Voortplanting: voorkennis

Voortplantingsstelsel
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieSecundair onderwijs

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Voortplantingsstelsel

Slide 1 - Diapositive

Waar worden de zaadcellen opgeslagen?
A
Teelbal
B
Bijbal
C
Prostaat
D
zaadblaasjes

Slide 2 - Quiz

Welke structuur is R?
A
Prostaat
B
zaadblaasjes
C
blaas
D
urinebuis

Slide 3 - Quiz

Welke cel bevat de meeste reserve voedingsstoffen?
A
Zaadcel
B
eicel

Slide 4 - Quiz

Bij de geboorte zijn alle eicellen die een vrouw ooit zal hebben al aanwezig
A
Juist
B
Fout

Slide 5 - Quiz

Na hoelang moet je een spiraaltje vervangen?
A
1 jaar
B
6 maanden
C
5 jaar
D
2 jaar

Slide 6 - Quiz

Wanneer er een bepaald virus door je bloed stroomt, wordt je seropositief genoemd. Welke soa veroorzaakt dit virus
A
Chlamydia
B
Gonorroe
C
Syfilis
D
HIV

Slide 7 - Quiz

Uit welk weefsel bestaat het weefsel van de placenta?
A
uit het weefsel van de moeder
B
uit het weefsel van de baby
C
uit het weefsel van beide

Slide 8 - Quiz

Hoelang blijft een eicel in leven?
A
12-24u
B
6-12u
C
12-36u
D
24-36u

Slide 9 - Quiz

Waar worden oestrogenen geproduceerd?
A
hypofyse
B
hypothalamus
C
eierstokken
D
baarmoeder

Slide 10 - Quiz

Hoeveel chromosomen heeft een zaadcel?
A
46
B
23
C
92

Slide 11 - Quiz

Wat betekent: voor het zingen de kerk uit?
A
Voor het ejaculeren de penis uit de vagina halen
B
seks hebben zonder condoom
C
een condoom gebruiken

Slide 12 - Quiz

Hoelang kan een zaadcel in leven blijven na ejaculatie in een vrouwen lichaam?
A
1 dag
B
2 dagen
C
3 dagen
D
1u

Slide 13 - Quiz

Bevat dit anticonceptiemiddel hormonen?
A
nee
B
ja

Slide 14 - Quiz

Bij IVF worden er in het labo eicellen bevrucht. Uit bevruchte eicellen ontstaan embryo’s waarvan er één of twee in het voortplantingsstelsel van de vrouw gebracht worden.
Hoe heet het deel van het voortplantingsstelsel waar embryo’s dan ingebracht worden?
A
Eileider
B
Baarmoeder
C
Vagina
D
Eierstok

Slide 15 - Quiz

Wat is de functie van de zaadleider?
A
Het transporteren van sperma van de bijbal naar de urinebuis.
B
Het produceren van zaadcellen
C
Het afscheiden van zaadvloeistof
D
Het beschermen van de testikels

Slide 16 - Quiz

Hoeveel % van de koppels is na 1 jaar onbeschermde seksuele betrekking zwanger?
A
99%
B
50%
C
85%
D
30%

Slide 17 - Quiz

4. Welke van de volgende situaties kunnen bij de man (tijdelijk) leiden tot verminderde vruchtbaarheid?
"Een heet bad"
A
juist
B
fout

Slide 18 - Quiz

ndien je graag zwanger wil worden heb je ongeveer 15 vruchtbare dagen per cyclus?

A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz

Embryoselectie mag in België
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quiz

Op wat mag je selecteren in België?

Slide 21 - Question ouverte

Embryo's selecteren op basis van geslacht mag in Europa?
A
Waar
B
Niet waar

Slide 22 - Quiz