Module 2 les 4 examentraining

Nederlands periode 2
Vier lessen in p2
NUMO in mentoruur
Uitlegfilmpjes SVO - YouTube
Examinering CE lezen en luisteren begin p3
1 / 42
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Nederlands periode 2
Vier lessen in p2
NUMO in mentoruur
Uitlegfilmpjes SVO - YouTube
Examinering CE lezen en luisteren begin p3

Slide 1 - Diapositive

Domein lezen en luisteren
1. Lees- en luisterstrategie
2. Kritisch lezen
3. Examentraining lezen
4. Examentraining luisteren


Slide 2 - Diapositive

Doelen vandaag
Aan het einde van de les:

- Ken je de kwalitatieve en kwantitatieve inhoud van een luisterexamen; ​
- Kun je de in het luisterexamen opgenomen informatie begrijpen;​
- Kun je de in het luisterexamen opgenomen informatie interpreteren;​
- Kun je de bij het luisterexamen behorende vragen beantwoorden.













Slide 3 - Diapositive

Programma vandaag
Inleiding

Examenfragment 3F

Afsluiting
10 minuten

30  minuten

5 minuten
Programma vandaag

Slide 4 - Diapositive

Terugblik vorige les

Slide 5 - Diapositive

Terugblik drogredenen

Slide 6 - Diapositive

Bewijst u maar eens dat u daar niet te hard reed.

Slide 7 - Question ouverte

Natuurlijk had ik er een reden voor, anders had ik het niet gedaan.

Slide 8 - Question ouverte

Wat weet jij nou van voetbal? Jij kan nog geen deuk in een pakje boter trappen.

Slide 9 - Question ouverte

Geneeskundestudenten lezen nooit literatuur. Drie vrienden van mij studeren geneeskunde en ik zie ze nooit een boek lezen.

Slide 10 - Question ouverte

Hoe pak je een leestekst 3F aan?

Slide 11 - Question ouverte

Examenfragment 3F

Slide 12 - Diapositive

Aanpak luisterfragment
- Je kunt een fragment zo vaak beluisteren als je wil.
- Je mag zelf de volgorde bepalen.
- Er zijn hoofdtelefoons aanwezig.

Slide 13 - Diapositive

Luisterfragment examen
Stap 1: Oriënteer op de titel
Stap 2: Vraag lezen
- welk antwoord is sowieso fout?
- welk antwoord kan goed zijn?
Stap 3: Fragment beluisteren
Stap 4: Vraag beantwoorden

Slide 14 - Diapositive

Oriënteren
Lees de titel: 'Resistent'

Wat denk je?
Wat weet je al?
Waar gaat het over?

Slide 15 - Diapositive

Het fragment gaat over...

Slide 16 - Carte mentale

Intensief luisteren
Luister naar het fragment 'resistent' uit het voorbeeldexamen 3F 2022-2023 .

Stap 1: vraag lezen > wat denk je?
Stap 2: fragment beluisteren
Stap 3: vraag beantwoorden

Slide 17 - Diapositive

Resistent - vraag 1

Slide 18 - Diapositive

Wat geeft hij hiermee aan?
A
Het is nog niet helder of d e Nederlandse medicijnen in India misschien wel werken.
B
Het is nog onduidelijk hoe het komt dat bepaalde medicijnen in India wel werken.
C
In India is alleen nog maar onderzoek gedaan naar de meest gebruikte medicijnen.

Slide 19 - Quiz

Resistent - vraag 2

Slide 20 - Diapositive

Wat zegt Marieke van der Werf over de betrouwbaarheid van de informatie die ze geeft?
De betrouwbaarheid is beperkt, want:
A
Andere landen registreren de patiëntenaantallen minder nauwkeurig.
B
Het aantal TBC-patiënten is geen vast gegeven: dit aantal groeit continu.
C
Ze is afhankelijk van de informatie die de landen aanleveren.

Slide 21 - Quiz

Resistent- vraag 3

Slide 22 - Diapositive

Hoe kan deze uitspraak het beste worden getypeerd?
A
Een argument bij de uitspraak dat multi-drug resistentie een groot probleem is.
B
Een conclusie over de toename van multi-drug resistentie door het vele reizen.
C
Een standpunt over de opkomst van multi-drug resistentie door de open grenzen.

Slide 23 - Quiz

Resistent - vraag 4

Slide 24 - Diapositive

Wat wil de voice-over hiermee benadrukken?
A
Tbc is in deze tijd lastig te genezen.
B
Tbc komt in Nederland nog maar zelden voor.
C
Tegen tbc wordt tegenwoordig anders aangekeken.

Slide 25 - Quiz

Resistent - vraag 5

Slide 26 - Diapositive

Hoe maakt hij zijn uitspraak aanvaardbaar?
A
Door een voorbeeld te geven dat deze uitspraak ondersteunt.
B
Door te verwijzen naar onderzoeksrapporten.
C
Door zich te baseren op zijn kennis van de praktijk.

Slide 27 - Quiz

Resistent - vraag 6

Slide 28 - Diapositive

Welke relatie is er tussen de uitspraken van Richard van Altena en Dick van Soelingen over China?
A
Dick van Soelingen geeft een aanvulling op wat Richard zegt over de onjuistheid van cijfers.
B
Dick van Soelingen geeft een verklaring bij wat Richard zegt over niet-erkende patiëntenaantallen.
C
Dick van Soelingen spreekt Richard tegen door te zeggen dat het probleem in de voormalige Sovjet republieken groter is.

Slide 29 - Quiz

Resistent - vraag 7

Slide 30 - Diapositive

Welke uitdaging ziet zij?

Ervoor zorgen dat:
A
de overheden bereid zijn om blijvend te investeren in de bestrijding van tbc.
B
geld voor tbc-bestrijding niet verdwijnt door politiek wanbeleid.
C
het aantal tbc-gevallen laag blijft ondanks beperkte financiële middelen.

Slide 31 - Quiz

Resistent - vraag 8

Slide 32 - Diapositive

Wat is de reactie van Richard van Altena en Marieke van der Werf op deze vraag?
Zij zijn van mening dat:
A
deze vraag al te lang onbeantwoord blijft.
B
deze vraag momenteel lastig te beantwoorden is.
C
het niet aan hen is om deze vraag te beantwoorden.

Slide 33 - Quiz

Resistent - vraag 9

Slide 34 - Diapositive

Wat is het belangrijkste waarvoor Richard van Altena vreest?
A
Dat er een moment komt dat er geen enkel middel nog helpt tegen tbc.
B
Dat er een tbc-uitbraak komt die grote groepen mensen treft.
C
Dat we de ethische kant van het resistentieprobleem nog niet hebben uitgedacht.
D
Dat we door alle succesvolle behandelingen het gevaar van besmetting niet zien.

Slide 35 - Quiz

Resistent - vraag 10

Slide 36 - Diapositive

Wat is het doel van dit programma?
De kijkers informeren over:
A
de complexiteit van de behandeling van resistente tbc.
B
de opkomst van resistente tbc en de ernst daarvan.
C
het risico van besmetting met resistente tbc in Nederland.

Slide 37 - Quiz

Afsluiting

Slide 38 - Diapositive

Terugblik doelen
Aan het einde van de les:

- Ken je de kwalitatieve en kwantitatieve inhoud van een leesexamen; ​
- Kun je de in het leesexamen opgenomen informatie begrijpen;​
- Kun je de in het leesexamen opgenomen informatie interpreteren;​
- Kun je de bij het leesexamen behorende vragen beantwoorden.










Slide 39 - Diapositive

Mentoruur
Taalverzorging
Numo > spelling 3F
Numo > werkwoordspelling 3F


Slide 40 - Diapositive

Volgende periode
Schrijven
- Betoog



Slide 41 - Diapositive

Slide 42 - Diapositive