 44, 45, 46, 49, 50, 51
extra uitdaging: 47, 52
Hoe?
buurman/buurvrouw 
Hulp?
nakijken met antwoordboekje
Tijd?
30 minuten
Klaar?
Ga verder met 
3.6 Grafiek bij een formule

timer
20:00

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

afsluiting en vooruitblik
Wat hebben we deze les gedaan:
Je kunt rekenen met letterformules


Wat gaan we de volgende les doen:
*bij de formule de tabel maken
*Bij de tabel de grafiek maken

Slide 18 - Diapositive

Wat vond je van deze les
😒🙁😐🙂😃

Slide 19 - Sondage