Herhaling 1.3 Iran in de atlas
1 / 16
La durée de la leçon est: 45 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Hoe omschrijf je het zuidelijk halfrond
A
Deel boven de evenaar
B
Deel onder de evenaar
C
Deel ten westen van de evenaar
D
Deel ten oosten van de evenaar
Slide 2 - Quiz
Wat zijn meridianen?
A
Breedtecirkels
B
Breedtegraden
C
Lengtecirkels
D
Lengtegraden
Slide 3 - Quiz
Wat is NIET waar
A
De evenaar verdeelt de aarde in twee helften
B
Het uiterste zuiden is de Zuidpool
C
Breedtecirkel heet ook een parallel
D
Breedtegraden vind je alleen op het Noordelijk halfrond
Slide 4 - Quiz
Hoe helpt de breedtegraad bij de plaatsbepaling op een kaart?
A
Het bepaalt de afstand tot de evenaar
B
Het geeft de hoogste punt aan in de wereld
C
Het meet de afstand tot de noordpool
D
Het bepaalt de tijdzone van een gebied
Slide 5 - Quiz
Wat is een nulmeridiaan?
A
De breedtegraad van de evenaar
B
De lengtegraad van 0 graden die door Greenwich loopt
C
De breedtegraad van de Zuidpool
D
De lengtegraad van 90 graden oosterlengte
Slide 6 - Quiz
Wat heb je nodig om een locatie op een kaart nauwkeurig te bepalen in een atlas?
A
Noordpijl en schaal
B
Hoogte en afstand
C
Tijdzone en breedtegraad
D
Breedtegraad en lengtegraad
Slide 7 - Quiz
Als een stad op 30° noorderbreedte en 60° westerlengte ligt, waar ligt deze stad in de wereld?
A
Op het noordelijk halfrond en ten westen van de nulmeridiaan.
B
Op het zuidelijk halfrond en ten oosten van de nulmeridiaan.
C
Op het zuidelijk halfrond en ten westen van de nulmeridiaan.
D
Op het noordelijk halfrond en ten oosten van de nulmeridiaan.
Slide 8 - Quiz
Wat is het verschil tussen een breedtecirkel en een lengtegraad?
A
Ze lopen allebei van noord naar zuid.
B
Ze lopen allebei van oost naar west.
C
Een breedtecirkel loopt van noord naar zuid en een lengtelijn van oost naar west
D
Een breedtecirkel loopt van oost naar west en een lengtegraad van noord naar zuid.
Slide 9 - Quiz
Wat betekent het als een plaats op 5° oosterlengte ligt?
A
De plaats ligt ten oosten van de nulmeridiaan.
B
De plaats ligt op de evenaar.
C
De plaats ligt ten westen van de nulmeridiaan.
D
De plaats ligt precies op de nulmeridiaan.
Slide 10 - Quiz
Welke breedtegraden liggen dichter bij de evenaar?
A
70° en 80° zuiderbreedte.
B
50° en 60° noorderbreedte.
C
10° en 20° noorderbreedte
D
90° noorderbreedte en zuiderbreedte.
Slide 11 - Quiz
Noordelijk halfrond
Zuidelijk halfrond
Evenaar
Noordpool
Nulmeridiaan
Zuiderbreedte
Slide 12 - Question de remorquage
Nederland ligt in het Zuidelijk halfrond
A
Waar
B
Niet waar
