examentraining vmbo-b wi: H2 verbanden

examentraining 4BB verbanden
In deze les herhalen we de onderdelen van hoofdstuk 7.

Weet je iets niet meer, pak dan §7.2 uit je boek erbij en het zoek het op. Of kijk één van de bijgevoegde filmpjes. Kom je er dan nog niet uit, vraag het dan aan de docent.
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

examentraining 4BB verbanden
In deze les herhalen we de onderdelen van hoofdstuk 7.

Weet je iets niet meer, pak dan §7.2 uit je boek erbij en het zoek het op. Of kijk één van de bijgevoegde filmpjes. Kom je er dan nog niet uit, vraag het dan aan de docent.

Slide 1 - Diapositive

Waarom zijn de formules van deze grafieken lineaire formules?

Slide 2 - Question ouverte

Neem de tabellen over op een blaadje. Vul de tabellen in en plaats een foto in deze slide.

Slide 3 - Question ouverte

Welk grafieken horen bij de volgende formules:
Mike: inkomsten in € = 2 + 3,25 x tijd in uren
Bart: inkomsten in € = 5 + 2,50 x tijd in uren

A
B
C
D

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Vidéo

Vul de formule bij de tabel in.


...................     =    ...................     -    ................ x ........................
hoogte in meters
tijd in minuten
15
480

Slide 6 - Question de remorquage

Slide 7 - Vidéo

Vul de formule bij de grafiek in.


...................     =    ...................     +    ................ x ........................
inkomsten in euro
tijd in uren
3
5
15

Slide 8 - Question de remorquage

  • Onderin zijn stappen van 20
  • Dus: daalgetal berekenen.
  • In 120 seconden gaat er 2000 m af.
  • Het daalgetal is 2000 : 120 = 16,7.

  • De formule wordt:
  • hoogte in meters = 2000 - 16,7 x tijd in seconden


Slide 9 - Diapositive

  • Er zijn stappen van 10.
  • Dus je moet het daalgetal berekenen.
  • Bij 10 foto's komt er 3 euro bij.
  • Het daalgetal is 3 : 10 = 0,30
  • De formule is kosten in euro's = 1,50 + 0,30 x aantal foto's

Slide 10 - Diapositive

inkomsten = 5 + 2 x tijd (uren)
inkomsten = 3 + 2 x tijd (uren)
inkomsten = 4 + 2,50 x tijd (uren)

Slide 11 - Question de remorquage

maak de formule bij de tabel

Slide 12 - Question ouverte

maak de formule bij de tabel

Slide 13 - Question ouverte

Maak de formules bij de tabel?

Slide 14 - Question ouverte

maak de formule bij de grafiek

Slide 15 - Question ouverte

maak de formule bij de grafiek van Dirk

Slide 16 - Question ouverte

Met hoeveel bacteriën is het onderzoek gestart?

Slide 17 - Question ouverte

Bereken met de formule de temperatuur in graden Celsius als je weet dat het 41 graden Farenheit is.
temp. in graden Celsius = 5 x (temp in graden F - 32) : 9

Slide 18 - Question ouverte

Jan berekent zijn inkomsten met de volgende formule:
inkomsten in euro's = 5 + 3,75 x tijd in uren
Jan heeft 76,25 euro verdiend. Welke vergelijking hoort hierbij?
A
5 + 3,75 x 76,25 = 290,94
B
5 + 3,75 x 76,25 = inkomsten in euro's
C
5+3,75x tijd in uren = 76,25
D
5+3,75x tijd in uren = inkomsten in euro's

Slide 19 - Quiz

Jan berekent zijn inkomsten met de volgende formule:
inkomsten in euro's = 5 + 3,75 x tijd in uren
Jan heeft 76,25 euro verdiend. Hoeveel uur heeft hij hiervoor gewerkt. Schrijf ook je berekening op. Je mag het op papier uitrekenen en een foto plaatsen.

Slide 20 - Question ouverte

Gegeven is de formule


Bereken het aantal meters als de ooghoogte 1,5 meter is. Rond je antwoord af op 1 decimaal.
Denk aan je berekening. Schrijf het wortelteken met het woord 'wortel'
meters=4xooghoogte

Slide 21 - Question ouverte

Klaar
Als je klaar bent met de lesson up les dan pak je het blauwe mapje erbij en ga je verder met het examen van 2017. Dit examen lever je voor dinsdag 6 april in door foto's van het examen op te sturen.

Slide 22 - Diapositive