Lessen voor de toekomst les 1

• Aardrijkskunde
• Basisschool
• Groep 3

Dia 1: U komt binnen met een stempas, de lijst met namen van de verkiezingen en een rood stempotlood. U vertelt dat de Europese verkiezingen vorige week donderdag op 6 juni waren. En dat u het heel lastig vond om een partij te kiezen. U vraagt aan de leerlingen of zei weten hoe je kan bepalen op welke partij/wie je moet stemmen? Wat kun je doen om een keuze te kunnen maken?

Aan het einde van de les:

- weten jullie wat actief kiesrecht is.

- hebben jullie actief kiesrecht uitgevoerd.

Dia 2: Aan het einde van de les weten jullie wat actief kiesrecht is en hebben jullie dit uitgevoerd. 

Lesverloop:

- Wat is kiezen?

- Wat zijn partijen?

- Stemmen.

Dia 3: Jullie gaan zo eerst in groepjes met behulp van een placemat nadenken over wat jullie belangrijk vinden. Daarna gaan jullie naar standpunten van vier partijen kijken. En jullie gaan stemmen en ontdekken hoe de verkiezingen in elkaar zitten. 

Actief kiesrecht

Dia 4: Op het bord staat een foto waar in actief kiesrecht uitvoer (u zou hier een foto van uzelf toe kunnen voegen). U vraagt de leerlingen of ze weten wat actief kierecht is. Antwoord: Actief kiesrecht is het recht om tijdens verkiezingen te morgen stemmen. Stemmen mag pas vanaf 18 jaar en je moet een Nederlandse nationaliteit hebben Inwoners van Bonaire, Sint-Eustatius en Saba mogen ook stemmen. En de inwoners van de eilanden Aruba, Curaçao en Sint-Maarten mogen stemmen als zij ten minste 10 jaar inwoner van Nederland zijn geweest.

U vertelt dat er twee soorten kiesrecht zijn. Er bestaat namelijk ook passief kiesrecht, dit is het recht om verkozen te worden. Maar hier gaan ze tijdens de derde les meer over leren.

https://schooltv.nl/video-item/waarom-is-nederland-een-democratie-het-volk-regeert

Dia 5: https://schooltv.nl/video-item/waarom-is-nederland-een-democratie-het-volk-regeert (Bekijk van tevoren dit filmpje zelf zodat u weet wat er verteld wordt.)

U zet dit filmpje over democratie aan op het bord. Na het kijken van het filmpje stelt u wat vragen over het filmpje zoals: Wat is een van de kenmerken van een democratie? Hierna kunt u nog een kleine samenvatting van het filmpje geven.

Wat zou jij belangrijk vinden?

Dia 6: Geef elk groepje van 3-4 leerlingen een placemat. Leg uit dat ze eerst zelf na moeten gaan denken over wat ze belangrijke punten zouden vinden bij het kiezen van een partij. Hierbij kunnen ze denken aan wegen, parken, zorg, winkels, vrijheid, wonen, landschap, klimaat, onderwijs, landbouw, economie, natuur, geld, oorlog, openbaar vervoer en gelijkheid. De leerlingen schrijven dus individueel in hun eigen vakje op wat ze belangrijke punten zouden vinden. Hier krijgen ze 4 minuten voor. 

Wat komt overeen?

Dia 7: Als de timer gegaan is mogen de leerlingen in hun groepje overleggen. Wat vinden de andere leerlingen belangrijk? Wat zijn de overeenkomsten? Dit schrijven ze in het middelste vakje op. Hier krijgen ze ook weer 4 minuten voor. Zodra de timer weer af is gegaan bespreekt u nog kort klassikaal de uitkomsten en vat u de uitkomsten samen. Wat waren de meest voorkomende punten/thema’s? 

Dia 8: Er staat een foto met allerlei partijposters op het bord. U vraagt aan de leerlingen of ze weten wat zit zijn? En wanneer ze dit bord op straat kunnen zien staan? 

Dia 9: Er staan vier verschillende partijen op het bord (D66, CDA, VVD en NSC). U vertelt dat dit maar een klein deel van de partijen is die er zijn, maar dat het te veel tijd kost om naar alle partijen te kijken. U vraagt of er leerlingen zijn die een van deze partijen kennen of er wel eens van hebben gehoord. 

Dia 10: Op het bord staan weer de vier door mij gekozen partijen. Met deze keer hun standpunten erbij. Zo kunnen de leerlingen overzichtelijk zien wat elke partij ergens van vindt. Ze gaan nu eerst zelf 3 minuten de standpunten lezen. Daarna krijgen ze nog 5 minuten de tijd om met hun tweetal te overleggen. Ze gaan het dan hebben over wat bepaalde standpunten betekenen en wat ze zelf belangrijk vinden. Na de 5 minuten overleggen gaat u klassikaal verder, u bespreekt waar de leerlingen aan moeten denken bij het maken van een keuze. Namelijk dat elke keuze goed is en dat je je eigen keuze maakt. 

https://schooltv.nl/video-item/hoe-worden-in-nederland-verkiezingen-gehouden-regels-voor-het-stemmen

Dia 11: https://schooltv.nl/video-item/hoe-worden-in-nederland-verkiezingen-gehouden-regels-voor-het-stemmen (Bekijk van tevoren dit filmpje zelf zodat u weet wat er verteld wordt.)

U zet dit filmpje aan waarin wordt uitgelegd hoe het stemproces werkt. Wat er wel en niet mag en hoe je moet stemmen. Vraag aan de leerlingen na het bekijken van het filmpje wat een aantal belangrijke punten zijn waarop ze moeten letten tijdens het stemmen. Antwoord: Iedereen krijgt hetzelfde stembiljet, je mag maar een hokje rood maken, je bepaalt zelf op wie je stemt, je mag je stem niet weggeven of verkopen en je moet je stembiljet goed dichtvouwen en zelf in de stembus doen.

Dia 12: De leerlingen gaan nu zelf op de gang stemmen. U gaat zelf op de gang staan met de stembiljetten en de rode potloden. U zorgt ervoor dat er een plek is waar de leerlingen in alle rust hun stem uit kunnen brengen. U zorgt ervoor dat de leerlingen hun stem anoniem uit kunnen brengen. Hiervoor haalt u steeds 2 à 3 leerlingen uit de klas. 

Volgende les: 

- Uitslag stemmen bekendmaken.

- Wat zijn kinderrechten?

Dia 13: De volgende les wordt de uitslag van het stemmen bekend gemaakt en horen jullie welke partij de grootste is geworden. Ook gaan we het de volgende les hebben over kinderrechten en wat dat voor jullie betekend.