Paragraaf 9 - Het landschap in Laag Nederland

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Doelen paragraaf 9

Weet je:

• Dat Nederland bestaat uit een hoog en laag deel.

• Welke verschillen er zijn tussen Hoog en Laag Nederland.

• Waar in Nederland de gebieden zijn bedijkt.

• Wat er met de veenmoerassen in Laag Nederland is gebeurd.

Duinzand

Zeeklei

Veen

Door golven en wind

Dode plantenresten onder water zonder zuurstof

In stilstaand water achter de duinen

Hoe is de verkaveling op de foto van Laag Nederland?

Zijn terpen of dijken ouder?

Aan de slag :-)

Het huiswerk voor vandaag was:

- Lezen paragraaf 8

- Maken vraag 1a, 1b, 1d, 1e, 2a, 2b, 3a, 3b, 3e, 4a, 4b, 6a, 6b en 6c, paragraaf 8. De overige vragen hoeven NIET.

- Lesdoelen paragraaf 8 beantwoorden

- Lezen paragraaf 9

- Maken vraag 1, 3, 4, 5 en 7, paragraaf 9.

Mocht je bovenstaande nog niet af hebben dan ga je dit eerst afmaken.

Huiswerk woensdag 26 mei

- Nakijken paragraaf 8 en 9 (antwoorden staan in Teams)

- Lezen paragraaf 10

- De betekenis van de begrippen van paragraaf 10 in je schrift noteren.

- Een antwoord geven in je schrift op de volgende vragen (over paragraaf 10):

• Welke gesteenten in Zuid-Limburg liggen hier aan de oppervlakte?

• Welke grondsoort kent Zuid-Limburg?

• Hoe is een dallandschap ontstaan?

• Hoe kan de vruchtbare lössgrond verdwijnen?