Ethiek -Workshop vooroordelen

Workshop Vooroordelen
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
HandelMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Workshop Vooroordelen

Slide 1 - Diapositive

Programma
  • Welkom
  • Doelen van de workshop
  • Enkele begrippen uitgelegd (theoretisch gedeelte)
  • Behandelen casus m.b.v. de vooroordelenladder
  • Ethische modellen
  • Het ethisch analysemodel
  • Afsluiting

Slide 2 - Diapositive

Doelen workshop
Na deze workshop kan jij:
  • ... een vooroordeel herkennen en uitleggen wat een vooroordeel is
  • ... het verschil uitleggen tussen een vooroordelen, discriminatie en racisme
  • ... minimaal één gevolg noemen van vooroordelen

Slide 3 - Diapositive

Heb jij vooroordelen?
De hokjestest maakt je bewust van je eigen vooroordelen.
Maak de test op: www.hokjestest.nl

10 minuten => daarna nabespreken met de klas

Slide 4 - Diapositive

Wat is een vooroordeel?
  • Een vooroordeel is een mening die mensen al bij voorbaat in hun hoofd hebben over andere (groepen) mensen, zonder te weten of het wel klopt met de feiten. Dus: als je op grond van zaken als iemands uiterlijk, afkomst of religie je mening al over iemand klaar hebt, zonder dat je die persoon eigenlijk kent, heb je een vooroordeel.

https://www.annefrank.org/nl/themas/vooroordelen-en-stereotypen/het-erg-om-vooroordelen-te-hebben/

Slide 5 - Diapositive

Discriminatie?
  • Discriminatie is het anders behandelen, achterstellen of uitsluiten van mensen op basis van (persoonlijke) kenmerken. Deze kenmerken worden discriminatiegronden genoemd. Op de volgende gronden mag je niet gediscrimineerd worden:
•    geslacht, genderidentiteit en -expressie;
•    ras;
•    leeftijd;
•    nationaliteit;
•    godsdienst en levensovertuiging;
•    politieke overtuiging;
•    seksuele gerichtheid;
•    burgerlijke staat;
•    handicap of chronische ziekte;
•    arbeidsduur;
•    vast of tijdelijk arbeidscontract.

Video: https://www.discriminatie.nl/video/discriminatie-animatie.mp4

Slide 6 - Diapositive

Wat is racisme?
Racisme is het discrimineren van mensen op grond van hun ras, huidskleur, afkomst en nationaliteit.

De term racisme wordt in meerdere betekenissen gebruikt. In de meest algemene zin betekent racisme dat leden van een bepaald ras zich inherent superieur achten aan leden van een ander ras.

Slide 7 - Diapositive

De ladder van de vooroordelen:
Met deze oefening leren jullie verschillende rangen te onderscheiden van schadelijk gedrag dat wordt veroorzaakt door vooroordelen

  • De 5de tree: Uitroeiing.
  • De 4de tree: Fysieke  aanval.
  • De 3de tree: Discriminatie.
  • De 2de tree: Uit de weg gaan.
  • De 1ste tree: Verbaal geweld.

Slide 8 - Diapositive

Opdracht 1-3
  • Lees de casus door uit de leerlingenhandleiding
  • Maak opdracht 1 tm 3 (20 minuten)

We bespreken de opdrachten klassikaal


Slide 9 - Diapositive

Ethiek - MORAAL
Moraal: moraal is het geheel van essentiële (noodzakelijke) gedragsregels en principes van mensen, als individu en als groep, waaraan zij zich geboden achten.

Hoe moet je je gedragen? De vraag hoe je je moet gedragen heeft te maken met moraal. Een moraal is een antwoord op de vraag ‘wat is goed gedrag?’. “Je mag niet stelen” zou een voorbeeld kunnen zijn van een moraal. Andere voorbeelden zijn: “je moet zorgen voor zieke mensen” en “je mag niet pesten”. Verschillende mensen hebben verschillende moralen.

Bron: Moraliteit. (2013, 16 maart). Geraadpleegd op 20 januari 2019, van https://juniorkennisbank.nl/3-moraliteit-copy/

Slide 10 - Diapositive

Ethiek - WAARDEN
Waarden zijn principes die aangeven waaruit goed leven of een goede maatschappij bestaat.
Het zijn idealen of doelen die mensen door middel van gedrag nastreven

  • Het zijn zaken die mensen belangrijk vinden en nastreven.
  • Waardevol / waardeloos

Voorbeelden van waarden: gezondheid, naastenliefde, rechtvaardigheid, vrijheid, solidariteit

Slide 11 - Diapositive

Ethiek - NORMEN
Normen zijn geboden of verboden, die wezenlijk zijn voor een goed samenleven.

Normen kun je zien als richtlijnen hoe je sociaal gewenst met elkaar omgaat.
Hoe je je “dient” te gedragen in bepaalde omstandigheden. Dit zijn een soort ongeschreven regels van goed fatsoen waar het gros van de mensen zich min of meer aan houdt.

Voorbeeld van normen: wachten met instappen inn de bus tot andere mensen uitgestapt zijn, in de rij wachten tot je aan de beurt bent, ouderen helpen...

Bron: Normen en waarden betekenis. (z.d.). Geraadpleegd op 20 januari 2019, van https://normenenwaarden.org/uncategorized/normen-en-waarden-betekenis.php

Slide 12 - Diapositive

Ethische modellen
Bij ethiek staat de vraag’ wat is goed handelen’ centraal. Deze vraag 'wat is goed handelen?' kan je verschillend benaderen.

•    Plichtethiek (...mensen moeten zich aan regels houden)
•    Gevolgenethiek ( ...je gedrag moet goede geolgen hebben)
•    Deugdethiek (...een goed mens zijn en uit gedrag moeten goede bedoelingen voortkomen)
•    Zorgethiek (...denken over verantwoordelijkheden en zorgbehoeften)

Slide 13 - Diapositive

Opdracht 4
  • Lees de casus door uit de leerlingenhandleiding
  • Gebruik de theorie van de ethische modellen
  • Maak opdracht 4 (mag ook in tweetallen)
  • 20 minuten


We bespreken de opdracht klassikaal

Slide 14 - Diapositive

Pauze (15 min)

Slide 15 - Diapositive

Ethisch analysemodel
Fase 1: Verkenning
Welke vragen roept deze casus op?
Fase 2: Explicitering
Wat is de morele vraag?
Welke handelingsmogelijkheden staan op het eerste gezicht open?
Welke feitelijke informatie ontbreekt op dit moment?
Fase 3: Analyse
Wie zijn bij de morele vraag betrokken en wat is het perspectief van ieder van de  betrokkenen?
Welke argumenten zijn relevant voor de beantwoording van de morele vraag?
Fase 4: Afweging
Wat is het gewicht van deze argumenten in deze casus?
Welke handelingsmogelijkheid verdient op grond van deze afwegingen de voorkeur?
Fase 5: Aanpak
Welke concrete stappen vloeien hieruit voort?

Slide 16 - Diapositive

Opdracht 5
  • Lees de casus door uit de leerlingenhandleiding
  • Gebruik de theorie van het ethisch stappenmodel
  • Maak opdracht 5 (mag ook in tweetallen)
  • 20 minuten

We bespreken de opdracht klassikaal


Slide 17 - Diapositive

Terugblik les en evaluatie
Vul het door de docent uitgedeelde evaluatieformulier in


Slide 18 - Diapositive