T3 GL6D vergelijkingen

Bienvenue 
à la classe de français:
dis-moi
1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Bienvenue 
à la classe de français:
dis-moi

Slide 1 - Diapositive

Doelen- en toetsoverzicht periode 4
4.1 gespreksvaardigheid: Ik kan in het Frans iets kopen, een interview houden en de weg vragen

4.2 grammaire: ik kan zelf Franse zinnen vormen en deze in de goede volgorde zetten

4.3 grammaire: ik kan personen, dieren en dingen in het Frans met elkaar vergelijken

4.4 vocabulaire: ik kan Franse woorden die te maken hebben met mijzelf en mijn gewoontes gebruiken in Franse zinnen

4.5 phrases-clés: ik kan standaard Franse zinnen zó omvormen dat ik ze voor mijn eigen verhaal kan gebruiken
4.1 vlog Luik (di 17 mei)

4.2 la phrase du cours
(iedere les)




4.4. SO week 22



4.5 SO week 23

4.2-4.5 TOETS wk25

Slide 2 - Diapositive

Wat doen we vandaag?
4.3 grammaire
ik kan personen, dieren en dingen met elkaar vergelijken in het Frans

Slide 3 - Diapositive

La phrase du cours*
LA PHRASE DU COURS
Amber Heard is knap, maar ze is niet aardig.

Tip:   gebruik de woordenlijst GL6ABEF
           knap = jolie
        
let op de ontkenning: ne - 1e werkwoord - pas




*Iedere les een nieuwe zin om te vertalen
klassikaal doornemen

Slide 4 - Diapositive

Vul de zin uit jouw presentatie in
(phrase du cours 6/7)
waarin je een vergelijking gebruikt

Slide 5 - Carte mentale

Maintenant ...


... prend ton cahier ou fais un document pour les notes

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Let op:
Hij is beter dan de leraar =
Il est meilleur que le prof

De leraar is slechter dan de leerling =
Le prof est pire que l'élève

Slide 14 - Diapositive

Ma mère est (kleiner dan) ______ mon père
A
plus petit que
B
plus petite que
C
la plus petit que
D
la plus petite que

Slide 15 - Quiz

Mon père est (groter dan) _______ son frère
A
plus grand que
B
plus grande que
C
le plus grand
D
le plus grande

Slide 16 - Quiz

Stéphanie
sportif (!)
Martin

Slide 17 - Question ouverte

Les Pays-Bas
petit (!)
la France

Slide 18 - Question ouverte

l'hôtel
bon (=goed)
la tente

Slide 19 - Question ouverte

GL6ABCEFGH

Slide 20 - Diapositive

c'est en forgeant on devient forgeron

Slide 21 - Diapositive

Au travail: les devoirs 
Faire (maken): 
  • la phrase du cours 1, 2, 3, 4, 5, 6/7, 8 (inleveren via LB)
  • Grandes Lignes 6D (ex. 15 t/m 18)

Apprendre (leren):
  • Grandes Lignes 6ABCEFGH
LET OP: ieder les 'la phrase du cours'
                  SO GL6CG (vr 10 juni)
Werk zachtjes, 
zodat iedereen zich kan concentreren
vraag zoveel mogelijk om hulp!

4.5 phrases-clés: ik kan standaard Franse zinnen zó omvormen dat ik ze voor mijn eigen verhaal kan gebruiken

Slide 22 - Diapositive

doel bereikt?
4.3 grammaire
ik kan personen, dieren en dingen met elkaar vergelijken in het Frans

Slide 23 - Diapositive

Au revoir!

Slide 24 - Diapositive