1.4 herhaling werkwoorden + werkblad

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 1
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 1
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting

Slide 1 - Diapositive

1. Lesopening
Pak je boek + schrift van Nederlands, laat het nog even dicht!

Slide 2 - Diapositive

2. Leergebiedoverstijgende doelen
Zelfstandig leren
- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld. 

Als er staat leg je antwoord uit, doe je dat. 




Slide 3 - Diapositive

Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 
Niemand

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Liz, Gijs, Luca, Abdimalik,  Senn, Noah

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
Sem, Justin, Joey, Chill en Lars

Slide 4 - Diapositive

3. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- kun je een werkwoord vinden in een gegeven zin. 
- kun je meerdere werkwoorden in een gegeven zin vinden. 

Slide 5 - Diapositive

Verdiept arrangement:
Niemand

Huiswerk noteren + maken:
Les: x
blz.: x
opdr.: werkblad maken

Slide 6 - Diapositive

Mini-check
Quiz mee

Slide 7 - Diapositive

Noteer een passend werkwoord in de zin:
Truus .......... naar de supermarkt.

Slide 8 - Question ouverte

Wat is het werkwoord in de volgende zin:
De juf vertelt ons het huiswerk.

Slide 9 - Question ouverte

Wat is het werkwoord in de volgende zin:
Ik maak mijn huiswerk

Slide 10 - Question ouverte

Wie maakt wat:
3 vragen goed? Ga zelfstandig aan de slag: 
met het werkblad dat je van de docent krijgt

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 11 - Diapositive

4. Instructie

Slide 12 - Diapositive

Wat is het werkwoord in de zin:
Jan fietst naar school

Slide 13 - Question ouverte

Kim noteert de toetsen in haar agenda.
A
toetsen
B
agenda
C
noteert
D
kim

Slide 14 - Quiz

In een zin kunnen meerdere werkwoorden zitten.
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quiz

Wat zijn de werkwoorden in de zin?
Mijn vader laat de baard groeien.

Slide 16 - Question ouverte

Ik heb de toetsen opgeschreven.
A
heb
B
heb opgeschreven
C
opgeschreven
D
toetsen opgeschreven

Slide 17 - Quiz

Ik slaap lekker.
A
slaap
B
ik
C
lekker
D
slaap lekker

Slide 18 - Quiz

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (Liz, Sem, Gijs, Luca, Abdimalik, Joey, Justin, Senn, Noah, Lars, Chill)?
Lees en maak het werkblad dat je van de juf krijgt. 

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (niemand)?
kom aan de instructietafel zitten. 
Dan gaan we samen aan de slag. 

Slide 19 - Diapositive

6. Zelfstandig werken
Je leest en maakt: 
V: het werkblad dat je van de docent krijgt --> niemand
B: het werkblad dat je van de docent krijgt --> Liz, Sem, Gijs, Luca, Abdimalik, Joey, Justin, Senn, Noah, Lars, Chill
I: het werkblad dat je van de docent krijgt --> niemand

Ben je klaar?
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 
2. Huiswerk ander vak (af)maken. 
3. Leren toets / lezen / woordzoeker. 
timer
30:00

Slide 20 - Diapositive

7. Evaluatie
- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
 
Evaluatie lesdoelen --> Quiz mee! 




Slide 21 - Diapositive

Noteer het werkwoord uit de volgende zin:
De jongens roepen de meisjes

Slide 22 - Question ouverte

Noteer het werkwoord uit de volgende zin:
De hond loopt naar zijn mand.

Slide 23 - Question ouverte

Noteer het werkwoord uit de volgende zin:
Stopt hij het boek in zijn tas?

Slide 24 - Question ouverte

Ik kan in een gegeven zin het werkwoord vinden

Slide 25 - Sondage

Afsluiting
Ruim je boek en schrift van NE op.

Volgende lesuur: ....................

Slide 26 - Diapositive