Thema 4 - les 3 - Arbeidsovereenkomst


Thema 4 - Werk- les 3 - Arbeidsovereenkomst
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BurgerschapPraktijkonderwijsLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon


Thema 4 - Werk- les 3 - Arbeidsovereenkomst

Slide 1 - Diapositive

Terugblik
In de vorige les hebben wij:
  • heb ik geleerd wat een vacature is;
  • heb ik geleerd op welke manieren je op zoek kunt gaan naar werk;
  • heb ik geleerd wat solliciteren inhoudt. 

Slide 2 - Diapositive

Lesprogramma
  • leer- en lesdoelen
  • Opdracht 'arbeidsovereenkomst'
  • Opdracht 'ontslag'
  • Opdracht 'loonstrook'
  • Bespreken les- en leerdoelen 

Slide 3 - Diapositive


  • Heb ik geleerd wat er in een arbeidsovereenkomst staat;
  • heb ik geleerd welke regels er gelden voor ontslag;
  • heb ik geleerd wat het verschil is tussen nettoloon en brutoloon. 

Slide 4 - Diapositive

lesdoelen
Aan het einde van les heb ik:
  • Heb ik geoefend met het zoeken informatie op internet over een arbeidsovereenkomst;
  • samengewerkt met verschillende klasgenoten.

Slide 5 - Diapositive

Theorie 1: Arbeidsovereenkomst
Als je bent aangenomen voor een baan, maak je afspraken met je nieuwe werkgever. Bijvoorbeeld over je loon en reiskostenvergoeding. Deze afspraken noem je arbeidsvoorwaarden
Je arbeidsvoorwaarden worden vastgelegd in een arbeidsovereenkomst. Dit is een document waarin de afspraken tussen jou en je werkgever staan beschreven. Een ander woord voor arbeidsovereenkomst is contract. 


Bepaalde of onbepaalde tijd
Een arbeidsovereenkomst kan tijdelijk zijn. Je bent dan in dienst tot de datum die in je arbeidsovereenkomst wordt genoemd. Je noemt dit een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Je kunt ook een vast contract hebben. Hierin staat geen einddatum genoemd. Dit noem je een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. 

Maak opdracht 1 in een tweetal, gebruik de laptop (blz. 137) Wat is ook alweer een betrouwbare bron?

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Theorie 2: Ontslag
Een arbeidsovereenkomst kan niet zomaar worden opgezegd. Dat betekent dat je werkgever je niet zonder reden mag ontslaan. Een werkgever mag alleen iemand ontslaan als hij daar een goede reden voor heeft. Stelen op het werk of vaak te laat komen kunnen redenen zijn voor ontslag. 





Opdracht 2 maak je met 4 klasgenoten. De docent maakt even groepjes (blz. 139 en 140)

Slide 8 - Diapositive

Klassengesprek:
Wat is zwartwerken?
Ken je iemand zie zwart werkt?
Waarom zou die persoon dat doen?
Wie loopt er risico bij zwartwerken?

Slide 9 - Question ouverte

Theorie 3: Loon
In je arbeidsovereenkomst staat hoeveel loon je verdient. Je loon wordt meestal per week of per maand uitbetaald. Een ander woord voor loon is salaris. 
Het loon dat je bent overeengekomen met je werkgever noem je het brutoloon. Maar het brutoloon is niet het bedrag dat op je rekening wordt gestort. Van je brutoloon wordt nog geld afgetrokken, want je moet bijvoorbeeld belasting over je loon betalen. Het bedrag dat overblijft en op je bankrekening wordt gestort, noem je het nettoloon. 


Maak opdracht 3 zelfstandig (blz. 141) 


Slide 10 - Diapositive


  • Heb ik geleerd wat er in een arbeidsovereenkomst staat;
  • heb ik geleerd welke regels er gelden voor ontslag;
  • heb ik geleerd wat het verschil is tussen nettoloon en brutoloon. 

Slide 11 - Diapositive

lesdoelen
Aan het einde van les heb ik:
  • Heb ik geoefend met het zoeken informatie op internet over een arbeidsovereenkomst;
  • samengewerkt met verschillende klasgenoten.

Slide 12 - Diapositive