Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
La durée de la leçon est: 80 min
Éléments de cette leçon
Herhalen paragraaf 2
Slide 1 - Diapositive
Bij sociale controle:
A
letten mensen op hoe jij je gedraagt.
B
controleren mensen elkaars waarden.
C
verdedigt iedereen zijn belangen.
D
gaat het vooral om het afleren van aangeboren eigenschappen.
Slide 2 - Quiz
Een ander woord voor beloning en straf is …
Welk woord is weggelaten?
A
aangeleerd
B
eigenschap
C
sanctie
D
imitatie
Slide 3 - Quiz
Zijn de uitspraken juist of onjuist?
1. Boodschappen doen voor je buren is een positieve sanctie. 2. Sancties hebben te maken met sociale controle.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.
Slide 4 - Quiz
Als normen en waarden een vanzelfsprekend gedeelte van je gedrag zijn geworden, is er sprake van:
A
een sanctie.
B
sociale controle.
C
imitatie
D
internalisatie
Slide 5 - Quiz
Zijn de uitspraken juist of onjuist?
1. Als internalisatie heeft plaatsgevonden, is de socialisatie gelukt. 2. Als normen en waarden geïnternaliseerd zijn, ben je volwassen.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.
Slide 6 - Quiz
Zijn de uitspraken juist of onjuist?
1. Als een kind een ander kind nadoet, is er sprake van experimenteren. 2. Op de kleuterschool leren kinderen vooral door ervaringen nieuwe dingen.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.
Slide 7 - Quiz
Zijn de uitspraken juist of onjuist?
1. Als een kind een ander kind nadoet, is er sprake van experimenteren. 2. Op de kleuterschool leren kinderen vooral door ervaringen nieuwe dingen.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.
Slide 8 - Quiz
Je identiteit is een combinatie van je ervaringen en je ...
Welk woord is of welke woorden zijn weggelaten?
A
aangeboren eigenschappen.
B
sociale controle.
C
aangeleerde eigenschappen.
D
kennis
Slide 9 - Quiz
Zijn de uitspraken juist of onjuist?
1. Met identiteit bedoelen we dat de internalisatie is afgerond. 2. Iemand zegt: “Ik ben gelovig.” Hij spreekt dan over zijn internalisatie.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
1 en 2 zijn beide juist.
D
1 en 2 zijn beide onjuist.
Slide 10 - Quiz
Jongeren
3. Wat is normaal?
Slide 11 - Diapositive
Wat is een voorbeeld van socialisatie?
A
Adhd hebben
B
Nederlands leren spreken
C
Groene ogen veranderen in bruine ogen
D
Je haar verven
Slide 12 - Quiz
Welke groep geloofd er in dat het meeste gedrag is aangeboren?
A
Nature-aanhangers
B
Nurture-aanhangers
Slide 13 - Quiz
Door een slak te eten als kleuter erachter komen dat je dit niet lust is een voorbeeld van leren door:
A
Informatie/aanwijzigen
B
imitatie
C
ervaringen
D
experimenteren
Slide 14 - Quiz
Door een slak te eten omdat je ouders dat doen, erachter komen dat je dit niet lust is een vb van leren door:
A
Informatie/aanwijzigen
B
imitatie
C
ervaringen
D
experimenteren
Slide 15 - Quiz
Een voorbeeld van internalisatie is u zeggen tegen (oudere) docenten
A
Waar
B
Niet waar
Slide 16 - Quiz
0
Slide 17 - Vidéo
Deze reclame is een voorbeeld van ... gedrag
A
rolbevestigend
B
roldoorbrekend
Slide 18 - Quiz
Jongeren
Wat is normaal
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Vidéo
Normen en waarden verschillen
Door socialisatie --> normen en waarden aanleren.
Wat voor de een normaal is hoeft voor de ander niet normaal te zijn.
Tolerant --> Je accepteert elkaars normen en waarden.
Abnormaal gedrag/Asociaal gedrag. Geen rekening houden met anderen
Voorbeelden
Hard bellen in de bus
Met je voeten op de bank in openbaar vervoer
Voorkruipen
(Roken)
(Drugs)
Slide 21 - Diapositive
Groepsnormen
Normen en waarden die bij je groep horen neem je vaak automatisch over. Dit heeft ook vaak te maken met groepsdruk. Groepsdruk is het gevoel dat je je móet aanpassen aan de gewoonten van de groep.
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Vidéo
Verschillen met ouders
De normen en waarden veranderen ook door je leven heen. Hierdoor zul je vaker discussies krijgen met je ouders. Dit wordt ook vaak een meningsconflict genoemd. Dit is een meningsverschil dat veroorzaakt wordt door een verschil in leeftijd. (Geen wifi, andere tijd)