5. Van districtenstelsel naar evenredige vertegenwoordiging

Staatsinrichting 
van Nederland


5. Van districtenstelsel naar evenredige vertegenwoordiging
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Introduction

Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen op welke manier verkiezingen tot 1918 verliepen en vanaf 1918 verlopen

Éléments de cette leçon

Staatsinrichting 
van Nederland


5. Van districtenstelsel naar evenredige vertegenwoordiging

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen op welke manier verkiezingen tot 1918 verliepen en vanaf 1918 verlopen

Slide 3 - Diapositive


Waarvoor stemmen wij?



Gemeenteraad
Provinciale Staten
Tweede Kamer 

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Video
Clipphanger:
Wat zijn de Provinciale Staten?

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Waarom verkiezingen?
  • Kiezen van volksvertegenwoordigers (indirecte democratie): mensen die namens ons beslissingen nemen

  • Afspiegeling van de (wensen van de) bevolking

  • Vormen van een regering (dagelijks bestuur)

Slide 15 - Diapositive

Wanneer stemmen wij?
  • Meestal: elke 4 jaar

  • Behalve: na een kabinetsval (alleen landelijk)

  • Behalve: na gemeentelijke herindeling (alleen gemeente)

  • Wij stemmen niet rechtstreeks voor de Eerste Kamer

Slide 16 - Diapositive


Verkiezingen voor 
de Tweede Kamer




Tot 1918 ging dit via het districtenstelsel

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Voordelen van het districtenstelsel

  • Kandidaten persoonlijk bekend bij kiezers

  • Kandidaten kennen het gebied, de bevolking en de problemen

  • Vergroten politieke interesse

Slide 24 - Diapositive

Nadelen van het districtenstelsel
  • The winner takes it all: uitgebrachte stemmen op verliezers tellen niet meer mee

  • Alleen de lokale kandidaat is bekend, kandidaten uit andere gebieden niet

  • Kleine partijen maken vaak weinig kans

Slide 25 - Diapositive


Verkiezingen voor 
de Tweede Kamer




Vanaf 1918 gaat dit via het systeem van
evenredige vertegenwoordiging

Slide 26 - Diapositive

Voordelen van evenredige vertegenwoordiging

  • Alle (geldige) stemmen tellen

  • Ook kleine partijen hebben meer kans

  • Meer kleine partijen, meer overleg nodig: grote partijen kunnen dus soms niet zonder kleine partijen

Slide 27 - Diapositive

Nadelen van evenredige vertegenwoordiging
  • Vaak alleen nummer 1 van de lijst (de lijsttreker) is bekend

  • Vaak veel kandidaten uit de Randstad. Mensen in de provincie voelen zich niet serieus genomen

  • Veel kleinere partijen (versplintering)

Slide 28 - Diapositive


Van pepermunt 
tot potlood




De verkiezingen van a tot z



Slide 29 - Diapositive


1


Kandidatenlijsten worden door de partijen samengesteld 
en samen met verkiezingspas/stempas opgestuurd.

Slide 30 - Diapositive


2


Campagne voeren door de partijen (canvassen). 
Daarnaast (veel) debatten op televisie en radio 
door de lijsttrekkers van de partijen.

Slide 31 - Diapositive


3


Verkiezingsdag

Slide 32 - Diapositive








Bepalen van de uitslag

Slide 33 - Diapositive

Hoeveel stemmen heb je nodig voor 1 zetel?





Hoeveel stemmen heb je 

nodig voor 1 zetel (stoel)?


Slide 34 - Diapositive


5


De kamervoorzitter benoemt na overleg met de fractievoorzitters van de partijen, één of meerdere verkenners.

Een verkenner kijkt welke mogelijke samenwerkingen er zijn. 
Overigens is het gebruik een verkenner niet in de wet genoemd.

Slide 35 - Diapositive


6


De Tweede kamer benoemt, tijdens een debat, 
één of meerdere informateurs. 

Zij moeten onderzoeken welke nieuwe regering mogelijk is.

Slide 36 - Diapositive

Waarom is het vormen een nieuwe regering zo lastig?
  • Er zijn veel (kleine) partijen

  • Verschillende standpunten

  • Geen partij heeft de absolute meerderheid (de helft plus 1 = 76 zetels)

  • Partijen moeten dus samenwerken (coalitie)

Slide 37 - Diapositive

Slide 38 - Diapositive


7


Informateurs brengen verslag uit aan de Tweede Kamer: 
zij melden dat er een regeerakkoord is

Slide 39 - Diapositive


8


De Tweede Kamer benoemt de formateur. 
Hij zoekt de juiste mensen voor de nieuwe regering (kabinet). 
De formateur is de nieuwe minister-president.

Slide 40 - Diapositive


9



Installeren en presenteren van het nieuwe kabinet

Slide 41 - Diapositive


10



Het nieuwe kabinet kan aan het werk!

Slide 42 - Diapositive

Video
NOS op 3: Nieuw kabinet in 2 minuten

Slide 43 - Diapositive

Slide 44 - Vidéo

Begrippen uit deze les
  • districtenstelsel
  • evenredige vertegenwoordiging
  • gemeenteraad
  • provinciale staten
  • Tweede Kamer
  • volksvertegenwoordiger
  • informateur
  • formateur
  • coalitie
  • regeerakkoord

Slide 45 - Diapositive

Jaartallen uit deze les


  • 1918: invoering evenredige vertegenwoordiging

Slide 46 - Diapositive

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 47 - Question ouverte

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 48 - Question ouverte