Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Welkom
Telefoon in telefoontas
Tas van tafel
Laptop pakken en opstarten
Binas pakken
Slide 1 - Diapositive
Planning
Slide 2 - Diapositive
Huiswerk vrijdag 24 november
Maak een samenvatting van deze Lessonup:
Maak de vragen op 10voorbiologie 13.1
Huiswerk voor deze les:
Maak een samenvatting van de volgende twee onderdelen van paragraaf 13: - Glucosegehalte van het bloed - Aminozuren en eiwitten Maak de vragen LessonUp 13.1 deel 1 (toets)
Slide 3 - Diapositive
Deze les:
- Begin opdracht
- Korte herhaling
- Uitleg 13.1 deel 2
- Zelfstandig werken
Slide 4 - Diapositive
Roos heeft te horen gekregen dat ze diabetes heeft. Ze snapt nog niet helemaal wat er in haar lichaam niet goed gaat.
Leg uit wat er normaal gebeurt in een gezond lichaam en wat er bij Roos nu niet goed werkt. Gebruik hierbij de juiste begrippen.
Slide 5 - Question ouverte
De lever en het verteringsstelsel
De lever produceert gal
De lever ontvangt alle opgenomen verteringsproducten vanuit de dunne darm via de poortader
Uitzondering is water (dikke darm en gaat meteen het bloed in) en glycerol & vetzuren (via lymfevaten)
Slide 6 - Diapositive
Lever: de stofwisselingscentrale
Moleculen afbreken, omvormen, produceren, opslaan
Vorming eiwitten
Bloedsuikerspiegel constant houden (glucose concentratie in het bloed)
Gifstoffen & medicijnen afbreken
Slide 7 - Diapositive
biologiepagina.nl
Slide 8 - Lien
Leerdoel 1 [herhaling]
Je kunt uitleggen welke rol de lever speelt bij de verwerking van aminozuren.
Slide 9 - Diapositive
Aminozuren en eiwitten
lever zorgt ervoor dat er voldoende van de juiste aminozuren zijn (niet-essentiële omzetten/ bijmaken)
Vormen bloedeiwitten: stollingseiwitten, transporteiwitten en bloedeiwitten voor de osmotische waarde v/h bloed
Slide 10 - Diapositive
De lever kan aminozuren omzetten en zelf produceren. Welke soort aminozuren zijn dit?
A
Essentiële aminozuren
B
Niet essentiële aminozuren
Slide 11 - Quiz
Wat gebeurt er als er in de lever te veel eiwitten zijn?
Slide 12 - Question ouverte
Alvleesklier
Glucose
Glycogeen
Insuline
Glucagon
Bloedsuikerpsiegel gaat omlaag
Bloedsuikerpsiegel gaat omhoog
Lever
Slide 13 - Question de remorquage
Leerdoel 2 [nieuw]
Je kunt uitleggen welke rol de lever speelt bij de afbraak van rode bloedcellen
Slide 14 - Diapositive
Afbraak van rode bloedcellen
Rode bloedcellen -
geen celkern en leven 120 dagen, hemoglobine (rood bloedeiwit dat zuurstof kan binden)
per seconde 2 miljoen rode bloedcellen
- gevormd in rode beenmerg
- afgebroken in de lever
Slide 15 - Diapositive
... en galvorming
hemoglobine wordt afgebroken tot
- ijzer (afgeven aan bloed, gerecyceld door beenmergcellen)
- billuribine (geel, giftig, komt in gal, helpt bij vertetering)
poepbacteriën zetten gele billuribine om in bruine kleurstof
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Leerdoel 4 [nieuw]
Je kunt uitleggen welke rol de lever speelt bij de afbraak van giftige stoffen en medicijnen
Slide 18 - Diapositive
Giftige stoffen
Ontgifting = afbreken (schadelijke) stoffen uit je bloed
- alcohol
- drugs
- medicijnen
- zware metalen
afbreken door enzymen
uitscheiden met de gal
Slide 19 - Diapositive
Gevolgen alcohol
Cirrose is het onomkeerbare proces waarbij levercellen worden omgezet tot littekenweefsel.
Veel en vaak alcohol drinken veroorzaakt blijvende schade aan hersenen, lever en andere organen.
Waar of niet waar. Een groot gedeelte van je rode bloedcellen poep je uiteindelijk dus uit.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 23 - Quiz
De man hiernaast heeft geelzucht. Geelzucht is een indicatie voor leverfalen. Leg dit uit. (T2)
Slide 24 - Question ouverte
Veel medicijnen hebben een werking van slechts een paar uur. Dit heeft voornamelijk te maken met de lever. Leg dit uit (T1)
Slide 25 - Question ouverte
Oud examenvraag. De giftigheid van parathion en para-ozon is afhankelijk van de manier van opname. Welke van de beweringen zijn juist?:
1. Para-oxon wordt in het spijsverteringskanaal of in de lever omgezet in een niet-giftige stof. 2. Parathion wordt in de lever omgezet in een niet-giftige stof. 3. Parathion wordt in het spijsverteringskanaal of in de lever omgezet in een giftigere stof.