H4 Petit test verbes ir

Un moment d'évaluation
 sur les verbes -ir

Havo/vwo 4
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Un moment d'évaluation
 sur les verbes -ir

Havo/vwo 4

Slide 1 - Diapositive

Heb je de regelmatige werkwoorden op -ir voor vandaag geleerd ?
Oui, bien sûr!
Non, je n'ai pas appris.

Slide 2 - Sondage

Hoe heb je de regelmatige werkwoorden op -ir voor vandaag geleerd ?
Référence doorgelezen
Werkwoorden-schema compleet gemaakt
Verbuga
Mezelf overhoord (mondeling)
Geoefend met de vertalingen van de werkwoorden
Een werkwoord in mijn schrift uitgeschreven
Iemand anders heeft mij overhoord (mondeling)
Oefentoetsje gemaakt

Slide 3 - Sondage

Conjugue: présent - vomir - vous

Slide 4 - Question ouverte

Conjugue: imparfait - avertir - vous

Slide 5 - Question ouverte

Conjugue: futur simple - bâtir - elles

Slide 6 - Question ouverte

Conjugue: passé composé - rougir - nous

Slide 7 - Question ouverte

Traduis: punir

Slide 8 - Question ouverte

Traduis: mentir

Slide 9 - Question ouverte

Traduis: finir

Slide 10 - Question ouverte

Traduis: ik kies

Slide 11 - Question ouverte

Traduis: wij hebben gehandeld

Slide 12 - Question ouverte

Traduis: jij zou nadenken

Slide 13 - Question ouverte

Traduis: Vul in!

Slide 14 - Question ouverte

Traduis: hij groeide op

Slide 15 - Question ouverte

Traduis: zij (m) zullen slagen

Slide 16 - Question ouverte

Traduis: u gaat straffen

Slide 17 - Question ouverte

Ik kan de werkwoorden op -ir ... vertalen.
nog niet
een beetje
goed

Slide 18 - Sondage

Ik kan de werkwoorden ... vervoegen
nog niet (zonder het boek)
een beetje
goed

Slide 19 - Sondage

Ik kan de Nederlandse vervoegingen (bijv. ik eindig) ... vervoegen.
niet niet (zonder het boek)
een beetje
goed

Slide 20 - Sondage

Ik weet nu, na deze test, waar ik aan moet werken/mee moet oefenen.
Nee, ik weet niet waar ik moet beginnen.
Nee, ik begrijp de stof nog onvoldoende.
Een beetje, ik heb nog een onbeantwoorde vraag.
Ja, ik ga hier zelf actief mee aan de slag.

Slide 21 - Sondage