H5.5 2TH 2HV Engelse werkwoorden

2TH 2HV 
Engelse werkwoorden
1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

2TH 2HV 
Engelse werkwoorden

Slide 1 - Diapositive

Infinitieven van
Engelse werkwoorden

Slide 2 - Carte mentale

Voorbeeld
Ik (liken) jouw instagramposts gisteren met alle plezier.

Slide 3 - Diapositive

Stap 1: wat is de belangrijkste vraag die je jezelf stelt als je begint met een zin?

Slide 4 - Question ouverte

Voorbeeld
Ik (liken) jouw instagramposts gisteren met alle plezier.

Stap 1: Is het een PV?                                      JA

Slide 5 - Diapositive

Stap 2: Wat schrijf je op vóórdat je begint met het vervoegen?

Slide 6 - Question ouverte

Voorbeeld
Ik (liken) jouw instagramposts gisteren met alle plezier.

Stap 1: Is het een PV?                                                         JA
Stap 2: Wat schrijf je eerst op? De ik-vorm                  like


Pas op!
De ik-vorm moet in het Engels zijn, zodat het goed wordt uitgesproken!

Slide 7 - Diapositive

Welke werkwoordspellingsregels gebruik je bij Engelse werkwoorden?
A
De 'normale' Nederlandse
B
De Engelse

Slide 8 - Quiz

Voorbeeld
Ik (liken) jouw instagramposts gisteren met alle plezier.

Stap 1: Is het een PV?                                                             JA
Stap 2: Wat schrijf je eerst op? De ik-vorm                  like
Stap 3: Wat moet er achter de ik-vorm?                        likete


Slide 9 - Diapositive

Uitzonderingen
Let op bij ik-vormen met een dubbele medeklinker. Deze worden alleen behouden als ze belangrijk zijn voor de uitspraak.

Hij heeft zijn hele leven (crossen).                                    gecrost
Mirthe (paintballen) elke dag als hobby.                        paintballt



Slide 10 - Diapositive

Lotte (claimen) vorig jaar samen met Anne de website www.wiskundemeisjes.nl.
A
claimt
B
claimde
C
claimte
D
claimden

Slide 11 - Quiz

We hebben afgelopen jaar wel vier keer per week (barbecueën)
A
gebarbecuet
B
gebarbecued
C
gebarbecuedt
D
gebarbequed

Slide 12 - Quiz

Fred (gamen) op zijn tiende al vijf uur per dag.
A
gamet
B
gamede
C
gamde
D
gamete

Slide 13 - Quiz

Hij heeft al mijn back-ups van mijn werkstuk (deleten)
A
gedelet
B
gedelead
C
gedeleted
D
gedeletet

Slide 14 - Quiz