paragraaf 5.2 Besluiten en besturen

Besluiten en besturen
De wereld na 1945
Paragraaf 5.2 Besluiten en besturen
Wat gaan we doen?
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
Middelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Besluiten en besturen
De wereld na 1945
Paragraaf 5.2 Besluiten en besturen
Wat gaan we doen?

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
Jullie kunnen: 
  • Uitleggen wat we verstaan onder de watersnoodramp en voorbeelden geven van de wederopbouw
  • Verklaren waarom het zo belangrijk is dat burgers invloed hebben op de regering 
  • Uitleggen wat we verstaan onder de begrippen: wetsvoorstel, democratie, evenredige vertegenwoordiging, provinciale staten, staatssecretaris, uitvoerende macht, rechtelijke macht en wetgevende macht.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

31/01 - 01-02-1953


Wat gebeurde er precies? 
De Waternoodsramp

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Deltawerken
Na de Watersnoodramp werden de Deltawerken gebouwd
Het plan kon niet gelijk uitgevoerd worden
Het moest eerst goedgekeurd worden door de politiek
Dat was een democratisch proces
Uitleg

Slide 6 - Diapositive

Regering, kabinet en parlement
De regering en het parlement bepalen de wetten
De regering bestuurt het land
Het kabinet stelt de wetten voor
Het parlement keurt wetten goed of af
Uitleg

Slide 7 - Diapositive

De regering
De regering bestaat uit de ministers en de koning
Zij besturen samen het land
Maar de macht ligt bij de ministers
De koning mag alleen advies geven
Een minister geeft politieke leiding aan zijn ministerie. Denk aan het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap of aan het ministerie van Buitenlandse Zaken. Zij voeren de wetten uit.
Uitleg

Slide 8 - Diapositive

Het kabinet
Het kabinet bestaat uit ministers en staatssecretarissen
Het kabinet maakt de meeste wetten
Ministers zitten in de regering én het kabinet en hebben dus erg veel macht
Kabinet
Regering
Staatssecretarissen
Ministers
Koning
Onderministers, zij helpen de minister. Een soort van assistentmanager.

Slide 9 - Diapositive

Het parlement
Het parlement bestaat uit de Eerste Kamer en Tweede Kamer
Het parlement keurt een wetsvoorstel goed of af
De macht ligt dus bij het parlement!
Het parlement
Eerste Kamer

75 leden
Tweede Kamer

150 leden
Uitleg

Slide 10 - Diapositive

Filmpje
Eerste en Tweede Kamer

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Slide 13 - Vidéo

Waaruit bestaat de regering?
A
De koning en minister- president.
B
De koning, de minister- president en de ministers.
C
De minister-president en van elke partij een Tweede Kamerlid.
D
De minister-president en van elke partij een minister

Slide 14 - Quiz

Welke 2 taken heeft de regering?
A
Het land besturen met ambtenaren
B
Wetten maken
C
Wetten handhaven
D
Wetten beoordelen

Slide 15 - Quiz

Het parlement controleert de regering en heeft hier rechten en plichten bij.
A
Waar
B
Niet waar
C
Bijna nooit van toepassing
D
Weet ik niet

Slide 16 - Quiz

Burgers kiezen de
A
Gemeente, Eerste kamer, Provincie, Europa
B
Gemeente, Eerste en Tweede Kamer, Provincie, Europa
C
Gemeente, Tweede Kamer, Provincie, Europa
D
Gemeente, Regering, Provincie, Europa

Slide 17 - Quiz

Zet de stappen van een wet in de juiste volgorde

Slide 18 - Question de remorquage

Invloed van burgers
Burgers kunnen op meerdere manieren invloed uitoefenen
Stemmen
Om 4 vier jaar kunnen burgers vanaf 18 jaar stemmen op wie er in de Tweede Kamer komen. De leden van een partij in de Tweede Kamer noemen we een fractie
Demonstreren
Om de politiek te laten dan dat burgers het ergens mee oneens zijn kunnen ze gaan demonstreren
Burgerinitiatief
Burgers kunnen het parlement dwingen over een onderwerp te praten. Er moeten dan 40.000 mensen hun handtekening voor het idee zetten. Dit noemen we een burgerinitiatief.

Slide 19 - Diapositive


Verkiezingen

  • Na de Tweede Kamerverkiezingen moet er een coalitie gevormd worden

  • De coalitie moet een meerderheid in de Tweede Kamer hebben

  • De coalitiepartijen gaan dan een regering samenstellen

Uitleg

Slide 20 - Diapositive

Coalitie en oppositie
Na verkiezingen worden het kabinet en de regering gevormd
Deze leden komen uit samenwerkende fracties (partijen)
De samenwerkende partijen vormen de coalitie
De partijen die zich tegen hen verzetten zijn de oppositie

Slide 21 - Diapositive

Wat is een coalitie?
A
partijen die op alles hetzelfde stemmen
B
partijen die samenwerken en afspraken maken
C
partijen die altijd de regering steunen
D
partijen die zich meestal tegen de regering verzetten

Slide 22 - Quiz

Filmpje
Het vormen van een kabinet

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Leg in 1 korte zin uit: wat een fractie is of wat onschendbaarheid is als je dat niet weet

Slide 25 - Question ouverte


Lagere overheden
  • Het parlement en de regering gaat over landelijke politiek

  • Maar er is ook provinciale en gemeente politiek

  • Ook hier wordt er gewerkt met een volksvertegenwoordiging en een bestuur

Slide 26 - Diapositive


Provincie
  • De Provinciale Staten zijn de volksvertegenwoordiging (net als de Tweede Kamer)

  • Zij worden met de Provinciale Statenverkiezingen door de burgers gekozen

  • Zij moeten het dagelijks bestuur van de provincie controleren, de Gedeputeerde Staten (net als de regering)
  • De Gedeputeerde Staten worden door de Provinciale Staten samengesteld 

  • Ook hier vormen de coalitie partijen het dagelijks bestuur

Uitleg

Slide 27 - Diapositive


Gemeente

  • De Gemeente Raad is de volksvertegenwoordiging (net als de Tweede Kamer en de Provinciale Staten)

  • De Gemeente Raad wordt door de bevolking gekozen

  • Ook hier mag de coalitie het dagelijks bestuur samen gaan stellen
  • Het dagelijks bestuur van de gemeente heet het College. 
  • In het College zitten wethouders en de burgemeester (B & W)
  • Zij worden gecontroleerd door de Gemeente Raad

Uitleg

Slide 28 - Diapositive

Huiswerk
Maken van paragraaf 5.2 de opdrachten 2 t/m 6

Slide 29 - Diapositive