Baaz BB - Les 05 - Omgaan met teleurstelling

Les 5 – Omgaan met teleurstelling
Vandaag gaat het over omgaan 
met teleurstellingen
1 / 15
suivant
Slide 1: Diapositive
Sociale vaardighedenPraktijkonderwijsLeerjaar 3

Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Les 5 – Omgaan met teleurstelling
Vandaag gaat het over omgaan 
met teleurstellingen

Slide 1 - Diapositive

BAAZ les 5

Slide 2 - Diapositive

Les 5 – Omgaan met teleurstelling
Als iets niet lukt, ben je vaak teleurgesteld in jezelf

Teveel of te hoge verwachtingen kunnen je teleurstellen
Je had het heel graag anders gewild


Slide 3 - Diapositive

Teleurstelling
Als iets niet lukt, ben je vaak teleurgesteld in jezelf

Teveel of te hoge verwachtingen kunnen je teleurstellen

Je had het heel graag anders gewild

Slide 4 - Diapositive

Welke emotie hoort bij een teleurstelling?

Slide 5 - Carte mentale

Iedereen is wel eens teleurgesteld. Jij ook!
Noem 1 voorbeeld

Slide 6 - Question ouverte

Hoe vaak ben jij teleurgesteld?
1 keer in de week
1 keer in de maand
1 keer in het jaar
Elke dag

Slide 7 - Sondage

Slide 8 - Lien

5G schema
Gebeurtenis: Jeffrey wilde wereldkampioen worden, maar viel met zijn crossmotor
Gedachten: Nu kan ik geen wereldkampioen worden
Gevoel: Jeffrey was heel verdrietig en boos tegelijk
Gedrag: Hij ging iedereen uitschelden en schopte een stoel om
Gevolg: Zijn vader en moeder proberen hem te kalmeren

Slide 9 - Diapositive

Welke teleurstelling gaan we bespreken?
Aan de hand van de 5G's
Gebeurtenis
Gedachten
Gevoel
Gedrag
Gevolg

Slide 10 - Diapositive

Vaste mindset
  • Als iets moeilijk is dan zal ik het wel niet kunnen
  • Zo ben ik nu eenmaal
  • Ik geef het op
  • Het lukt  me nooit

Groei mindset
  • Je moet oefenen om iets te bereiken
  • Ik kan altijd veranderen
  • Ik mag fouten maken, want daar leer ik van
  • Ik ga het anders doen

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Wat is jouw goede voornemen?
Welke negatieve gedachte ga jij veranderen? Wat ga je tegen jezelf zeggen?

Slide 15 - Question ouverte