Chapitre 3 - Les bonnes affaires

Chapitre 3 - Les bonnes affaires
Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?
- 6 woorden + 6 zinnen leren
- Het aanwijzend voornaamwoord
- Onderdeel D (grammaire)
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Chapitre 3 - Les bonnes affaires
Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?
- 6 woorden + 6 zinnen leren
- Het aanwijzend voornaamwoord
- Onderdeel D (grammaire)

Slide 1 - Diapositive

6 woorden (voc. A)
1. le short de bain - de zwembroek
2. le centre commercial - het winkelcentrum
3. le magasin - de winkel
4. essayer - passen; proberen
5. moche - lelijk
6. on y va! - laten we gaan!

Slide 2 - Diapositive

6 zinnen
1. On va en ville ce weekend? - Gaan we dit weekend naar de stad?
2. Oui, je voudrais acheter un nouveau jean - Ja, ik wil graag een nieuwe spijkerbroek kopen
3. Comment tu trouves ce jean bleu? hoe vind je deze blauwe spijkerbroek?
4. Pas mal - niet slecht / leuk
5. Tu fais quelle taille? - welke maat heb je?
6. Du M - M

Slide 3 - Diapositive

Het aanwijzend voornaamwoord
(m)     ce/cet                          ce garçon/cet hôtel
(vr)     cette                             cette fille 
(mv)   ces                                ces enfants

Maak nu opdracht 17 + 18 (p.110/11)

Slide 4 - Diapositive

Les devoirs (huiswerk):
Dinsdag 15 maart:
- leren: woordjes/zinnetjes A (p.128) 
                + aanwijzend voornaamwrd. (p.110)

Slide 5 - Diapositive

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?
Mardi, le 14 mars
- répéter le vocabulaire A (quiz)
- répéter la grammaire (ex. 17 t/m 19)
- répéter les phrases clés A/B (ex.14)

Slide 6 - Diapositive

het winkelcentrum
A
le short de bain
B
le centre commercial
C
le magasin
D
l'anniversaire

Slide 7 - Quiz

de winkel
A
le short de bain
B
le centre commercial
C
le magasin
D
bientôt

Slide 8 - Quiz

de vriendin
A
le copain
B
le pull
C
la robe
D
la copine

Slide 9 - Quiz

passen; proberen

Slide 10 - Question ouverte

de zwembroek

Slide 11 - Question ouverte

laten we gaan

Slide 12 - Question ouverte

gaan we dit weekend naar de stad?
A
tu fais quelle taille?
B
comment tu trouves ce jean bleu?
C
on va en ville ce weekend?
D
tu voudrais acheter un nouveau jean?

Slide 13 - Quiz

ik wil graag een nieuwe spijkerbroek kopen
A
tu fais quelle taille?
B
comment tu trouves ce jean bleu?
C
on va en ville ce weekend?
D
je voudrais acheter un nouveau jean

Slide 14 - Quiz

welke maat heb je?

Slide 15 - Question ouverte

hoe vind je deze blauwe spijkerbroek?

Slide 16 - Question ouverte

Het aanwijzend voornaamwoord (herh.)
(m)     ce/cet                          ce garçon/cet hôtel
(vr)     cette                             cette fille 
(mv)   ces                                ces enfants

Maak nu opdracht 17 + 18 (p.110/11)
timer
6:00

Slide 17 - Diapositive

Maak nu opdr.19 (p.112)
timer
5:00

Slide 18 - Diapositive

Opdr. 14 (luisteropdracht p.108)
écoute, lis et répète
(luister, lees en herhaal)

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Bonjour !
- Jas uit? Telefoon in je tas ? Tablet dicht? Boeken op tafel?

- Graag gaan zitten in mentoropstelling

Slide 21 - Diapositive

Qu'est-ce qu'on va faire aujourd'hui?
Mardi, le 22 mars
- Les questions sur les thèmes
- répéter le vocabulaire A + B (Lessonup)
- répéter la grammaire (ex. 17 t/m 19)
- répéter les phrases clés A/B (ex.14)

Slide 22 - Diapositive