SAME brugklas - iets doen voor een ander

• Mentorles
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

SAME brugklas 

Thema's 'iets doen voor een ander' en 'vrijwilligerswerk'

In deze les ga je ... 

-nadenken over verschillende manieren waarop je iets kunt doen voor een ander.

- nadenken over jouw goede eigenschappen 

- leren wat vrijwilligerswerk is 

- leren over het belang van vrijwilligerswerk in onze samenleving.

Wat weet je al?

Test het in de quiz!

Op welke manieren help jij je klasgenoten of vrienden?

Op welke manieren help jij familieleden?

Klassikale bespreekvragen:

- Waarom voelt het vaak goed om iets voor een ander te doen?

- Vind jij het zelf lastig om om hulp te vragen?

Je kunt ook iets voor een ander doen door iets voor een goed doel te doen. Welke goede doelen kennen jullie?

Je wilt iets doen voor een goed doel. Welk thema zou jij kiezen?

1. gezondheid
2. welzijn en cultuur in NL
3. internationale hulp
4. natuur en milieu

Wat zou je allemaal kunnen doen voor een goed doel?

De volgende vragen gaan over vrijwilligerswerk.


Vrijwilligerswerk is verplicht

1. waar
2. niet waar

Je verdient geld met vrijwilligerswerk

1. waar
2. niet waar

Hoeveel procent van de Nederlanders boven 15 jaar doet aan vrijwillgerswerk?

1. 27%
2. 49%
3. 76%
4. 63%

Waarom is het zo belangrijk dat er vrijwilligers zijn in een samenleving?

Waar kun je vrijwilligerswerk doen?

In je omgeving kun je iets doen voor lokale organisaties of clubs. Voorbeelden?

Er zijn ook landelijke organisaties waar je voor een dag of bepaalde periode iets kunt doen voor een ander. Bijvoorbeeld NLdoet. 

Om iets voor een ander te kunnen betekenen, moet je weten wat jouw interesses en goede eigenschappen zijn. 

1. Schrijf 5 interesses of hobby's op. Waar hou jij je graag mee bezig?

2. Schrijf minstens 3 goede eigenschappen van jezelf op. Waar ben jij goed in? Iemand helpen met schoolwerk? Klusjes doen?

Werk in twee- of drietallen

Welke goede eigenschappen zien anderen in jou? Schrijf er minstens 3 op.

Let op: het gaat hier niet om dingen als uiterlijk of kleding, maar om karaktereigenschappen. 

Bespreekvragen

- welke eigenschappen noemden klasgenoten over jou op?

- had je verwacht dat klasgenoten dit als jouw goede eigenschappen zouden zien?

Terugkoppeling

Je hebt geleerd dat je iets kunt doen voor mensen die je kent of iets kunt betekenen voor jouw stad of dorp. Ook heb je nagedacht over jouw goede eigenschappen. 

Aan de slag!

1. Bespreek in je twee of drietal waar de ander hulp bij zou kunnen gebruiken. Dit moet iets zijn dat in de komende week kan worden uitgevoerd.

2. Maak afspraken over hoe en wanneer je deze hulp gaat bieden. Iedereen vraagt minstens één klasgenoot om hulp en biedt aan minstens één klasgenoot hulp aan. 

In de volgende les bespreken we kort: 

- Is het gelukt om hulp te bieden aan je klasgenoot? 

- Heb je zelf ook hulp ontvangen?