Literatuurmondeling

Literatuur
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 26 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Literatuur

Slide 1 - Diapositive

Na deze les...
... weet je wat het doel is van het eindbalansverslag en waarover je moet schrijven
... kun je twee literaire werken aan elkaar koppelen adhv een overkoepelend thema
... kun je verschillen en overeenkomsten benoemen tussen twee literaire werken (bijv. Oeroeg en …)


Lesverloop:
  • Eindbalansverslag (deadline do 13 feb. getypt en op papier voorzien van naam en klas)
  • Poëzie (Akwasi)
  • Oeroeg
  • Boekentips
  • Mindmap uitleg
  • Zelfstandig of in duo's werken

Slide 2 - Diapositive

Eindbalansverslag
Eindbalansverslag: getypt 600-800 woorden


Doel: tot wat voor lezer heb jij je ontwikkeld?
LAB jr. 4 herlezen: omschrijf jezelf hoe je begin jr. 4 als lezer was en hoe ben je nu als lezer anderhalf jaar later?
Verschil in niveau, smaak, wat heb je geleerd of ben je hetzelfde gebleven?
Structuur: inleiding-kern-slot (incl. uitsmijter)


Deadline: do 13 feb. getypt en op papier voorzien van naam en klas


Slide 3 - Diapositive

Eisen eindbalansverslag (zie ook werkwijzer)
Beargumenteer alle punten met voorbeelden!
  • Ben je in vergelijking tot begin jr. 4 wel of niet anders over literatuur gaan denken? 
  • Welk verband zie je tussen alle gelezen boeken (incl. vreemde talen)? Wat is de rode draad? Denk aan genre, thematiek, personages, tijdsbeeld. Wat zegt dit over jou als lezer?

  • Welke boeken (incl. vreemde talen) spreken jou wel/niet aan? Vind je het moeilijk om in een vreemde taal een boek te lezen?
  • Waar moet een literair boek vlgs. jou aan voldoen? Welke door jou gelezen boeken (van jouw leeslijst) behoren vlgs. jou echt tot de literatuur en welke niet/minder?

  • Wat is jouw boeken top-3 allertijden op dit moment? 

  • Schrijf een conclusie over jezelf wat het lezen van literatuur jou heeft gebracht (waar ben je meer over gaan nadenken, wat heb je geleerd over jezelf, de ander en de wereld om je heen (denk bv. aan de leesclub, de (GLO-)opdrachten, de lessen)

  • Bekijk ook eens de niveauindeling p. 198-199 van HB Kern, waar herken jij je in?

Slide 4 - Diapositive

Akwasi - 'Citos(c)ores'

'De opgestapelde boosheid van een bedachtzame en bevlogen rapper' - Volkskrant



Slide 5 - Diapositive

Fragment Oeroeg p. 13-16
Aan welke boeken zou je Oeroeg kunnen koppelen?
  • De belofte van Pisa
  • Confrontaties
  • Floris ende Blancefloer (middeleeuws verhaal)
  • Auxiety
  • Het gym
  • Jaguarman
  • Onder de paramariboom
  • Wees onzichtbaar
  • Eus
  • Ik ga leven
  • Hoe ik talent voor het leven kreeg
  • Alleen maar nette mensen
Zie ook themalijst op Magister en vergeet ook niet je Engels-, Duits-, Frans- en Spaanstalige boeken 

Slide 6 - Diapositive

Boekvergelijking mindmap

Slide 7 - Diapositive

Aan de slag met...
Keuze uit:

  • Mindmap: individueel óf in duo's 
- Over Oeroeg (lees dan het boek deze week uit) en .... óf twee andere boeken

  • Eindbalansverslag
Neem volgende week di 11 feb. de ingevulde mindmap én je eindbalansverslag op papier mee! 
 

Slide 8 - Diapositive

Voorbereiding mondeling literatuur
Na deze les weet je:
... hoe je je kunt voorbereiden op het mondeling literatuur
... hoe een literair gesprek (duo) of een literaire presentatie (individueel) verloopt 
... hoe je verbanden kunt leggen tussen de gelezen boeken (van alle talen)
... welke inhoudelijke punten je kunt benoemen tijdens het mondeling

Maar eerst nog even dit:
- Apprentice -> Literatuurdossier Nederlands jaar 5 -> deze week  inleveren je complete literatuurdossier in ÉÉN Wordbestand


Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

De vorm v/h mondeling
  • Twee docenten aanwezig (docent Ne en docent mvt)
  • Neem je leesdossiers en evt. boeken mee. Spiekbriefjes, notities, mindmaps zijn niet toegestaan.
  • Leerlinggestuurd (d.w.z. jij leidt zoveel mogelijk het gesprek)

  • De eerste 'vraag' (die je dus goed kunt voorbereiden) is: 'Met welk boek wil jij beginnen? Welk boek vind jij het mooist en waarom?'

  • Tijdsduur:
Individuele mondeling -> 30 min. (25 + 5 min. beoordeling)
Duomondeling -> 45 min. (40 + 5 min. beoordeling)
Je wordt individueel beoordeeld


Slide 11 - Diapositive

Leeservaringsgerichte vragen en analytische literaire begrippen
Bedenk in tweetallen (bijv. met je gekozen duopartner):
  •  vijf literaire begrippen -> bedenk voor ieder begrip een 'kwalitatieve' vraag.
  • vijf leeservaringsgerichte vragen (denk aan de leesclubvragen)









timer
8:00

Slide 12 - Diapositive

Voorbeelden analytische literaire begrippen
Personages: welke ontwikkeling maakt de hoofdpersoon door? Wat is kenmerkend voor zijn/haar karakter? 
Is er sprake van een duidelijke hoofdpersoon en een antagonist (tegenstander)? Zo ja, hoe beïnvloeden ze elkaar? Hoe draagt deze tegenstelling bij aan de spanning of het thema van het verhaal?

Thema: Denk je dat de auteur een bepaalde boodschap of moraal wil meegeven? Zo ja, wat is die boodschap volgens jou?
Heeft het thema van het boek volgens jou een actuele of maatschappelijke relevantie? Kun je parallellen trekken tussen het verhaal en de wereld van vandaag?

Vertelperspectief: In welk vertelperspectief is dit boek geschreven? Waarom zou de schrijver hiervoor gekozen hebben?
Zou je het boek meer of minder waarderen wanneer het in een ander vertelperspectief was geschreven? 

Schrijfstijl:
Hoe zou je de schrijfstijl (woordgebruik, zinslengte, beeldspraak of dialogen) van de auteur omschrijven? Vond je de schrijfstijl toegankelijk of juist uitdagend? Leg uit met voorbeelden.

Slide 13 - Diapositive

Voorbeelden analytische literaire begrippen
Intertekstualiteit: Zijn er verwijzingen in het boek naar andere boeken, liedjes, gedichten, mythen? Kun je daar een voorbeeld van geven? Waarom zou de auteur hiernaar verwijzen?

Motieven: Zijn er motieven (terugkerende elementen) in het verhaal die het thema versterken? Denk aan symbolen, gebeurtenissen of bepaalde herhalingen, ritmes of opvallende zinsconstructies in de tekst? Wat voor effect heeft dat op jou als lezer?

Setting (tijd en ruimte): Hoe beïnvloedt de tijdsperiode waarin het verhaal zich afspeelt de gebeurtenissen en keuzes van de personages?
Zouden de personages zich anders gedragen als het verhaal zich in een andere tijd afspeelde?

Spanningsopbouw: Hoe wordt de spanning in het boek opgebouwd? Denk aan elementen zoals open plekken, cliffhangers of onverwachte gebeurtenissen. Kun je een voorbeeld geven?
Hoe zorgen deze elementen ervoor dat je als lezer wilt blijven doorlezen?


Schrijfstijl:
Hoe zou je de schrijfstijl (woordgebruik, zinslengte, beeldspraak of dialogen) van de auteur omschrijven? Vond je de schrijfstijl toegankelijk of juist uitdagend? Leg uit met voorbeelden.

Slide 14 - Diapositive

Vervolg analytische literaire begrippen
Verder kun je de titel verklaren en weet je wie de auteur is evt. aangevuld met (auto-)biografische gegevens.

Zie voor meer uitleg:
Kern HB Literatuur 11 t/m 27 (p.160-255)
Kern OB p.196-205

Gebruik de mindmap om verbanden te leggen tussen bepaalde boeken 

Zoek ook recensies op van bijv. NRC – Volkskrant - Trouw – Het Parool – De Groene Amsterdammer – De Correspondent. Ben je het eens met die beoordeling? Waarom wel/niet? (we houden van kritische leerlingen) 

Websites: Tzum, Literatuurgeschiedenis.org, Lezen voor de lijst | 15-18 jaar | Jeugdbibliotheek





Slide 15 - Diapositive

Boekvergelijking mindmap

Slide 16 - Diapositive

Leeservaringsgerichte vragen
Bespreek met elkaar wat het lezen van literatuur jullie ieder als persoon heeft opgeleverd (of niet). Zijn jullie gegroeid qua leesniveau? Zijn jullie erachter gekomen wat jullie persoonlijke leessmaak is en/of welk genre jullie het meest aanspreekt?


Vergelijk samen twee boeken met hetzelfde thema (bijvoorbeeld oorlog, (on-)trouw, liefde, problemen, opgroeien enz. ) uit twee verschillende talen met elkaar. Wat zijn de verschillen en wat zijn de overeenkomsten?

Wat is volgens jou het mooiste boek dat jouw duopartner heeft gelezen en waarom? Klopt jouw idee? Ga hierover met elkaar in gesprek.

Welk boek vond jij het beste en zou je iedereen willen aanraden? Beargumenteer dit met voorbeelden uit het boek en maak in je antwoord gebruik van de literaire begrippen.

Bespreek met elkaar welk boek jullie ieder voor zich het minst goed vonden of het meest lastig om te lezen? Beargumenteer en maak in je antwoord ook gebruik van de literaire begrippen.




Slide 17 - Diapositive

Vervolg leeservaringsgerichte vragen
Kies een gezamenlijk gelezen boek en bespreek hoe daarin maatschappelijke kwesties zoals gender, vrijheid of identiteit wordt behandeld. Kunnen jullie een verband leggen met een ander boek waarin dit ook ter sprake komt?

Hoe beïnvloedt de historische of culturele context het thema van jullie gezamenlijk gelezen boek (nr. … van de lijst)? Zien jullie vergelijkbare invloeden in een boek uit een andere taal?

Kies een gezamenlijk gelezen boek en beantwoord de vraag: Welke morele dilemma’s komen naar voren bij de hoofdpersoon? Zie je vergelijkbare innerlijke conflicten in andere personages uit de boeken die jullie hebben gelezen?

Bespreek met elkaar welk boek jullie ieder voor zich het minst goed vonden of het meest lastig om te lezen? Beargumenteer en maak in je antwoord ook gebruik van de literaire begrippen.

Met welke hoofdpersoon uit de door jou gelezen boeken kun jij je het meest identificeren? Leg uit en beargumenteer.




Slide 18 - Diapositive

Literatuurgesprek oefenen
  • In tweetallen oefen je een literair gesprek (10 min.)
  • Bedenk over welk boek je het wil hebben (laatst gelezen is handig bijv. Oeroeg
  • Zorg voor diepgang (beargumenteer met voorbeelden)
  • Laat elkaar evenveel aan het woord en vraag door
  • Hulp nodig? Pak een vragenkaartje.

  • Na 10 minuten korte evaluatie:
Welke inzichten heb je opgedaan?
Wat helpt om een gesprek/presentatie op gang te houden?
Hoe zorg je voor diepgang?
timer
10:00

Slide 19 - Diapositive

Websites (zie ook linkjes volgende pagina's)


https://www.jeugdbibliotheek.nl/12-18-jaar/lezen-voor-de-lijst/15-18-jaar.html
https://www.tzum.info/
https://www.literatuurgeschiedenis.org/

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Lien

Slide 22 - Lien

Slide 23 - Lien

Niet zenuwachtig zijn...
Belangrijkste is dat je de boeken op je leeslijst hebt gelezen.
Dat je er een beargumenteerde mening over hebt en...
dat je verbanden kunt leggen tussen de gelezen boeken.

Slide 24 - Diapositive

Becijfering
Indien een boek niet gelezen is:
• Als tijdens het gesprek vastgesteld wordt dat een boek niet gelezen is, wordt het cijfer niet hoger dan een 5.
• Als vastgesteld wordt dat er meerdere boeken niet gelezen zijn, wordt het cijfer 4,3,2,1 naar gelang het verloop van het gesprek.
Indien alle boeken gelezen zijn:

• Het cijfer 10 wordt gegeven bij een uitmuntend gesprek met verrassende inzichten.
• Het cijfer 9 wordt gegeven als een leerling naast bovenstaande vaardigheden ook in staat is goed uitgewerkte linken tussen de thematiek van boeken te bespreken of het boek van een schrijver in zijn oeuvre kan plaatsen (relatie tussen schrijver en werk).
• Het cijfer 8 wordt gegeven als een leerling een samenhangend gesprek voert over kennis met betrekking tot de analyse en interpretatie van het literaire werk. De leerling kan het boek adequaat in zijn context en tijd plaatsen. De leerling kan verbanden tussen de thematiek van boeken voldoende duiden.
• Het cijfer 7 wordt gegeven als een leerling analysebegrippen kan onderbouwen met voorbeelden uit het boek en deze ook kan linken aan zijn leeservaring. Dit is een meer leerling gestuurd* gesprek.


Slide 25 - Diapositive

Vervolg becijfering
• Het cijfer 6 wordt gegeven als een leerling voldoende kennis heeft van de verhaallijn van de boeken en de hoofdlijnen van het verhaal helder kan verwoorden. De leerling kan zijn leeservaring duidelijk beschrijven en heeft een oppervlakkige kennis van de analysebegrippen. Dit is een docent gestuurd gesprek.
• Het cijfer 5 wordt gegeven als een leerling matige kennis heeft van de verhaallijn van de boeken. Daarnaast is hij amper in staat om zijn leeservaring onder woorden te brengen. Dit is een zeer docent gestuurd gesprek.
• Het cijfer 4 wordt gegeven als een leerling onvoldoende kennis heeft van de verhaallijn van het merendeel van de boeken.
• Het cijfer 3 wordt gegeven als een leerling zeer onvoldoende kennis heeft van de verhaallijn van de boeken.
• Het cijfer 2 wordt gegeven als een leerling geen kennis heeft van de verhaallijn van de boeken.
• Het cijfer 1 wordt gegeven als een leerling geen mondeling examen literatuur doet.

* NB: leerling gestuurd houdt in dat de leerling zelf zorgt voor kwalitatieve inbreng bij het gesprek. De leerling is in staat tijdens het gesprek zijn mening over en begrip van de boeken helder te verwoorden. Leerling gestuurd betekent dus niet dat de leerling de hele tijd aan het woord is, terwijl er van een inhoudelijke bijdrage geen sprake is. Op zo'n moment dient een docent juist in te grijpen (= docent gestuurd) om alsnog het gesprek op het gewenst niveau te brengen.

Slide 26 - Diapositive