Reported speech revision

Ben Nevis
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Ben Nevis

Slide 1 - Diapositive

Learning goals 
- I know which words and grammar from chapter 3 I need to revise. 
- I can make reported statements and questions. 

Slide 2 - Diapositive

Words 
Take a look at the two tables on the following slide.
Translate the words in the left table to Dutch
Translate the words in the right table to English 

You don't need to copy the words on the slide. 

Slide 3 - Diapositive

Advanced
To separate 
To anticipate
Ingenious
Bulky
Flammable
Gravity
Intricate 
Predictable 
Eventually
Sustainable
Progress
Middeleeuws
Verstoren
Tegelijkertijd
Onschadelijk
Verwijten 
Uitbreiden
Gevolg
Bedoeling
Bereikbaar
Met tegenzin
Blootstellen
Eeuw

Slide 4 - Diapositive

Advanced
Geavanceerd, ontwikkeld
To separate 
Scheiden 
To anticipate
Verwachten
Ingenious
Vernuftig, ingenieus 
Bulky
log, omvangrijk
Flammable
Brandbaar, ontvlambaar
Gravity
Zwaartekracht
Intricate 
Ingewikkeld, complex
Predictable 
Voorspelbaar 
Eventually
Uiteindelijk 
Sustainable
Duurzaam
Progress
Vooruitgang
Middeleeuws
Medieval
Verstoren
(To)  disturb
Tegelijkertijd
Simultaneously
Onschadelijk
Harmless 
Verwijten 
(To) blame 
Uitbreiden
(To) expand
Gevolg
Consequence
Bedoeling
Intention 
Bereikbaar
Accessible 
Met tegenzin
Reluctantly
Blootstellen
(To) expose
Eeuw
Century 

Slide 5 - Diapositive

Let's check the homework 
Exercise 50 and 51 

Slide 6 - Diapositive

We gebruiken reported speech om...
A
Achteraf te herhalen wat iemand anders heeft gezegd
B
Achteraf te herhalen wat we zelf hebben gezegd
C
A en B zijn allebei juist
D
A en B zijn allebei onjuist

Slide 7 - Quiz

Wat gebeurt er met werkwoordstijden als je van direct speech naar reported speech gaat?
A
Die gaan altijd één stap terug in de tijd
B
Die gaan één stap terug in de tijd, als dat mogelijk is.
C
Die blijven altijd hetzelfde.

Slide 8 - Quiz

Welke tijden krijgen een past perfect simple als je herschrijft van direct naar reported speech?
A
Past simple, present simple en present perfect simple.
B
present simple en past simple
C
past simple, present perfect simple en past perfect simple
D
past simple en past perfect simple

Slide 9 - Quiz

Als je terug in de tijd gaat van een present krijg je altijd een...
A
present
B
past
C
present perfect
D
past perfect

Slide 10 - Quiz

Welke drie dingen veranderen bij herschrijven van direct naar reported speech?
A
werkwoordstijden, persoonlijke/bezittelijke voornaamwoorden, bepalingen van plaats en tijd
B
Werkwoordstijden en bepalingen van plaats en tijd
C
Werkwoordstijden, persoonlijke voornaamwoorden en bepalingen van plaats en tijd
D
Werkwoordstijden, persoonlijke/bezittelijke voornaamwoorden en bepalingen van plaats.

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

REPORTED QUESTIONS 

Slide 13 - Diapositive

Als je VRAGEN herschrijft, moet je dezelfde stappen zetten als bij reported statements, maar je moet ook nog een extra stap zetten. 

Kijk eens naar deze zinnen: 
"It is cold here."
She said that it was cold there.

"What are you doing here?" 
She asked what I was doing there. 

Slide 14 - Diapositive

Dus: 

Een directe vraag heeft VRAAGVOLGORDE 

Een indirecte vraag heeft een bevestigende (of eventueel ontkennende) volgorde. 

"Is he your best friend?" (eerst persoonsvorm dan onderwerp - vraagvolgorde.) 

She asked if he was my best friend (eerst onderwerp dan persoonsvorm - normale woordvolgorde)

Slide 15 - Diapositive

Kijk goed naar de volgende direct en indirecte vragen. Kijk naar de verschillen. 

The teacher: "Are you paying attention?"
The teacher asked if / whether we were paying attention. 

My friend: "Do you like pizza?"
My friend asked if / whether I liked pizza. 

My parents: "Did you do well on today's test?"
My parents asked if / whether I had done well on that day's test. 


Slide 16 - Diapositive

De stappen bij het maken van indirecte vragen zijn dus: 

- Zet werkwoordstijden één stap terug in de tijd als dat kan. 
- Draai onderwerp en persoonsvorm om of haal do / did weg uit de vraag. 
- Verander persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
- Verander bepalingen van plaats en tijd. 

Slide 17 - Diapositive

Rewrite to reported speech:
"Do you think the weather will be nice today?"
A
He asked if I did think the weather would be nice that day.
B
He asked if I thought the weather would be nice today.
C
He asked if I thought the weather would be nice that day?
D
He asked if I thought the weather would be nice that day.

Slide 18 - Quiz

Rewrite to reported speech:
"Have you ever met anyone famous?"
A
He asked have you ever met anyone famous.
B
He asked me weather I had ever met anyone famous
C
He asked me whether I had ever met anyone famous.
D
He asked me whether I did ever meet anyone famous

Slide 19 - Quiz

"Who did you meet last night?"
A
She asked me who I had met the previous night
B
She asked me who had I met the previous night
C
She asked me who I did meet last night
D
She asked me who I had met last night

Slide 20 - Quiz

Herschrijf van direct naar reported: 
The teacher said to us: "I will mark your tests no later than tomorrow."
My mother asked me: "Can you help me with dinner?"
My best friends said: "We have already seen this film, we want to see another one."
The doctor said to me "You have to stop eating so much junk food"
My brother said to me "I'm not going to buy you a birthday present!"
My friend said: "I called you yesterday but you weren't there."
Our coach said to us: "If you're late to training you'll start tomorrow's match in the dug-out!"

Slide 21 - Diapositive

Vrijdag: 
* 30 minuten om nog te leren, vragen te stellen, extra te oefenen. 
* 25 minuten om het SO te maken 
* 15 minuten om de laatste leesoefeningen van Chapter 3 te maken (individueel) 
* 10 minuten om de luisteroefeningen uit Chapter 3 te maken (klassikaal) 

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive