Nieuws en invloed van de media




Nieuws
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon




Nieuws

Slide 1 - Diapositive

Volg je het nieuws?
ja
beetje
nee

Slide 2 - Sondage

Welke nieuwsberichten vind jij interessantst?
A
sport
B
politiek
C
plaatselijk
D
buitenlands

Slide 3 - Quiz

Actueel nieuws

Slide 4 - Carte mentale

Wat gaan we leren?
* In welke categorieën kan je de nieuwsartikelen verdelen?

* Hoe komt een journalist aan zijn nieuws?

Slide 5 - Diapositive

Indeling van nieuwsberichten



  1. Actuele gebeurtenis
  2. Bijzondere gebeurtenis
  3. Belangrijke of bekende personen
  4. Dichtbij of veraf?
  5. Interessant
  6. Belangrijk voor de samenleving? 

Slide 6 - Diapositive




1. Actuele gebeurtenis 


Een actuele gebeurtenis is een gebeurtenis dat kort geleden heeft plaatsgevonden. 




Slide 7 - Diapositive





2. Bijzondere gebeurtenis 


Als iets niet vaak voortkomt of het is uitzonderlijk dan wordt dat een bijzondere gebeurtenis genoemd. 

Slide 8 - Diapositive





3. Belangrijke of bekende personen 



Als een bekend persoon of belangrijk persoon iets meemaakt dan wordt dat vaak in de media uitgezonden. 

Slide 9 - Diapositive





4. Dichtbij of veraf 


Journalisten kijken ook of het dichtbij of veraf is. Dus, vinden de mensen het hier interessant? 

Slide 10 - Diapositive





5. Interessant 



Er wordt ook gekeken of het voor een bepaalde (doel)groep interessant is. 

Slide 11 - Diapositive




6. Belangrijk voor de samenleving 


Als het gevolgen heeft voor de samenleving of het heeft te maken met de samenleving schrijven journalisten hierover. 

Slide 12 - Diapositive

Ga op zoek naar een artikel uit een aangewezen categorie. Lees het artikel goed door en zoek moeilijke woorden op. schrijf een korte samenvatting van ongeveer 5-10 zinnen.
  1. Actuele gebeurtenis
  2. Bijzondere gebeurtenis
  3. Belangrijke of bekende personen
  4. Dichtbij of veraf?
  5. Interessant
  6. Belangrijk voor de samenleving? 

Slide 13 - Diapositive

Waar halen journalisten hun informatie vandaan?
1. Zij zoeken zelf naar nieuws (interviews, tips, politieberichten, social media enzovoort)

2. Persbureaus (bedrijven waar journalisten nieuws verzamelen)

3. Personen en organisaties (tweets, tv uitzendingen)

Slide 14 - Diapositive

Waar denk je dat de schrijver van jullie artikel de informatie vandaan heeft gehaald?
A
Zij zoeken zelf naar nieuws (interviews, tips, politieberichten, social media enzovoort)
B
Persbureaus (bedrijven waar journalisten nieuws verzamelen)
C
Zij verzinnen zelf iets en publiceren dit direct op internet of in de krant
D
Personen en organisaties (tweets, tv uitzendingen)

Slide 15 - Quiz

Bekijk het filmpje over nieuwsgaring en beeldvorming. Maak aantekeningen over de volgende onderwerpen:
manieren van overbrengen van het nieuws
selectie van nieuws
nieuws vergaren
verslaggevers
beeldvorming
journalistieke regels
vroeger
persvrijheid/censuur



Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo




Invloed van de media

Slide 18 - Diapositive

Nieuws deze week?

Slide 19 - Carte mentale

Vrijheid van meningsuiting
Journalisten zijn onafhankelijk en hebben persvrijheid (= journalisten mogen ongehinderd berichten publiceren). 

Persvrijheid is onderdeel van vrijheid van meningsuiting. 

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Niet in de hele wereld...

In sommige landen is het voor journalisten moeilijk om hun werk te doen. Zij hebben te maken met censuur (= expres weglaten of veranderen van informatie).


Slide 22 - Diapositive

In welke landen is er veel censuur?

Slide 23 - Question ouverte

Slide 24 - Diapositive

Wat zijn de belangrijkste functies van de media?

Slide 25 - Question ouverte

Functies van de media
1. Informatieve functie: er is vrije informatie zodat we op de hoogte blijven van wat er speelt in Nederland. 

2. Controle- of waakhondfunctie: de media houdt politici in de gaten. Ze kijken of zij hun werk goed doen.

3. Socialiserende functie: media heeft invloed op jouw normen en waarden. Het kan ons daarnaast ook verbinden. 

Slide 26 - Diapositive

Als ik een wedstrijd van het Nederlands elftal op televisie kijk voel ik me echt een 'Nederlander'
A
Dit hoort bij de informatieve functie
B
Dit hoort bij de controle- waakhondfunctie
C
Dit hoort bij de socialiserende functie

Slide 27 - Quiz

Het is goed dat de media onderzoekt of er fouten zijn gemaakt! Ze noemen het de toeslagenaffaire.
A
Dit hoort bij de informatieve functie
B
Dit hoort bij de controle- waakhondfunctie
C
Dit hoort bij de socialiserende functie

Slide 28 - Quiz

Als Max Verstappen een race van F1 wint dan ben ik trots op het feit dat een Nederlander dit bereikt!
A
Dit hoort bij de informatieve functie
B
Dit hoort bij de controle- waakhondfunctie
C
Dit hoort bij de socialiserende functie

Slide 29 - Quiz

Het is fijn dat het politieke debat werd uitgezonden. Nu weet ik de standpunten van alle partijen en kan ik een verstandig besluit nemen bij het stemmen.
A
Dit hoort bij de informatieve functie
B
Dit hoort bij de controle- waakhondfunctie
C
Dit hoort bij de socialiserende functie

Slide 30 - Quiz

Belangrijkste woorden
  • tijdschrift/krant/abonnement
  • advertentie/adverteerder
  • voordelen/nadelen
  • diepgang/oppervlakkig
  • beschikbaar
  • verdienen
  • bron
  • regionaal/landelijk
  • gratis/betaald
  • achtergrond/opmaak
  • censuur





Werkvormen:
- woorden opzoeken/opschrijven
- woorden raden/omschrijven
- woorden in Quizlet

Slide 31 - Diapositive