leerjaar 1 H5 woordenschat: een bekend woorddeel

Welkom!
Doe je jas uit, tas van tafel.
Log in bij Lessonup. Pak je boek, schrift, mapje , leesboek en een pen.
Wees stil, dan kunnen we beginnen.

Pak je leesboek. We beginnen met 10 minuten stillezen.



timer
10:00
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Welkom!
Doe je jas uit, tas van tafel.
Log in bij Lessonup. Pak je boek, schrift, mapje , leesboek en een pen.
Wees stil, dan kunnen we beginnen.

Pak je leesboek. We beginnen met 10 minuten stillezen.



timer
10:00

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
  • Ik kan de betekenis van een onbekend woord raden met behulp van een  bekend woorddeel.
  • Ik ken de betekenis van de woorden uit deze paragraaf van het boek.


Slide 2 - Diapositive

  • Schrijven van een korte tekst
Vorige les

Slide 3 - Diapositive

Startopdracht 


Samen maken


timer
2:00

Slide 4 - Diapositive

Welk woord is een samenstelling?
A
Onbekend
B
Overhalen
C
Pompoensoep
D
Bruikbaar

Slide 5 - Quiz

Welk woord heeft een voorvoegsel?
A
Hergebruiken
B
Bruikbaar
C
Spookkasteel

Slide 6 - Quiz

Wat is een achtervoegsel?
A
Heksenhuis
B
Smaakvol
C
Onbestelbaar

Slide 7 - Quiz

Waarom?
Als je de betekenis van een woord niet kent, kun je op zoek gaan naar een bekend deel van het woord. Dat kan door te kijken of het woord een samenstelling is of dat het woord een voorvoegsel of een achtervoegsel heeft.

Slide 8 - Diapositive

Samenstelling
Woorden die zijn samengesteld uit twee woorden. Bijvoorbeeld: prijsverhoging. Je kent het woord prijs en het woord verhoging. Prijsverhoging betekent dus dat de prijs omhooggaat.

Slide 9 - Diapositive

Voorvoegsels
on- = niet, zonder. Onverkoopbaar betekent dus: niet verkoopbaar.


her- = opnieuw, nog een keer. Hergebruiken betekent dus: nog een keer gebruiken.

Slide 10 - Diapositive

Achtervoegsels
-loos = zonder. Smakeloos betekent dus: zonder smaak.
 

-vol = met veel. Smaakvol betekent dus: met veel smaak.

Slide 11 - Diapositive



Wat?
  • H5 woordenschat: opdr. 1,2,4 en 8.

Hoe?
  • Boek blz. 136-139.

Klaar? 
  • Lezen in je leesboek
  • Werken aan je schrijfdossier
  • Numo



Heb je hulp nodig?
Kijk eerst naar het stoplicht.
 


Rood? Stil. 
Stel je vraag aan de docent (alleen als je echt niet verder kunt).
Geel? Fluisterniveau. 
Vraag diegene naast je.
Groen? Fluisterniveau. 
Vraag diegene naast je of de docent.

Aan het werk
timer
15:00

Slide 12 - Diapositive

Opdracht 2 blz. 136
Luister goed naar elkaar.


Bespreken

Slide 13 - Diapositive

Opdracht 2 blz. 136
Luister goed naar elkaar.


Bespreken

Slide 14 - Diapositive




Na deze les...

  • Kan ik de betekenis van een onbekend woord raden met behulp van een bekend woorddeel.
  • Ken ik de betekenis van de woorden uit deze paragraaf van het boek.
Doel

Slide 15 - Diapositive

Het is mij gelukt om een onbekend woord te raden met behulp van een samenstelling, voorvoegsel en achtervoegsel.
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Sondage

Wat vind je nog lastig?

Slide 17 - Question ouverte

Huiswerk
  • Opdrachten afmaken die je nog niet af had.
  • Neem een leesboek mee!


Slide 18 - Diapositive