F 22.1 - Humor

Humor
Fictie
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Humor
Fictie

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Als het goed is, weet je aan het eind van de les:
 - wat we onder humor verstaan; 
- waarom humor belangrijk is; 
- wanneer je humor kunt gebruiken in het dagelijks leven en wanneer niet. 

Slide 2 - Diapositive

Maar eerst!
Pak pagina 36 en 37 van je boek erbij. 





We lopen samen door opdracht 6 tot en met 9 heen. 

Slide 3 - Diapositive

Humor
Humor is er eigenlijk bijna altijd geweest en het heeft een functie. 

In de middeleeuwen maakte de hofnar het onbespreekbare bespreekbaar en kon hij ingaan tegen de heersende opvattingen zonder ervoor gestraft te worden. 

Humor haalt de spanning uit de lucht en werkt verbindend. 

Slide 4 - Diapositive

Gevoel voor humor
Humor is iets subjectiefs: niet iedereen kan het waarderen; 

Humor heeft vaak ook te maken met timing; soms is een grap niet gepast; 

Een speciale vorm van humor is leedvermaak: hierbij lach je om andermans ellende. 

Slide 5 - Diapositive

Humor als kunstvorm
In boeken, op tv en in films wordt humor ingezet; hierbij is de satire een belangrijk middel om een kritische spiegel voor te houden. 

Op tv, in de krant en door middel van spotprenten of verhalen  worden maatschappelijke omstandigheden aan de kaak gesteld. 

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Parodie en persiflage
Een bijzondere vorm van humor is de parodie of persiflage. Hierbij wordt een persoon of kunstwerk op een spottende manier nagedaan en belachelijk gemaakt. 

Vaak worden hierbij opvallende eigenschappen uitvergroot. 

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

Gereedschapskist
Bij het bedenken van humor maakt een schrijver vaak gebruik van stijlfiguren. Veelgebruikte stijlfiguren hierbij zijn: 
- anticlimax
- hyperbool
- understatement
- ironie
- sarcasme
- woordspelingen

Slide 10 - Diapositive

Aan de slag
Werk nu aan opdracht 1 tot en met 4 op pagina 91. 

Slide 11 - Diapositive

0

Slide 12 - Vidéo