§1.1 §1.2 §1.3 oefentoetsje (geen cijfer)

Hoofdstuk 1
Hoe ver ben je al met leren?
Quizzz...
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 1
Hoe ver ben je al met leren?
Quizzz...

Slide 1 - Diapositive


nummer 2?
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag

Slide 2 - Quiz


nummer 10?
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag

Slide 3 - Quiz

Bekijk de afbeelding.
Wat wordt aangegeven met 1?
A
Celwand
B
Celmembraan
C
Celkern
D
Cytoplasma

Slide 4 - Quiz

Bekijk de afbeelding.
Wat wordt aangegeven met 2?
A
Celwand
B
Celmembraan
C
Celkern
D
Cytoplasma

Slide 5 - Quiz

Inde afbeelding zie je...
A
een cel
B
een weefsel
C
een orgaan
D
een orgaanstelsel

Slide 6 - Quiz

Zet in volgorde van klein naar groot:
Cel
Orgaanstelsel
Orgaan
Organisme
Weefsel

Slide 7 - Question de remorquage

Zet in volgorde van klein naar groot:
Spierstelsel
Mens
Kuitspier
Spiercel
Spierweefsel

Slide 8 - Question de remorquage

Welke van de volgende is geen organisme?
A
Vis
B
Bacterie
C
Tulp
D
Kiezel

Slide 9 - Quiz

Dana bekijkt een cel onder de microscoop. Op het oculair staat 5x en op het objectief 4. Wat is de totale vergroting waarbij Dana naar de cel kijkt?

Slide 10 - Question ouverte

Hoe heet het orgaanstelsel met je longen en luchtpijp?

Slide 11 - Question ouverte

Als je beweegt, verbruiken je spieren meer zuurstof en voedingsstoffen dan in rust.
Welk orgaanstelsel zorgt ervoor dat deze stoffen bij de spieren komen?

Slide 12 - Question ouverte

Als je beweegt, verbruiken je spieren meer zuurstof en voedingsstoffen dan in rust.
Welk orgaanstelsel zorgt ervoor dat voedingsstoffen worden opgenomen?

Slide 13 - Question ouverte

Sleep het juiste woord naar de plek op de microscoop
voet
stelschroef
diafragma
tafel
objectief
tubus

Slide 14 - Question de remorquage

Wat doe je met een objectglas?
A
Daar haal je een voorwerp van af om te bekijken.
B
Daar leg je het voorwerp op wat je wilt gaan bekijken.
C
Het objectglas is het gaatje in de tafel van de microscoop.
D
Het objectglas leg je over het voorwerp heen.

Slide 15 - Quiz


A
Buitenaanzicht
B
Lengtedoorsnede
C
Dwarsdoorsnede

Slide 16 - Quiz


A
Buitenaanzicht
B
Lengtedoorsnede
C
Dwarsdoorsnede

Slide 17 - Quiz

Tina wil een tekening maken van een appel. Zij wil het steeltje en het klokhuis tekenen. Welke doorsnede moet zij maken?

Slide 18 - Question ouverte

Gewervelden hebben een ...
A
Inwendig skelet
B
Uitwendig skelet
C
Geen skelet

Slide 19 - Quiz

Gewervelden
A
Vissen, vogels, reptielen, amfibieën en zoogdieren
B
Vogels, reptielen, zoogdieren, amfibieën en insecten
C
Vissen, reptielen, insecten en sponzen
D
Geleedpotigen, vogels, vissen, zoogdieren en reptielen

Slide 20 - Quiz

Wat is het verschil tussen een natuurgetrouwe tekening en een schematische tekening?

Slide 21 - Question ouverte

Wat is de eerste stap van een onderzoek?
A
Een voorspelling doen
B
Een vraag bedenken
C
Spullen verzamelen
D
Een plan maken

Slide 22 - Quiz

Welk onderdeel voorspel je nog voor het onderzoek?
A
Onderzoeksvraag
B
Hypothese
C
Conclusie
D
Discussie

Slide 23 - Quiz

Bekijk de afbeelding.
Is dit een tabel of een
grafiek?
A
Tabel
B
Grafiek

Slide 24 - Quiz

Welke grafiek kan ik het beste gebruiken om groei te laten zien
A
Staafdiagram
B
Lijndiagram
C
Cirkeldiagram

Slide 25 - Quiz

Stel, je maakt een grafiek waarin staat hoeveel leerlingen op de fiets, met de auto, of met de bus naar school gaan. Wat voor grafiek is dan het handigst?
A
Lijndiagram
B
Staafdiagram

Slide 26 - Quiz