Paragraaf 2 Van grondstof tot eindproduct

• Economie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Programma

Herhaling paragraaf 3.1

Huiswerk maken paragraaf 3.1 en rekentrainer 3.1

Uitleg en maken paragraaf 3.2 en de rekentrainer 3.2

Uit welke 4P's bestaat de marketingmix?

Sam heeft een winkel in gereedschappen. Hij voert een prijsbeleid, productbeleid, plaatsbeleid en promotiebeleid.
Hoe noemen we dit samen?

Leerdoelen paragraaf 2

Ik kan toelichten uit welke onderdelen een bedrijfskolom bestaat

Producten

Kun je onderverdelen in:

• Goederen kun je aanraken, bijvoorbeeld een schrift of een brommer.

• Diensten kun je niet aanraken, bijvoorbeeld een busrit of les krijgen. Kappersbezoek, hotelovernachting

Produceren

Bij een bakker kun je een brood kopen en bij een kledingwinkel een nieuwe jas.

Maar het brood of de jas in de winkel ligt, heeft het artikel een 'hele reis' afgelegd: er zijn verschillende bedrijven betrokken geweest bij het produceren van het brood of de jas.

Schrijf zoveel mogelijk bedrijven op die betrokken zijn bij de productie van een brood.

Grondstoffen en eindproducten

Je ziet een aantal grondstoffen. Sleep het eindproduct naar de juiste grondstof.

Staal

Hout

Rubber

Wol

Leer

Graan

Katoen

Koper

T-shirt

Brood

Trui

Auto

Autoband

Schoenen

Stoel

Gasleiding

Bedrijfskolom

Alle bedrijven die meewerken aan een product.

Bij het produceren maak je het product steeds meer geschikt voor gebruik, het wordt daarmee steeds meer waard.

De TOEGEVOEGDE WAARDE is de waardeverhoging van een product die ontstaat nadat een schakel iets heeft toegevoegd.

Van grondstof 

naar eindproduct

Grondstoffen zijn materialen die in een productieproces gebruikt worden om goederen te maken.

Veel grondstoffen zijn natuurlijke grondstoffen; ze worden door de natuur voortgebracht.

Voorbeelden van natuurlijke grondstoffen zijn olie, mineralen, hout en andere gewassen.

Wat is een bedrijfskolom?

De bedrijfskolom bestaat uit alle bedrijven die na elkaar meewerken aan een product.

Bedrijfskolom

De weg die een product doorloopt van grondstof tot eindproduct noem je de productieweg van het product.

Een bedrijfskolom geeft aan welke bedrijven in de productieweg voorkomen.

De consument(=koper) zelf behoort niet tot de bedrijfskolom.

De goederenstroom loopt van boven naar beneden

De geldstroom loopt van beneden naar boven.

Het verschil tussen de inkoopprijs en de verkoopprijs noem je de toegevoegde waarde.

Bedrijfskolom

Hieronder staat een aantal bedrijven uit twee verschillende bedrijfskolommen. Zet ze in de juiste kolom

Bedrijfskolom 1

Bedrijfskolom 2

houtzagerij

katoenimporteur

meubelwinkel

 weverij

meubelfabriek

textielfabriek

bosbouwer

katoenplantage

  houtimporteur

 spinnerij

 herenmodezaak

Leerdoelen paragraaf 2

Ik kan toelichten uit welke onderdelen een bedrijfskolom bestaat

Huiswerk

Maken paragraaf 3.2 en de rekentrainer 3.2