Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
Éléments de cette leçon
1. SLAVERNIJ
Slide 1 - Diapositive
Wat is volgens jou de definitie van het woord ''slaaf''?
Slide 2 - Question ouverte
Slavernij
Van Dale omschrijft een slaaf als:
1. lijfeigene die geen persoonlijke rechten heeft
2. iemand wiens vrijheden sterk beknot zijn
Slide 3 - Diapositive
Welke vrijheden kunnen worden afgepakt?
Slide 4 - Carte mentale
2. SLAVERNIJ IN HET OUDE ROME
2. SLAVERNIJ IN HET OUDE ROME
Slide 5 - Diapositive
2.1 Slavernij in de Oudheid
> Slavernij als ''fact of life''
> Gerechtvaardigd in Griekse filosofie (cf. Aristoteles)
> Opstanden en repressie (cf. Spartacus)
Slide 6 - Diapositive
2.1 Slavernij bij Grieken
Aristoteles, Politica (4e eeuw v.Chr.)
De een is nu eenmaal van nature een heerser, de ander van nature een overheerste. [...] Een slaaf is een stuk gereedschap dat nodig zal zijn totdat weefspoelen zelf weven en citers vanzelf spelen.
Slide 7 - Diapositive
2.2 Slavernij in Rome
Dominus vs. servus
> Slaven vallen onder de categorie ''res'' (middelen)
> Slaven worden verhandeld op de slavenmarkt
> Slaven behoorden tot de Romeinse familia
> Dominus was eigenaar van en rechter over slaaf
> Peculium kon leiden tot vrijkoping
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Diapositive
Storax
servorum
mango
Slide 10 - Diapositive
Hoe werd je slaaf?
Slide 11 - Carte mentale
Hoe werd je slaaf?
> Oorlog
> Schulden
> Straf
> Van geboorte
> Gekidnapt
Slide 12 - Diapositive
Welke werkzaamheden had een slaaf?
Slide 13 - Carte mentale
Wanneer was je vrij in Rome?
Slide 14 - Question ouverte
Slide 15 - Vidéo
3. SENECA OVER SLAVERNIJ
Slide 16 - Diapositive
Filosoof Seneca over slaven
Beste Lucilius,
Libenter ex eis qui a te veniunt cognovi familiariter te cum servis tuis vivere.
Ik wil mij niet begeven in een enorm onderwerp en over de behandeling van slaven een uiteenzetting geven, tegenover wie wij ons zeer hoogmoedig, zeer wreed en zeer kwetsend gedragen.
Dit toch is het belangrijkste punt van mijn advies: moge jij net zo met je ondergeschikte leven als jij zou willen dat jouw superieur met jou leeft.
Slide 19 - Diapositive
Filosoof Seneca over slaven
Ostende quis non servus est: alius libidini servit, alius avaritiae, alius ambitioni, omnes spei, omnes timori.
libido, libidines seksuele lust
avaritia hebzucht
servire + dativus slaaf zijn van
spes hoop
Slide 20 - Diapositive
Waarom moet je de slaaf als een gelijke zien?
Slide 21 - Question ouverte
4. Actualiteit
Zoek zelf een voorbeeld van slavernij uit de moderne tijd.
1. Licht de situatie kort toe
2. Waarom voldoet deze situatie aan de definitie slavernij?