activiteiten in huis

Wat gaan we vandaag doen?

- Herhalen vorige les

- Nieuwe woorden leren (woordenschat)
- Activiteiten in (alle kamers) en om het huis 

Activiteiten in en om het huis

Welke activiteiten kun je in/om het huis doen?

Taalhulp blz. 26 t/m 29 uit het boek

Luister,- lees en spreekoefening uit het boek blz. 29

Oefening 13 

Spreek en schrijfoefening uit het boek blz. 30

Oefening 14 en 15 maken 

Oefening

Schrijf 2 zelfstandig naamwoorden op een papier. Geef je papier aan een medecursist. De medecursist maakt binnen 2 minuten 2 zinnen met deze zelfstandig naamwoorden en de bijbehorende werkwoorden.

Voorbeeld:

wekker --> ik zet de wekker

haren --> ik kam mijn haren

welke activiteiten kan je in
de woonkamer verrichten?

welke activiteiten kan je
in de slaapkamer verrichten?

welke activiteiten kan je in de
keuken verrichten?

welke activiteiten kan je in
de badkamer verrichten?

welke activiteiten kan je om
het huis verrichten?

Wat heb je vandaag geleerd?